ECLI:NL:RBZWB:2023:1809
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op aanvraag kinderopvangtoeslag
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 16 maart 2023, is het beroep van eiseres tegen de Belastingdienst/Toeslagen behandeld. Eiseres had op 20 januari 2021 een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van haar situatie met betrekking tot de kinderopvangtoeslag. De rechtbank oordeelt dat de beslistermijn door de verweerder is overschreden. Eiseres heeft de verweerder op 2 september 2022 in gebreke gesteld, waarna de ingebrekestelling op 6 september 2022 door de verweerder is ontvangen. De rechtbank stelt vast dat er na deze ingebrekestelling geen besluit is genomen door de verweerder, waardoor het beroep gegrond is verklaard.
De rechtbank heeft bepaald dat de verweerder binnen tien weken na verzending van de uitspraak alsnog een besluit moet nemen. Dit is in overeenstemming met artikel 8:55d van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft ook een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet de verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 50,- vergoeden. De rechtbank heeft geen voor vergoeding in aanmerking komende proceskosten vastgesteld. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.