Uitspraak
1.De procedure
- de berichten van 16 januari (met bijlagen), 26 januari en 3 februari 2023 van Famed;
2.De feiten
3.Het geschil
€ 2.838,50 moet volgens hem een bedrag van € 651,17 in mindering worden gebracht.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, heeft Famed B.V. een geldvordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die zorg heeft ontvangen van een zorginstelling. De procedure is gestart na een onbetaalde factuur van € 2.838,50, die via cessie aan Famed was overgedragen. Famed vorderde in totaal € 3.281,72, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde heeft de hoogte van de vordering betwist, maar niet de verplichting tot betaling erkend. Tijdens de mondelinge behandeling is vastgesteld dat er geen geschil meer bestond over de hoofdsom van de vordering, maar enkel over een bedrag dat de gedaagde in mindering wilde brengen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde de wettelijke rente en incassokosten verschuldigd is, en heeft de vordering van Famed grotendeels toegewezen. De gedaagde is veroordeeld tot betaling van € 2.630,55, vermeerderd met wettelijke rente, en is ook in de proceskosten veroordeeld, die zijn vastgesteld op € 1.058,22. Het vonnis is uitgesproken op 5 april 2023.