ECLI:NL:RBZWB:2023:3030

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
1 mei 2023
Publicatiedatum
4 mei 2023
Zaaknummer
C/02/408339 / KG ZA 23-159 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • Mr. Van den Heuvel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot mededeling aan derdenbeslagenen over verpanding van vorderingen in kort geding

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 1 mei 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Berry World Europe B.V. en Berrynaiz, S.L. Berry World vorderde dat Berrynaiz zou mededelen aan de derdenbeslagenen dat de beslagen vorderingen zijn verpand aan Rabo Factoring en dat deze derden aan Rabo Factoring moeten betalen. Berry World stelde dat door het handelen van Berrynaiz haar bedrijfsvoering in gevaar kwam, omdat de derdenbeslagenen hun betalingsverplichtingen opschortten. Berrynaiz voerde verweer en betwistte dat zij onrechtmatig handelde door niet mee te werken aan het verzoek van Berry World. De voorzieningenrechter oordeelde dat Berry World niet voldoende had onderbouwd dat het nalaten van Berrynaiz om de gevorderde mededeling te doen onrechtmatig was. De vorderingen van Berry World werden afgewezen en zij werd veroordeeld in de proceskosten van Berrynaiz. De uitspraak benadrukt de rol van de pandhouder en de rechten van de schuldenaar in het geval van onduidelijkheid over betalingsverplichtingen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Locatie Breda
zaaknummer / rolnummer: C/02/408339 / KG ZA 23-159
Vonnis in kort geding van 1 mei 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BERRY WORLD EUROPE B.V.,
gevestigd te Breda,
eiseres,
advocaat mr. M. Deckers,
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
BERRYNAIZ, S.L.,
gevestigd te Madrid, Spanje,
gedaagde,
advocaat mr. Chr.F. Kroes, mr. D.V Bondarchuk en mr. G.H.A. Ruggeri-Laderchi.
Partijen zullen hierna Berry World en Berrynaiz genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 7 april 2023, met producties genummerd 1 tot en met 16,
  • de akte overlegging producties van de zijde van Berrynaiz, met producties 1 en 2,
  • de mondelinge behandeling, gehouden op 13 april 2023,
  • de spreekaantekeningen van de zijde van Berry World,
  • de pleitnotities van de zijde van Berrynaiz.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
1.3.
Op 13 april 2023 heeft de voorzieningenrechter vanwege de spoedeisendheid een kop-staart-vonnis gewezen. In dit vonnis worden de overwegingen weergegeven.

2.Het geschil

2.1.
Berry World vordert dat de voorzieningenrechter bij vonnis, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. Berrynaiz gebiedt om, binnen 24 uur na betekening van het ten deze te wijzen vonnis, alle in randnummer 1 van de dagvaarding opgesomde derdenbeslagenen, daaronder uitdrukkelijk [bedrijf 1] , schriftelijk, onder gelijktijdige toezending van een kopie aan Berry World, te berichten dat (i) Berrynaiz kennis heeft genomen van de brief van Rabo Factoring van 16 februari 2023 waarin deze naar aanleiding van de op 15 februari 2023 door Berrynaiz gelegde beslagen aanspraak maakt op betaling van de aan haar verpande vorderingen van Berry World op betreffende derden, (ii) Berrynaiz instemt met betaling door deze derden van de verpande vorderingen aan Rabo Factoring, een en ander conform instructie van Rabo Factoring,
II. bepaalt dat Berrynaiz bij niet nakoming van haar verplichtingen uit het ten deze te wijzen vonnis een dwangsom zal verbeuren van EUR 1.000.000,00 per dag of dagdeel dat Berrynaiz in gebreke zal zijn aan haar verplichtingen te voldoen,
III. Berrynaiz veroordeelt tot betaling van de kosten van het geding, inclusief de nakosten.
2.2.
Berrynaiz voert verweer.

3.De beoordeling

3.1.
Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, alsmede op grond van de onbetwiste inhoud van de producties, staat tussen partijen het volgende vast:
  • Op 15 februari 2023 zijn door Berrynaiz ten laste van Berry World een 25-tal bewarend derdenbeslagen gelegd uit hoofde van het door de rechtbank van Madrid gewezen vonnis d.d. 21 juli 2022 en het op 22 december 2022 door de rechtbank van Madrid afgegeven certificaat ex artikel 53 van de Verordening (EU) nr. 1215/2012.
  • Bij brief d.d. 16 februari 2023 heeft Rabo Factoring BV aan [bedrijf 1] BV, één van de derdenbeslagenen, bericht dat zij een pandrecht heeft op alle vorderingen van Berry World, dat zij het pandrecht uitwint en dat dientengevolge uitsluitend aan Rabo Factoring bevrijdend kan worden betaald.
  • Berry World heeft tot opheffing van de beslagen, dan wel tot schorsing van de executie, op 21 februari 2023 een kort geding aanhang gemaakt, waarvan de behandeling aanvankelijk was bepaald op 8 maart 2023 en nadien is vastgesteld op 18 april 2023.
- Blijkens de overgelegde derdenverklaringen hebben [bedrijf 1] BV, [bedrijf 2] BV en [bedrijf 3] BV aangegeven dat de beslagen vorderingen zijn verpand aan Rabo Factoring BV.
- Berry World heeft op 22 maart 2023 een bodemprocedure aanhangig gemaakt bij de rechtbank Amsterdam waarin zij een vordering instelt tot weigering van de erkenning en tenuitvoerlegging van de buitenlandse titel in Nederland, dan wel opschorting daarvan.
- Bij brief d.d. 23 maart 2023 bericht de advocaat van Berry World aan de advocaat van Berrynaiz:
“Na beslaglegging hebben derden die dit aanging (niet iedere derde had immers een rechtsverhouding met cliënte) alle betalingen die zij op grond van bestaande rechtsverhoudingen aan cliënte moesten doen opgeschort op instructie van de deurwaarder. Daags of vrijwel daags na de beslagleggingen op 15 februari 2023 hebben derden die dat aanging, waaronder [bedrijf 1] B.V. van Rabo Factoring een brief ontvangen met mededeling dat de vorderingen van BerryWorld op [bedrijf 1] zijn verpand op basis van een factoring overeenkomst en dat [bedrijf 1] mitsdien uitsluitend aan Rabo Factoring kan betalen. De verpanding aan Rabo Factoring maakt deel uit van een financierings- dan wel bevoorschottingsarrangement dat al jaren bestaat ingevolge waarvan cliënte – onder meer – alle vorderingen op handelsdebiteuren aan Rabo Factoring stil heeft verpand. Met haar brief van 16 februari 2023, geschreven direct naar aanleiding van de beslagen, heeft Rabo factoring haar pandrecht openbaar gemaakt, zodat rechtens de betreffende derden, waaronder [bedrijf 1] nu uitsluitend aan Rabo Factoring kunnen betalen en het beslag van uw cliënte onder [bedrijf 1] dus geen doel treft.
Een ongestoorde uitvoering van de factoringsovereenkomst is essentieel voor de onderneming van BerryWorld. Ter vermijding van misverstanden verzoek ik u mij omgaand doch uiterlijk op vrijdag 24 maart 2023 om 15 uur te bevestigen dat het pandrecht van Rabo Factoring wordt gerespecteerd en dat de deurwaarder dit ook rechtstreeks bevestigt aan alle derden die het aangaat, waaronder in ieder geval [bedrijf 1] , zodat die derden per omgaand aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen, die zij op instructie van de deurwaarder hebben opgeschort, zij het uiteraard niet aan BerryWorld maar aan Rabo Factoring als pandhouder. (…)”
  • Bij e-mailbericht d.d. 24 maart 2023 verzoekt de advocaat van Berrynaiz de advocaat van Berry World om toezending van alle documentatie die nodig is tot vaststelling van het pandrecht van Rabo Factoring.
  • Tussen 28 maart 2023 en 4 april 2023 vindt er correspondentie plaats tussen de advocaten van partijen.
  • In de pandakte tussen BerryWold als pandgever en Rabo Factoring BV als pandnemer, geregisterd op 7 juni 2022, is onder andere het volgende opgenomen:
“Deed of plegde
Reference 6348 (…)
You grant us a right of pledge. This right of pledge will secure all amounts each debtor owes to us. These may be amounts one single debtor owes to us or amounts multiple debtors owe to us. Or amounts a debtor owes to us now or may owe to us in the future, in connection with any legal relationship between a debtor and us, for example in connection with the factoring facility. (…)
You hereby create a right of pledge over:
Collateral
Claims
- all your present and future claims [handgeschreven tekst: see explanation in email [naam] attached]
(…)
Not all future rights/claims can be pledged in advance. You therefore undertake to pledge all rights/claims to us as soon as this is possible.
(…)
Power of attorney
You hereby grant us a power of attorney tot exercise all rights and powers we will be entitled to pursuant to this deed and the general conditions. With this power of attorney we may, for example, establish the right of pledge on your behalf by pledging your future goods to ourselves. You will find more information about this in the applicable General plegde conditions for business financing of Rabobank. This power of attorney is irrevocable. We may issue subpowers of attorney to another person (recht van substitutie) in respect of the power of attorney given to us. (…)”
- Op 11 november 2022, 15 februari 2023 en 4 augustus 2023 is er een vervolgpandakte-verzamelvariant (pandlijst) geregistreerd.
Bevoegdheid en geldend recht
3.2.
Gelet op de vestigingsplaats van Berrynaiz dient beoordeeld te worden of de voorzieningenrechter van deze rechtbank bevoegd is om van dit geschil kennis te nemen. Omdat Berrynaiz gevestigd is in Spanje, is de Verordening (EU) nr. 1215/2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (herschikking) (hierna: Verordening Brussel I-bis) van toepassing.
Berry World heeft haar vordering gegrond op artikel 6:162 BW, onrechtmatige daad.
Artikel 7 lid 2 Verordening Brussel I-bis bepaalt dat een persoon die woonplaats heeft op het grondgebied van een lidstaat, in een andere lidstaat ten aanzien van verbintenissen uit onrechtmatige daad kan worden opgeroepen voor het gerecht van de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan of zich kan voordoen. Aangezien de gevolgen van de door Berry World gestelde onrechtmatige daad zich voordoen in Nederland, is de Nederlandse rechter bevoegd.
3.3.
Voor de bepaling van het toepasselijk recht is, nu Berry World haar vordering grond op een onrechtmatige daad, de Verordening (EU) nr. 864/2007 betreffende het recht dat van toepassing is op niet-contractuele verbintenissen (hierna: Verordening Rome II) van toepassing. Uit artikel 4 lid 1 Verordening Rome II volgt dat het recht dat van toepassing is op een onrechtmatige daad het recht is van het land waar de schade zich voordoet, ongeacht in welk land de schadeveroorzakende gebeurtenis zich heeft voorgedaan en ongeacht in welke landen de indirecte gevolgen van die gebeurtenis zich voordoen. De gestelde schade doet zich voor in Nederland, zodat Nederlands recht van toepassing is op het onderhavige geschil.
Standpunten partijen
3.4.
Berry World stelt dat de door Berrynaiz beslagen vorderingen van BerryWorld zijn verpand aan Rabo Factoring. Rabo Factoring heeft haar pandrecht, een dag na de beslaglegging, bij brief openbaar gemaakt. [bedrijf 1] BV en Oxin Growers, derden waaronder Berrynaiz beslag heeft gelegd, hebben naar aanleiding van deze brief een beroep gedaan op de onzekerheidsexceptie van artikel 6:37 BW. Zij verrichten daarom geen betalingen meer, niet aan Berry World, niet aan de deurwaarder en niet aan Rabo Factoring. BerryWorld is gefinancierd door bevoorschotting door Rabo Factoring, dit is ook de reden waarom alle vorderingen van BerryWorld aan Rabo Factoring zijn verpand. Rabobank en Rabo Factoring hebben op 3 april 2023 in een overleg met BerryWorld aangegeven dat zij – vanwege de beslaglegging en het feit dat de verpande vorderingen niet worden betaald – de relatie met BerryWorld gaan herzien. BerryWorld zal onder de afdeling bijzonder beheer worden gebracht en er zullen grote beperkingen in de toekomstige bevoorschotting worden opgelegd als de betalingen op de verpande vorderingen niet binnen enkele werkdagen binnenkomen. Hierdoor loopt de bedrijfsvoering van Berry World acuut gevaar. Berry World heeft Berrynaiz meermalen en uitdrukkelijk op dit gevaar gewezen en heeft haar medegedeeld dat dit gevaar alleen kan worden weggenomen als Berrynaiz aan de derden waaronder beslag is gelegd, mededeelt dat de verpande vorderingen onder de bestaande Factoringovereenkomst aan Rabo Factoring betaald moeten worden. Berrynaiz weet wat het directe gevolg is van de beslagleggingen waarvoor zij verantwoordelijk is, maar weigert zonder goede grond deze mededeling aan derden te doen. Berry World stelt zich op het standpunt dat het weigeren om mee te werken aan haar redelijke verzoek gekwalificeerd dient te worden als onrechtmatige daad.
3.5.
Berrynaiz betwist dat zij onrechtmatig handelt door niet mee te werken aan het verzoek van Berry World. Zij stelt dat zij uit de door Berry World verstrekte informatie niet kan vaststellen dat de vorderingen rechtsgeldig zijn verpand en voorts dat uit de wet noch rechtspraak een plicht voor Berrynaiz vloeit om mee te werken aan het verzoek van BerryWorld. Daarbij heeft Berrynaiz in haar pleitnota naar voren gebracht:
“Op de beslagen vorderingen rust een stil pandrecht ten gunste van Rabo Factoring dat ouder is dan het beslag. Van [bedrijf 1] weet Berrynaiz dat Rabo Factoring haar op 16 februari 2023 een brief stuurde waarin zij het pandrecht openbaar maakte (…). Sindsdien is Rabo Factoring zelf inningsbevoegd (3:246 lid 1 BW). Dit betekent dat Rabo Factoring bevoegd is betaling van verpande vorderingen in ontvangst te nemen en zelf actief af te dwingen. Rabo Factoring kan de derde sommeren, in en buiten rechte nakoming eisen en incassokosten vorderen. Rabo Factoring is bovendien executiebevoegd.
Rabo Factoring heeft alle middelen voorhanden om de derde tot nakoming te dwingen. Dat de derde niet betaalt aan Rabo Factoring, is een kwestie tussen Rabo Factoring en de derde. (…).”
Spoedeisend belang
3.6.
De voorzieningenrechter overweegt als volgt. De stellingen van Berry World dat door het handelen, althans nalaten van, Berrynaiz haar bedrijfsvoering gevaar loopt, is voldoende om spoedeisend belang bij haar vordering aan te nemen.
Pandrecht
3.7.
Berry World vordert dat Berrynaiz de derdenbeslagenen bericht dat zij instemt met betaling door deze derden van de verpande vorderingen aan Rabo Factoring. Ter beoordeling ligt dan ook voor of Rabo Factoring BV een pandrecht heeft op de beslagen vorderingen van Berry World, dientengevolge deze derden niet langer aan Berry World maar uitsluitend aan Rabo factoring bevrijdend kunnen betalen en of Berrynaiz, door te weigeren om het voorgaande aan de derdenbeslagenen te bevestigen, onrechtmatig handelt.
3.8.
Ter zitting heeft Berry World haar vordering beperkt in die zin dat de vordering niet ziet op alle in de dagvaarding opgesomde derdenbeslagenen, maar op de volgende derdenbeslagenen: [bedrijf 1] B.V., Oxin Growers B.V., [bedrijf 2] B.V. en [bedrijf 4] B.V.
3.9.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat Berry World, door overlegging van de pandakte, de vervolgpandakten/pandlijsten en de brief waarin Rabo Factoring het pandrecht openbaar heeft gemaakt, voldoende heeft onderbouwd dat de vorderingen op de vier hiervoor genoemde derden rechtsgeldig aan Rabo Factoring zijn verpand en dat die verpanding openbaar is gemaakt. Nu Berrynaiz in dit kort geding niet gemotiveerd heeft aangevoerd dat uit de overgelegde akten nog niet blijkt van een rechtsgeldige verpanding, concludeert de voorzieningenrechter dat Berry World in dit kort geding voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de vorderingen op de vier hiervoor genoemde derden rechtsgeldig aan Rabo Factoring zijn verpand en dat die verpanding openbaar is gemaakt.
Onrechtmatige daad
3.10.
Wanneer bij een schuldenaar onduidelijkheid bestaat aan wie hij dient te betalen biedt het stelsel van artikel 6:32 BW e.v. uitkomst. Gezien het bepaalde in artikel 6:34 BW en 6: 37 BW ligt het op de weg van Rabo Factoring om bij twijfel bij de schuldenaar over haar inningsbevoegdheid de schuldenaar duidelijk te maken dat zij inningsbevoegd is door de redelijke twijfel daaromtrent weg te nemen. Het is aan de schuldenaar zelf om zich een oordeel te vormen over de vraag of hij op redelijke gronden mag aannemen dat aan de pandhouder moet worden betaald. In dit stelsel ligt in beginsel geen rol voor de beslaglegger. Berrynaiz voert terecht in haar pleitnota aan dat Rabo Factoring als pandhouder alle middelen voorhanden heeft om betaling af te dwingen.
3.11.
Daarbij is het ook niet in het belang van Berrynaiz om de schuldenaar te berichten dat zij aan Rabo Factoring dient te betalen, nu niet is uit te sluiten dat dit gezien kan worden als een bekrachtiging in de zin van artikel 6:32 BW of een rol kan gaan spelen in het kader van mogelijk verhaal op grond van het bepaalde in artikel 6:36 BW. In dit verband is van belang dat Berrynaiz heeft aangegeven dat zij niet beschikt over de factoringovereenkomst en onvoldoende inzicht heeft in de juridische en financiële verhouding tussen Berry World, Rabo Factoring en Rabobank. Ter zitting is door Berry World aangegeven dat in reactie op de gelegde derdenbeslagen hypothecaire leningen zijn afgelost hetgeen bij Berrynaiz verdere vragen oproept.
3.12.
Mede gelet op het voorgaande brengt de enkele omstandigheid dat Berry Wold een belang heeft bij de door haar gevorderde mededeling nog niet met zich mee dat Berrynaiz onrechtmatig handelt door na te laten deze mededeling te doen. Berry World heeft niet nader onderbouwd op grond waarvan het nalaten van Berrynaiz van het doen van de gevorderde mededeling onrechtmatig is jegens Berry World, anders dan te wijzen op het belang voor haar dat Berrynaiz de gevorderde mededeling doet. Overige omstandigheden die tot het oordeel zouden kunnen leiden dat sprake is van onrechtmatig nalaten van Berrynaiz zijn gesteld noch gebleken. De vordering zal dan ook worden afgewezen.
3.13.
Berry World zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Berrynaiz worden begroot op:
- griffierecht € 676,00
- salaris advocaat €
1.079,00
Totaal € 1.755,00

4.De beslissing

De voorzieningenrechter
4.1.
wijst de vorderingen af,
4.2.
veroordeelt Berry World in de proceskosten, aan de zijde van Berrynaiz tot op heden begroot op € 1.755,00
4.3.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Van den Heuvel en in het openbaar uitgesproken op 1 mei 2023.