ECLI:NL:RBZWB:2023:3538

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
3 mei 2023
Publicatiedatum
24 mei 2023
Zaaknummer
22-011979
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning van schadevergoeding ex artikel 530 Sv voor rechtsbijstandskosten

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 3 mei 2023 een beslissing genomen op een verzoekschrift ex artikel 530 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. I. Azarkan, vroeg om een schadevergoeding van € 6.753,86 voor kosten van rechtsbijstand in verband met een klaagschriftprocedure. De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoek zonder mondelinge behandeling kon worden afgedaan, aangezien de officier van justitie had aangegeven dat het standpunt van het Openbaar Ministerie ongewijzigd was. De rechtbank heeft de kosten van rechtsbijstand als voldoende onderbouwd beschouwd en heeft het verzoek tot vergoeding toegewezen. Daarnaast zijn er kosten van € 340,00 toegekend voor de indiening van het verzoekschrift. De totale vergoeding bedraagt dus € 7.093,86, die zal worden overgemaakt op naam van Azarkan Advocatuur B.V. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de griffier, mr. S.H.M.R. Chevalier-Verbunt, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen door het Openbaar Ministerie en binnen een maand door verzoeker hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Locatie Breda
rk-nummer: 22-011979
Beslissing op het verzoekschrift ex artikel 530 van het Wetboek van Strafvordering
Beslissing op het verzoekschrift ex artikel 530 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv), in de zaak van verzoeker:
[verzoeker],geboren op [geboortedag] 1973 te [geboorteplaats],
wonende te [woonadres],
woonplaats kiezende ten kantore van mr. I. Azarkan advocaat te Roosendaal op het adres Burgemeester Prinsensingel 89E, 1701 HL te Roosendaal.

1.De procedure

De procedure blijkt onder meer uit de volgende stukken:
 het verzoekschrift dat strekt tot toekenning van een vergoeding
ex artikel 530 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
  • € 6.753,86, voor vergoeding van kosten rechtsbijstand in verband met de klaagschriftprocedure bij de rechtbank;
  • te vermeerderen met de kosten met betrekking tot het opstellen en indienen van het verzoekschrift ad € 340,00 dan wel € 680,00 bij behandeling van het verzoekschrift in raadkamer;
  • de beslissing van deze rechtbank op het klaagschrift ex artikel 552a Sv van 1 juni 2022, waarbij het klaagschrift gegrond is verklaard;
  • de schriftelijke reactie van het Openbaar Ministerie.
De griffier heeft voorafgaand aan de zitting de officier van justitie verzocht om aan te geven of zij persisteert bij de schriftelijke reactie van het Openbaar Ministerie nu een mondelinge behandeling van het verzoekschrift in dat geval wellicht niet nodig is. De officier van justitie heeft daarop te kennen gegeven dat het standpunt van het Openbaar Ministerie ongewijzigd is. De griffier heeft deze schriftelijke reactie aan de advocaat van verzoeker doen toekomen. Deze heeft ermee ingestemd dat het verzoek zonder behandeling ter zitting wordt afgedaan.
De rechtbank zal zonder mondelinge behandeling op het verzoekschrift beslissen.

2.De beoordeling

De rechtbank overweegt als volgt.
De zaak is geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel of met zodanige oplegging, doch op grond van een feit waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten en zonder dat toepassing is gegeven aan artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank is bevoegd om het verzoek in behandeling te nemen, nu de zaak in feitelijke aanleg bij de rechtbank is vervolgd, zou worden vervolgd of laatstelijk werd vervolgd.
Ingevolge artikel 530 Sv wordt aan de gewezen verdachte een vergoeding toegekend in
de ten behoeve van het onderzoek en de behandeling van de zaak gemaakte reis- en verblijfkosten, en kan een vergoeding worden toegekend voor de schade welke hij ten gevolge van tijdverzuim door de vervolging en de behandeling der zaak ter terechtzitting werkelijk heeft geleden, alsmede, behoudens in het zich hier niet voordoende geval dat - kort gezegd - de raadsman was toegevoegd, in de kosten van een raadsman.
Ingevolge artikel 534, eerste en vierde lid, Sv vindt toekenning van een schadevergoeding steeds plaats, indien en voor zover daartoe, naar het oordeel van de rechtbank, alle omstandigheden in aanmerking genomen, gronden van billijkheid aanwezig zijn.
Het verzochte bedrag aan kosten van rechtsbijstand ter grootte van
€ 6.753,86is in voldoende mate onderbouwd en komt de rechtbank niet onbillijk voor. De rechtbank zal dit bedrag toewijzen.
Voor de kosten verbonden aan de indiening van het verzoekschrift wordt het forfaitaire bedrag van
€ 340,00toegekend.

3.De beslissing

De rechtbank:
wijst het verzoek tot toekenning van een vergoeding ex artikel 530 Sv toe tot een bedrag van
€ 7.093,86, bestaande uit:
- € 6.753,86 aan kosten van rechtsbijstand;
- € 340,00 de kosten verbonden aan de indiening van het verzoekschrift in raadkamer.
bepaalt dat een bedrag van
€ 7.093,86zal worden overgemaakt op [rekeningnummer] ten name van Azarkan Advocatuur B.V. onder vermelding van “
[verzoeker]/OM 22-001015”.
Deze beslissing is op 3 mei 2023 gegeven door mr. A.L. Hoekstra, rechter, in tegenwoordigheid van mr. S.H.M.R. Chevalier-Verbunt, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 3 mei 2023. .
De griffier is buiten staat de beslissing mede te ondertekenen.
INFORMATIE RECHTSMIDDEL
Tegen de beslissing ex artikel 530 Sv kan door het Openbaar Ministerie binnen veertien dagen na de dagtekening van deze beslissing en door verzoeker binnen een maand na de betekening van deze beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch (artikel 535 lid 1 Sv).