ECLI:NL:RBZWB:2023:2568
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R. Broeders
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op bezwaar door college van burgemeester en wethouders
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 11 april 2023, wordt het beroep van eisers behandeld tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zundert. Eisers hebben gesteld dat het college niet tijdig heeft beslist op hun bezwaar van 29 juni 2020. De rechtbank heeft het beroep op 16 februari 2023 behandeld, waarbij de gemachtigde van eisers en de gemachtigde van het college aanwezig waren. Na de zitting heeft de rechtbank het onderzoek gesloten en aangekondigd binnen zes weken uitspraak te doen. Deze termijn is echter niet gehaald, waardoor de rechtbank de termijn heeft verlengd met nog eens maximaal zes weken.
Eisers hebben verzocht om schadevergoeding op grond van artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft overwogen dat als een bestuursorgaan niet tijdig beslist, de betrokkene een ingebrekestelling moet indienen. Eisers hebben hun brief van 29 juni 2020 als bezwaarschrift aangemerkt, maar de rechtbank oordeelt dat het college deze brief niet als zodanig hoefde te behandelen. De rechtbank concludeert dat de brief van eisers niet eenduidig als bezwaarschrift kan worden aangemerkt, omdat eisers zelf hebben aangegeven dat zij geen bezwaar wilden indienen. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk, omdat er geen bezwaarschrift is waarop beslist moest worden. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. R. Broeders, rechter, en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen zes weken na verzending van de uitspraak.