ECLI:NL:RBZWB:2023:2953

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
7 april 2023
Publicatiedatum
2 mei 2023
Zaaknummer
C/02/407949 / JERK 23-547 en C/02/407951 / JERK 23-548
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • P. Pellikaan
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlening van een (spoed)machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige met ernstige gedrags- en ontwikkelingsproblematiek

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 7 april 2023 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de verlening van een (spoed)machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, aangeduid als [minderjarige]. De zaak betreft de Stichting Jeugdbescherming Brabant als verzoeker en de minderjarige, zijn moeder, zijn (stief)vader en een vertegenwoordiger van de Gecertificeerde Instelling (GI) als belanghebbenden. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de minderjarige bijgestaan werd door zijn advocaat, mr. P.H. Hillen.

De minderjarige was eerder op basis van een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp geplaatst in een gesloten behandelgroep. Op 27 maart 2023 werd een spoedmachtiging verleend om de minderjarige in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen, zonder voorafgaand verhoor van de belanghebbenden. De kinderrechter heeft in deze beschikking geoordeeld dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die de herroeping van de spoedmachtiging rechtvaardigen.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen vertoont, die zijn ontwikkeling ernstig belemmeren. De ouders van de minderjarige hebben ingestemd met de gesloten plaatsing, omdat zij zich zorgen maken over zijn gedrag en de mogelijkheid van criminele activiteiten. De kinderrechter heeft de machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van drie maanden verleend, met de mogelijkheid tot verlenging, en heeft de GI opgedragen om verslag uit te brengen over de voortgang van de behandeling. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie: Breda
Zaaknummers: C/02/407949 / JE RK 23-547
(spoedmachtiging gesloten jeugdhulp)
C/02/407951 / JE RK 23-548
(machtiging gesloten jeugdhulp)
datum uitspraak: 7 april 2023
(nadere) beschikking (spoed)machtiging gesloten jeugdhulp in het kader van de jeugdreclassering

in de zaak van

STICHTING JEUGDBESCHERMING BRABANT,

hierna te noemen de Gecertificeerde Instelling (GI),
gevestigd te Tilburg,
betreffende

[minderjarige],

geboren op [geboortedag] 2006 te [geboorteplaats],
hierna te noemen [minderjarige],
advocaat: mr. P.H. Hillen te Tilburg.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[minderjarige],

[de moeder],

hierna te noemen de moeder,
wonende te [woonplaats],

[de (stief)vader],

hierna te noemen de (stief)vader,
wonende te [woonplaats].

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit de beschikking van de kinderrechter van 29 maart 2023 en alle daarin vermelde stukken.
Op 7 april 2023 heeft de kinderrechter de zaak mondeling met gesloten deuren behandeld.
Verschenen en gehoord zijn:
- de [minderjarige], bijgestaan door zijn advocaat,
- de moeder,
- de (stief)vader,
- een vertegenwoordigster van de GI.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [minderjarige] wordt uitgeoefend door de ouders.
[minderjarige] woonde bij zijn ouders. Op 27 maart 2023 is [minderjarige] op basis van een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp, die eerder bij beschikking van 30 september 2022 is verleend met als einddatum 30 maart 2023, op een gesloten behandelgroep van [jeugdstichting] te [plaats] geplaatst.
Bij beschikking van 29 maart 2023 is een spoedmachtiging verleend om [minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van twee weken, te weten met ingang van 29 maart 2023 tot 12 april 2023, zonder voorafgaand verhoor van de belanghebbenden. Verder is, onder aanhouding van iedere verdere beslissing, bepaald dat de GI, [minderjarige] en zijn advocaat en de ouders op de onderhavige mondelinge behandeling worden gehoord.
Op grond van voornoemde machtiging is het verblijf van [minderjarige] bij [jeugdstichting] te [plaats] voortgezet.

De verzoeken

C/02/407949 / JE RK 23-547 (spoedmachtiging gesloten jeugdhulp)
Ter beoordeling ligt voor of de beschikking van 29 maart 2023 dient te worden herroepen vanwege nieuwe feiten of omstandigheden sinds het geven van de spoedmachtiging gesloten jeugdhulp. Daarnaast ligt nog voor het resterende deel van de spoedmachtiging om [minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven.
C/02/407951 / JE RK 23-548 (machtiging gesloten jeugdhulp)
Ter beoordeling ligt voor het reguliere verzoek van de GI om, aansluitend op de spoedmachtiging, een machtiging te verlenen voor opname en verblijf van [minderjarige] in een gesloten accommodatie voor een totale duur van zes maanden.

De standpunten

Namens de GI is, onder verwijzing naar het verzoekschrift, aangevoerd dat bij [minderjarige] sprake is van ernstige gedrags- en ontwikkelingsproblematiek. [minderjarige] heeft eerder, te weten van september 2021 tot september 2022, op een gesloten behandelgroep van [jeugdstichting] verbleven. In de zomervakantie heeft [minderjarige] grotendeels bij zijn ouders verbleven en is toegewerkt naar een veilige thuisplaatsing in combinatie met een voorwaardelijke gesloten machtiging jeugdhulp. Het is [minderjarige] door zijn persoonlijke problematiek niet gelukt om zich aan de basisvoorwaarden te houden om zijn plaatsing bij zijn ouders voort te zetten en hij weigert mee te werken aan een open uithuisplaatsing, waaronder het PEL-traject. De ouders zijn onmachtig om de ontwikkeling van [minderjarige] positief te keren. De GI maakt zich ernstige zorgen over mogelijke criminele activiteiten van [minderjarige]. De politie in Tilburg deelt deze zorg. De negatieve houding, het gedrag en de keuzes die [minderjarige] maakt zijn schadelijk voor zijn ontwikkeling en belemmeren zijn toekomst in ernstige mate. Daarnaast bestaat er, gezien de zorgen die er zijn over de criminele activiteiten van [minderjarige], een groeiend gevaar voor de maatschappij. Een plaatsing van [minderjarige] in een gesloten accommodatie is noodzakelijk om [minderjarige] te beschermen tegen zichzelf en anderen en om te voorkomen dat [minderjarige] zich aan jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. Gezien de complexiteit van de problematiek acht de GI een machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van zes maanden nodig. Binnen deze zes maanden zal ingezet gaan worden op het stabiliseren van de situatie en behandeling van de bij [minderjarige] aanwezige problematiek. [minderjarige] staat echter niet open voor een behandeltraject, terwijl hij nog wel de nodige stappen dient te zetten. De GI hoopt dat [minderjarige] alsnog het belang van behandeling gaat inzien. Binnen [jeugdstichting] verblijft [minderjarige] op een groep met een behandelklimaat zodat in ieder geval kan worden gewerkt aan het aanleren van vaardigheden bij [minderjarige]. In de komende maanden zal tevens het perspectief van [minderjarige] bepaald moeten gaan worden. Het toewerken naar een vorm van beschermd wonen in plaats van een thuisplaatsing zou een mogelijkheid kunnen zijn, maar dit dient nog nader te worden onderzocht. In de omstandigheid dat de gedragswetenschapper heeft ingestemd met een machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van drie maanden in plaats van de verzochte zes maanden, ziet de GI voorts geen aanleiding tot wijziging van haar verzoek.
[minderjarige] heeft tijdens de mondelinge behandeling naar voren gebracht dat hij bekend is met de behandelgroep waar hij op dit moment verblijft vanwege zijn eerdere plaatsing bij [jeugdstichting]. [minderjarige] ziet in dat een terugplaatsing bij zijn ouders op dit moment niet mogelijk is. Ook begrijpt [minderjarige] dat er zorgen over hem zijn. [minderjarige] kan daarom instemmen met een verblijf bij [jeugdstichting], echter niet langer dan voor de duur van drie maanden. [minderjarige] staat niet open voor behandeling binnen [jeugdstichting]. Eerdere behandelingen hebben niet geholpen. Ook bestaan er wachtlijsten voor behandeling. Afgelopen week heeft [minderjarige] van zijn ouders vernomen dat hij na zijn plaatsing bij [jeugdstichting] niet terug bij hen kan komen wonen, maar dat een zelfstandig woontraject moet worden ingezet. [minderjarige] staat hier niet achter. Volgens [minderjarige] is hij er nog niet aan toe om op zichzelf te gaan wonen.
De advocaat van [minderjarige] heeft er tijdens de mondelinge behandeling op gewezen dat de gedragswetenschapper slechts heeft ingestemd met een gesloten plaatsing voor de duur van drie maanden. Gelet daarop kan op dit moment geen machtiging gesloten jeugdhulp worden verleend voor een langere termijn en zal het verzoek van de GI voor het overige moeten worden afgewezen dan wel moeten worden aangehouden. Mede gelet op de leeftijd van [minderjarige], die recent zeventien jaar is geworden, is het belangrijk dat er een goed en gedegen plan samen met [minderjarige], de ouders, [jeugdstichting] en eventuele externe hulpverlening wordt opgesteld dat richting geeft aan de toekomst van [minderjarige]. Belangrijk daarbij is dat [minderjarige] gaat inzien dat hij aan zichzelf moet gaan werken en daarvoor ook gemotiveerd raakt.
De ouders van [minderjarige] hebben tijdens de mondelinge behandeling naar voren gebracht dat zij instemmen met het verzoek van de GI. Zij zien geen andere optie dan dat [minderjarige] voor een periode van minimaal drie maanden gesloten wordt geplaatst. De ouders hebben geprobeerd om [minderjarige] duidelijk te maken dat hij hulp nodig heeft en moet accepteren, maar [minderjarige] weigert iedere hulp. [minderjarige] gaat zijn eigen gang met als gevolg dat het alleen maar bergafwaarts met [minderjarige] gaat. Een verandering van de situatie in positieve zin is alleen mogelijk wanneer [minderjarige] bereidheid gaat tonen om aan zichzelf te gaan werken.

De beoordeling

C/02/407949 / JE RK 23-547 (spoedmachtiging gesloten jeugdhulp)
Beide ouders, [minderjarige] en zijn advocaat en de GI zijn op de onderhavige mondelinge behandeling alsnog gehoord over de door de GI verzochte en door de kinderrechter op
29 maart 2023 verleende spoedmachtiging gesloten jeugdhulp, waarbij zij in de gelegenheid zijn gesteld hun standpunt daarover kenbaar te maken. Naar aanleiding daarvan is naar het oordeel van de kinderrechter niet gebleken dat sprake is van nieuwe feiten en/of omstandigheden waardoor de beslissing van 29 maart 2023 zou moeten worden herroepen.
Omdat hierna op het reguliere verzoek machtiging gesloten jeugdhulp zal worden beslist, zal de kinderrechter het resterende deel van het spoedverzoek machtiging gesloten jeugdhulp afwijzen.
C/02/407951 / JE RK 23-548 (machtiging gesloten jeugdhulp)
Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging gesloten jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.
De kinderrechter is op basis van de stukken en hetgeen is besproken tijdens de mondelinge behandeling voldoende gebleken dat aan de wettelijke eisen voor een machtiging gesloten jeugdhulp, zoals genoemd in artikel 6.1.2 van de Jeugdwet, wordt voldaan. Bij [minderjarige] is sprake van ernstige opgroei- en opvoedproblemen. De betrokken hulpverlening als ook de ouders van [minderjarige] maken zich grote zorgen over [minderjarige] en zijn ontwikkeling. Een terugplaatsing van [minderjarige] bij zijn ouders is op dit moment geen optie, hetgeen [minderjarige] ook zelf erkent. Het gedrag van [minderjarige] vraagt om stabilisering van de situatie en behandeling. Gelet op de bestaande zorgen en het gegeven dat [minderjarige] op dit moment niet open staat voor hulp, kan nu niet worden volstaan met een andere beschermingsmaatregel dan gesloten jeugdhulp. Binnen een gesloten setting kan [minderjarige] de juiste kaders en hulpverlening worden geboden, waarbij ook de veiligheid van [minderjarige] en zijn omgeving gewaarborgd kan worden en [minderjarige] (ook tegen zichzelf) kan worden beschermd. Ook kan in die setting verder onderzoek worden gedaan naar de mogelijkheden en perspectieven van [minderjarige]. Belangrijk is dat er een duidelijk en concreet plan komt, dat [minderjarige] richting geeft en hem de benodigde duidelijkheid biedt. Daarbij is [minderjarige] uitdrukkelijk aan zet; het is aan [minderjarige] om tot een verandering van zijn gedrag te komen en te laten zien dat hij bereid is om aan zijn toekomst te werken. De kinderrechter hoopt dat [minderjarige] zich hiervoor alsnog open gaat stellen.
Gelet op de instemmende verklaring van de gedragswetenschapper voor de duur van drie maanden, zal de kinderrechter het verzoek van de GI voor een termijn van drie maanden, te weten met ingang van 7 april 2023 tot 7 juli 2023, toewijzen en iedere verdere beslissing ten aanzien van het resterende deel van het verzoek van de GI, te weten de overige drie maanden, aanhouden. De kinderrechter verwacht van de GI dat zij uiterlijk op na te melden pro forma datum schriftelijk verslag zal uitbrengen over het verloop van de maatregel en hoe het met [minderjarige] en zijn behandeling gaat. Tevens dient de GI haar standpunt te geven ten aanzien van het resterende deel van het verzoek. Indien het verzoek gehandhaafd wordt, dient de GI een nieuwe instemmingsverklaring van bij voorkeur dezelfde gedragswetenschapper aan de kinderrechter (en de belanghebbenden) toe te zenden.
Het voorgaande leidt tot de volgende beslissing.

De beslissing

De kinderrechter:
C/02/407949 / JE RK 23-547 (spoedmachtiging gesloten jeugdhulp)
wijst het resterende deel van de spoedmachtiging gesloten jeugdhulp af;
C/02/407951 / JE RK 23-548 (machtiging gesloten jeugdhulp)
verleent een machtiging gesloten jeugdhulp betreffende de [minderjarige] met ingang van 7 april 2023 tot 7 juli 2023;
houdt de behandeling van het resterende deel van het verzoek van de GI aan tot
8 juni 2023 PRO FORMA, in afwachting van het verslag van de GI zoals weergegeven in de beoordeling;
behoudt zich verder iedere beslissing voor.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 7 april 2023 door
mr. Pellikaan, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. Snatersen, als griffier en schriftelijk vastgesteld op 21 april 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
's-Hertogenbosch