ECLI:NL:RBZWB:2023:3510

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
17 mei 2023
Publicatiedatum
22 mei 2023
Zaaknummer
C/02/402102 / FA RK 22-4487
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. Pulskens
  • mr. Hurkmans
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelbeschikking inzake wijziging kinderalimentatie

In deze herstelbeschikking van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team Familie- en Jeugdrecht, wordt een verzoek behandeld dat op 25 april 2023 is ingediend door mr. M. Akça-Altun, advocaat van de man. Het verzoek betreft een verbetering van de beschikking van 19 april 2023, waarin een kennelijke onjuistheid is vastgesteld. De rechtbank heeft geconstateerd dat in het dictum van de beschikking van 19 april 2023 een fout is gemaakt met betrekking tot de datum van de eerdere beschikking die gewijzigd diende te worden. De rechtbank heeft de bewindvoerder, vertegenwoordigd door mr. S. van Reeven-Özer, de gelegenheid geboden om op het verzoek te reageren, maar er is geen reactie ontvangen.

De rechtbank heeft vervolgens besloten het verzoek toe te wijzen, aangezien de onjuistheid eenvoudig te herstellen is. De beslissing houdt in dat de eerdere beschikking van 17 december 2022, zoals vermeld in de beschikking van 19 april 2023, moet worden gewijzigd naar de juiste datum van 17 december 2020. Deze verbetering is van belang voor de juiste uitvoering van de alimentatieverplichtingen. De rechtbank heeft de beschikking openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. Hurkmans, op 17 mei 2023.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Team Familie- en Jeugdrecht
Breda
Zaaknummer: C/02/402102 / FA RK 22-4487
verbetering van een beschikking over wijziging kinderalimentatie
in de zaak van
[de bewindvoerder],
in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [naam ] ,
gevestigd te [plaats] ,
hierna te noemen de bewindvoerder,
advocaat mr. S. van Reeven-Özer,
en
[de man],
wonende te [woonplaats] ,
hierna te noemen de man,
advocaat mr. M. Akça-Altun.
1. Het verzoek
1.1. Op 25 april 2023 is op de griffie binnengekomen een e-mailbericht van mr. Akça-Altun. In dit e-mailbericht wordt verzocht de beschikking van deze rechtbank van
19 april 2023 aldus te verbeteren, dat in het dictum de eerste alinea wordt gewijzigd in ‘
wijzigt de beschikking van 17 december 2020 in zoverre als volgt:’.
1.2. Aan mr. Van Reeven-Özer is bij brief van 25 april 2023 de gelegenheid geboden om binnen een week na dagtekening kenbaar te maken of zij kan instemmen met het verzoek. Van mr. Van Reeven-Özer is geen reactie ontvangen.

2.De beoordeling

2.1.
De rechtbank is van oordeel dat in de beschikking van 19 april 2023 sprake is van een kennelijke onjuistheid, die zich voor eenvoudig herstel leent. De rechtbank zal het verzoek dan ook als volgt toewijzen.

3.De beslissing

De rechtbank
verbetert voormelde beschikking van 19 april 2023, in dier voege dat onder 5. De beslissing, eerste alinea, in plaats van:
“De rechtbank
wijzigt de beschikking van 17 december 2022 in zoverre als volgt:”
wordt gelezen:
“De rechtbank
wijzigt de beschikking van 17 december 2020 in zoverre als volgt:”
Deze beschikking is gegeven door mr. Pulskens en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van mr. Hurkmans, de griffier, op