In deze zaak gaat het om een verzetprocedure tegen een verstekvonnis van de kantonrechter te Middelburg, waarbij DEK Opleidingen B.V. een vordering had ingesteld tegen [opposant] en [naam] voor onbetaalde kosten van een dagopleiding en extra lessen voor het AM rijbewijs. De bewindvoerder q.q. van [opposant] heeft verzet aangetekend tegen het verstekvonnis, stellende dat de overeenkomst zonder haar instemming is aangegaan en dat de vordering van DEK niet op de onder bewind staande goederen kan worden verhaald. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [opposant] de overeenkomst zelfstandig is aangegaan, wat in strijd is met artikel 1:438 lid 2 BW, en dat DEK op de hoogte had moeten zijn van het bewind, aangezien dit was ingeschreven in het Centraal Curatele- en bewindregister. De kantonrechter heeft het verstekvonnis vernietigd voor zover het de veroordeling van [opposant] betreft, maar bekrachtigde de veroordeling van [naam]. DEK is veroordeeld in de proceskosten van de bewindvoerder q.q.