Uitspraak
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 6 december 2022
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 34.628,= van de schuld van [gedaagde] heeft kwijtgescholden. Ook als wordt uitgegaan van een bedrag van € 67.021,= (zoals vermeld in de vaststellingsovereenkomst tussen partijen), dan heeft [eiser] nog niet het hele bedrag betaald. In dat geval resteert immers na vermindering met het kwijtgescholden bedrag een door [eiser] aan [gedaagde] terug te betalen bedrag van
€ 32.393,=, terwijl [gedaagde] een bedrag van € 32.000,= van [eiser] heeft ontvangen. [eiser] heeft daarom geen recht op terugbetaling. De vordering van [eiser] wordt afgewezen.