Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.De procedure
2.De feiten
‘om de materiële inbreuk die DrisColls heeft gemaakt binnen 30 dagen te herstellen’. Doñana geeft aan dat als Driscoll's niet tijdig aan deze eis voldoet, de brief dient als kennisgeving van de wil van Doñana om de overeenkomst na afloop van de gestelde termijn met onmiddellijke ingang te beëindigen.
3.Het geschil
4.De beoordeling
‘gross negligence and wilful misconduct’aan de kant van Driscoll's. Doñana heeft dit verweer voor het eerst op de zitting gevoerd en onderbouwd met een verwijzing naar
‘hetgeen eerder is gesteld zijdens Doñana, met name naar hetgeen is gesteld omtrent het traineren en de audit’. Voor een geslaagd beroep op artikel 18.2 van de overeenkomst is nodig dat het gestelde tekortschieten van Driscoll's in de nakoming van de overeenkomst zo ernstig is dat dit kan worden gekwalificeerd als opzet of grove schuld. Dit is een hoge drempel. De rechtbank is van oordeel dat Doñana onvoldoende gemotiveerd heeft toegelicht en onderbouwd dat sprake is van opzet of grove schuld van Driscoll's. De verwijzing naar eerder ingenomen stellingen over het traineren en de audit zijn daartoe onvoldoende. Het is aan Doñana om haar verweer te onderbouwen en gemotiveerd te stellen waarom er volgens haar sprake is van opzet of grove schuld aan de kant van Driscoll's. Doordat zij dit nalaat, slaagt het verweer niet.
‘een en ander mede gelet op de zwaarte van de schuld zijdens Driscoll's die ten grondslag liggen van de schade die Doñana heeft geleden.’Ook hier geldt dat Doñana nalaat haar verweer van een voldoende concrete en feitelijke toelichting te voorzien. De zwaarte van de schuld kan een gezichtspunt zijn dat meeweegt in de beoordeling van het beroep op onaanvaardbaarheid, maar het is aan Doñana om dat te motiveren. Verdere argumenten worden niet aangevoerd. Het is niet aan de rechtbank om daar naar op zoek te gaan. Gelet op het voorgaande en in aanmerking nemende het uitgangspunt zoals verwoord in rechtsoverweging 4.8. hiervoor faalt ook dit verweer.
Haviltex-maatstaf maatstaf dient ook te worden gelet op de wijze van totstandkoming en de aard van de transactie. In verband daarmee zijn omstandigheden als dat sprake is van een commerciële verhouding, van een gedetailleerd contract, dat daarover is onderhandeld en dat partijen daarbij deskundige juridische bijstand genoten, alsook dat de strekking van de tekst van het contract is om de wederzijdse rechten en verplichtingen nauwkeurig vast te leggen, van wezenlijke betekenis. Dat kan ertoe leiden dat aan de taalkundige betekenis van de gekozen bewoordingen grote betekenis toekomt, maar ook dan blijven de wederzijdse redelijke verwachtingen bepalend (HR 5 april 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY8101 (Lundiform/Mexx)).