Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.[eiser in conventie01] ,
[eiser in conventie02],
[gedaagde in conventie01] in haar hoedanigheid van enig erfgenaam in de nalatenschap van de heer [erflater01],
[gedaagde in conventie02] in haar hoedanigheid van executeur/afwikkelingsbewindvoerder in de nalatenschap van de heer [erflater01],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 28 september 2022 en de daarin genoemde stukken;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- de akte indiening nadere stukken tevens aangepaste berekening legitieme porties van [gedaagden in conventie01] met producties 29 t/m 37;
- de mondelinge behandeling op 6 april 2023.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
- € 4.674,00 aan uitvaartkosten;
- € 800,00 voor de kist die [gedaagden in conventie01] heeft laten maken door een vriend;
- twee keer € 500,00 voor de drankjes en hapjes voor twee afscheidsdiensten en
- € 3.526,00 terzake alsnog te maken kosten voor een reis naar Bali om de as van erflater naar zijn laatste rustplaats te brengen en de kosten voor een ceremonie op Bali.
- een bedrag van € 272,25 aan taxatiekosten inboedel;
- een bedrag van € 718,97 aan notariskosten (verklaring van erfrecht);
- een bedrag van € 600,00 aan opslagkosten, te weten de aanschaf van een tweedehands zeecontainer als opslag voor de inboedel van erflater.
€ 185,11
€ 600,00
€ 47.079,17