ECLI:NL:RBZWB:2023:2314
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- mr. Ebben
- Rechtspraak.nl
Vordering tot terugbetaling van huurprijs door huurcommissie verlaagd
In deze zaak vorderde [eiser in conventie] terugbetaling van een deel van de huurprijs die zij had betaald voor een gehuurde woning. De huurprijs was tijdelijk verlaagd door de huurcommissie vanwege ernstige gebreken aan de woning. De kantonrechter oordeelde dat de uitspraak van de huurcommissie als bindend moest worden beschouwd, omdat [gedaagde in conventie] niet tijdig een procedure bij de rechter had gestart om deze uitspraak aan te vechten. De kantonrechter stelde vast dat [eiser in conventie] vanaf 1 juli 2020 een te hoge huurprijs had betaald en dat zij recht had op terugbetaling van het teveel betaalde bedrag. Daarnaast vorderde [eiser in conventie] de terugbetaling van de waarborgsom, maar de kantonrechter oordeelde dat een deel van deze waarborgsom ingehouden mocht worden vanwege schade aan de woning. Uiteindelijk werd [gedaagde in conventie] veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 3.586,77 aan [eiser in conventie], vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten.