Uitspraak
wijzigt de beschikking van 17 december 2020 in zoverre als volgt:’.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze herstelbeschikking van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team Familie- en Jeugdrecht, wordt een verzoek behandeld dat op 25 april 2023 is ingediend door mr. M. Akça-Altun, advocaat van de man. Het verzoek betreft een verbetering van de beschikking van 19 april 2023, waarin een kennelijke onjuistheid is vastgesteld. De rechtbank heeft geconstateerd dat in het dictum van de beschikking van 19 april 2023 een fout is gemaakt met betrekking tot de datum van de eerdere beschikking die gewijzigd diende te worden. De rechtbank heeft de bewindvoerder, vertegenwoordigd door mr. S. van Reeven-Özer, de gelegenheid geboden om op het verzoek te reageren, maar er is geen reactie ontvangen.
De rechtbank heeft vervolgens besloten het verzoek toe te wijzen, aangezien de onjuistheid eenvoudig te herstellen is. De beslissing houdt in dat de eerdere beschikking van 17 december 2022, zoals vermeld in de beschikking van 19 april 2023, moet worden gewijzigd naar de juiste datum van 17 december 2020. Deze verbetering is van belang voor de juiste uitvoering van de alimentatieverplichtingen. De rechtbank heeft de beschikking openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. Hurkmans, op 17 mei 2023.