ECLI:NL:RBZWB:2023:4148

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
14 juni 2023
Publicatiedatum
14 juni 2023
Zaaknummer
C/02/397129 / HA ZA 22-216 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • M. Goedegebuur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nakoming en opzegging van een distributieovereenkomst tussen een verfgroothandel en een autolakkenproducent

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, vordert de eiseres, een verfgroothandel, betaling van een schadevergoeding van de gedaagde, een producent van autolakken, wegens vermeende tekortkomingen in de nakoming van een distributieovereenkomst. De eiseres stelt dat zij door de gedaagde niet is betrokken bij een tenderprocedure van AAS-bedrijven, wat heeft geleid tot verlies van klanten en daarmee schade. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen causaal verband bestaat tussen de gestelde tekortkomingen van de gedaagde en de door de eiseres geleden schade. De rechtbank oordeelt dat de eiseres onvoldoende feiten heeft aangedragen om aan te tonen dat de schade niet zou zijn ontstaan zonder de gestelde tekortkomingen. De gedaagde heeft gemotiveerd verweer gevoerd en betwist dat er sprake is van een tekortkoming. De rechtbank concludeert dat de gedaagde niet aansprakelijk is voor de gestelde schade en wijst de vorderingen van de eiseres af. Tevens wordt de eiseres veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die zijn begroot op € 12.279,00.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Breda
zaaknummer / rolnummer: C/02/397129 / HA ZA 22-216
Vonnis van 14 juni 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[eiseres01] BV,
gevestigd te [vestigingsplaats01] ,
eiseres,
advocaat mr. A.A. Broekman-de Feijter te Terneuzen,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
AXALTA COATING SYSTEMS EMEA HOLDING BV,
gevestigd te Tiel,
gedaagde,
advocaat mr. K. Dadi te Amsterdam.
Partijen zullen hierna [eiseres01] en Axalta genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 21 september 2022 en de daarin genoemde stukken;
  • producties 33 t/m 40 van [eiseres01] ;
  • het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 17 maart 2023;
  • de spreekaantekeningen van [eiseres01] ;
  • de spreekaantekeningen van Axalta;
  • de brief van 3 april 2023 van mr. Broekman met daarin een reactie op het proces-verbaal van mondelinge behandeling.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

Tussen partijen staan de volgende feiten vast.
2.1.
[eiseres01] is een verfgroothandel binnen de verfbranche in Zuidwest-Nederland. Haar ondernemingsactiviteiten bestaan onder meer uit het verkopen van verf- en lakproducten en ‘non-paint’ producten. Zij is leverancier voor verschillende sectoren, waaronder de automotive-sector.
2.2.
Axalta ontwikkelt, produceert en verkoopt onder meer autolakken over de hele wereld, waaronder het Cromax-autolaksysteem.
2.3.
Een concurrent van [eiseres01] is Metalak BV (hierna: Metalak). Enig aandeelhouder van Metalak is Axalta Coating Systems Benelux BV. Axalta is enig aandeelhouder van Axalta Coating Systems Benelux BV.
2.4.
Tussen (de rechtsvoorgangers van) [eiseres01] en (de rechtsvoorgangers van) Axalta bestaat sinds 1967 een (mondelinge) distributieovereenkomst. Op grond van deze overeenkomst heeft [eiseres01] aan haar klanten Cromax-producten van Axalta verkocht. [eiseres01] heeft de Cromax-producten voor eigen rekening en risico bij Axalta ingekocht en vervolgens voor eigen rekening en risico verkocht aan haar eigen klanten in de automotive-sector.
2.5.
Klanten van [eiseres01] waren onder meer bedrijven die zijn aangesloten bij de ketens Schadenet en AAS. Schadenet betreft een keten van ongeveer 120 zelfstandige autoschadeherstelbedrijven in Nederland, AAS een coöperatie van ongeveer 87 autoschadeherstelbedrijven in Nederland. Tussen deze ketens en Axalta zijn kortingsregelingen afgesproken, welke gedeeltelijk zijn uitgevoerd door [eiseres01] .
2.7.
Vanaf 2009 zijn financiële afspraken tussen partijen jaarlijks schriftelijk vastgelegd in zogenaamde doelstellingsovereenkomsten. Onderdeel van die financiële afspraken waren door [eiseres01] te behalen omzetdoelen met daaraan een bonus gekoppeld.
2.8.
In 2010 hebben partijen een kaderovereenkomst gesloten ten aanzien van de in het klantenbestand van [eiseres01] aanwezige AAS-bedrijven. In deze kaderovereenkomst zijn afspraken vastgelegd over de financiële participatie van [eiseres01] in de commissie die deze bedrijven kunnen verdienen naar aanleiding van door hen aangekochte producten van Axalta bij onder andere [eiseres01] . De kaderovereenkomst is aangegaan voor de duur van 4 jaar en tweemaal verlengd met telkens 5 jaar.
2.9.
Schadenet heeft in 2019 ervoor gekozen om alleen nog rechtstreeks bij Metalak Cromax-producten te kopen. Vanaf het najaar van 2019 hebben daarom de Schadenet-bedrijven, met uitzondering van 2 bedrijven die medio 2020 zijn overgestapt, de Cromax-producten niet meer afgenomen van [eiseres01] maar van Metalak.
2.10.
AAS heeft in 2019 een tenderprocedure uitgeschreven waarvoor [eiseres01] niet is uitgenodigd en waarbij de keuze van AAS op Axalta is gevallen. In de loop van 2020 hebben de AAS-bedrijven de Cromax-producten als gevolg daarvan niet meer afgenomen van [eiseres01] maar van Axalta.

3.Het geschil

3.1.
[eiseres01] vordert samengevat - veroordeling van Axalta tot betaling van € 1.168.028,54 als hoofdsom en € 6.775,00 als buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met proceskosten, nakosten en rente.
3.2.
[eiseres01] legt aan haar vordering het volgende ten grondslag. De AAS- en Schadenet-bedrijven zijn [eiseres01] ontvallen. Ter zake zijn Axalta verschillende verwijten te maken. Axalta is tekort geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de kaderovereenkomst ten aanzien van AAS-bedrijven en uit de distributieovereenkomst ten aanzien van Schadenet- en AAS-bedrijven. [eiseres01] stelt dat zij daardoor schade heeft geleden en deze bestaat uit de door haar misgelopen winst van € 1.168.028,54. Axalta is gehouden die schade aan [eiseres01] te vergoeden.
3.3.
Axalta voert verweer. Axalta betwist dat zij tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de distributieovereenkomst en kaderovereenkomst. Axalta voert ook aan dat geen sprake is van verzuim en zij betwist de omvang van de gestelde schade.
3.4.
De stellingen van partijen zijn samengevat weergegeven. Op de uitgebreide stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Overeenkomstig de inhoud van het proces-verbaal van mondelinge behandeling zal eerst zal worden beoordeeld of Axalta aansprakelijk is voor de door [eiseres01] gestelde schade. Indien de rechtbank tot dit oordeel komt, zal er een schriftelijke ronde volgen over de omvang van de schade.
AAS-bedrijven: tekortkoming in de nakoming van de distributieovereenkomst (stilzwijgende afspraak)
4.2.
[eiseres01] stelt dat Axalta tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de distributieovereenkomst. Zij is door Axalta ten onrechte niet betrokken bij de door AAS uitgeschreven tenderprocedure. [eiseres01] stelt dat er in het kader van de distributieovereenkomst een stilzwijgende afspraak tussen [eiseres01] en Axalta bestond dat zij samen zouden onderhandelen met AAS. Bij eerdere onderhandelingen tussen AAS en Axalta zat [eiseres01] ook aan tafel. Axalta betwist deze afspraak gemotiveerd. De rechtbank oordeelt als volgt.
4.3.
[eiseres01] vordert schadevergoeding van Axalta wegens een tekortkoming in de nakoming van haar verplichtingen. Voor het kunnen toewijzen van een dergelijke vordering dient niet alleen vast te komen staan dat er sprake is van een (toerekenbare) tekortkoming maar ook dat er tussen de verweten gedraging en de gestelde schade een causaal verband (in de zin van condicio sine qua non verband) bestaat. Bij het ontbreken van dit causaal verband is voor het toewijzen van schadevergoeding geen plaats. Uitgangspunt is dat [eiseres01] zal moeten stellen dat er causaal verband bestaat tussen de Axalta verweten gedraging en de gevorderde schade. [eiseres01] dient dus voldoende feiten en omstandigheden naar voren te brengen waaruit afgeleid kan worden dat de schade niet zou zijn ontstaan, indien de gestelde tekortkoming niet had plaats gevonden. Dat heeft zij niet gedaan. [eiseres01] voert niet aan dat wanneer zij wel bij de tenderprocedure van AAS was betrokken, AAS de opdracht aan haar, althans aan Axalta en haar samen had gegund. Dit betekent dat ook indien komt vast te staan dat partijen in het kader van de distributieovereenkomst een stilzwijgende afspraak hebben gemaakt dat [eiseres01] bij een tenderprocedure van AAS door Axalta zou worden betrokken, wat Axalta niet heeft gedaan, [eiseres01] haar stelling dat zij
daardoorschade in de vorm van winstderving lijdt, onvoldoende heeft onderbouwd. Het voor aansprakelijkheid noodzakelijke condicio sine qua non-verband tussen de gestelde tekortkoming van Axalta en de gestelde schade van [eiseres01] kan niet worden vastgesteld. Voor zover [eiseres01] haar vordering baseert op een tekortkoming in de nakoming van de stilzwijgende afspraak die in het kader van de distributieovereenkomst zou zijn gemaakt, ligt die vordering dus voor afwijzing gereed.
AAS-bedrijven: tekortkoming in de nakoming van de kaderovereenkomst
4.4.
[eiseres01] stelt verder dat Axalta tekort is geschoten in de nakoming van de kaderovereenkomst door vanaf april 2020 rechtstreeks aan AAS te leveren. Echter de kaderovereenkomst betreft slechts de financiële afspraken tussen partijen en de gevorderde schade heeft betrekking de wijze waarop de distributie (volgens [eiseres01] ) zou moeten plaatsvinden. Dit betekent dat ook hier het voor aansprakelijkheid vereiste causale verband tussen de gestelde tekortkoming van Axalta en de gestelde schade van [eiseres01] ontbreekt. Ook op grond van deze gestelde tekortkoming kan de vordering van [eiseres01] niet worden toegewezen.
AAS- en Schadenet-bedrijven: tekortkoming in de nakoming van de distributieovereenkomst (onregelmatige opzegging)
4.5.
[eiseres01] stelt voorts dat Axalta de distributieovereenkomst ten aanzien van AAS- en Schadenet-bedrijven, door de Cromax-producten rechtstreeks aan die bedrijven te leveren, gedeeltelijk heeft opgezegd. Die opzegging is onregelmatig, zodat Axalta ook op die manier tekort schiet in de nakoming van haar verplichtingen voortvloeiende uit de distributieovereenkomst.
4.5.1.
Voor zover de distributieovereenkomst ziet op AAS-bedrijven voert [eiseres01] aan dat de overeenkomst een overeenkomst voor bepaalde tijd is die eind 2023 afloopt. Ter onderbouwing hiervan beroept [eiseres01] zich op de kaderovereenkomst die partijen in 2010 zijn aangegaan en die tweemaal is verlengd. Tussentijdse opzegging is in die overeenkomst niet overeengekomen, zodat slechts in geval van onvoorziene omstandigheden, die niet voor rekening van Axalta komen, tussentijdse beëindiging mogelijk is. Van dergelijke omstandigheden is volgens [eiseres01] geen sprake.
4.5.2.
Voor zover de distributieovereenkomst ziet op Schadenet-bedrijven stelt [eiseres01] dat deze overeenkomst een duurovereenkomst voor onbepaalde tijd betreft zonder opzeggingsbevoegdheid. [eiseres01] stelt dat de eisen van redelijkheid en billijkheid in verband met de aard en inhoud van de overeenkomst en de omstandigheden van het geval meebrengen dat opzegging van de distributieovereenkomst ten aanzien van Schadenet- en AAS-bedrijven – de rechtbank begrijpt: voor zover geen sprake is van een overeenkomst voor bepaalde tijd – slechts mogelijk is indien daarvoor een voldoende zwaarwegende grond bestaat, dat een bepaalde opzegtermijn in acht wordt genomen en/of dat de opzegging gepaard gaat met het aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding. Ter onderbouwing hiervan stelt [eiseres01] het volgende. De distributieovereenkomst tussen partijen dateert van 1967 en is grotendeels gebaseerd op mondelinge afspraken en onderling vertrouwen. Partijen hebben uitsluitend de laatste jaren de financiële afspraken jaarlijks vastgelegd en enige schriftelijke inkadering gegeven aan hun samenwerking ten aanzien van de AAS-klanten. Daarnaast is er een grote impact op de omzet van [eiseres01] en heeft Axalta de omzet van de AAS- en Schadenet-klanten die jaren lang door [eiseres01] werden bediend, aan zichzelf toegeëigend door rechtstreeks, althans via haar dochteronderneming Metalak, nieuwe afspraken met AAS en Schadenet te maken. Dit leidt ertoe dat Axalta dus niet zondermeer tot (gedeeltelijke) opzegging van de distributieovereenkomst met haar had mogen overgaan. Axalta heeft daarbij de belangen van [eiseres01] veronachtzaamd, door [eiseres01] niet (tijdig) te informeren over de nieuwe onderhandelingen met AAS en Schadenet. Axalta heeft ook geen voldoende zwaarwegende grond voor haar handelwijze aangevoerd, geen redelijke opzegtermijn in acht genomen en is niet bereid gebleken [eiseres01] een passende (schade)vergoeding toe te kennen.
4.6.
Axalta voert gemotiveerd verweer. Zij betwist onder andere dat voor zover de distributieovereenkomst ziet op AAS-bedrijven, deze overeenkomst voor bepaalde tijd is aangegaan. Axalta erkent dat tussen partijen in 2010 een kaderovereenkomst voor bepaalde tijd is overeengekomen, maar voert aan dat deze overeenkomst niet ziet op de aan [eiseres01] toegekende distributierechten ten aanzien van AAS-bedrijven en dat het doel van deze overeenkomst een hele andere is.
4.7.
De rechtbank overweegt als volgt. Gelet op hetgeen Axalta aanvoert ten aanzien van de distributieovereenkomst met betrekking tot AAS-bedrijven in combinatie met de inhoud van de kaderovereenkomst, had het op de weg van [eiseres01] gelegen hierop te reageren en haar stelling dat sprake is van een overeenkomst voor bepaalde tijd nader te onderbouwen. Dit heeft [eiseres01] nagelaten. De stelling van [eiseres01] dat de distributieovereenkomst ten aanzien van AAS-bedrijven een overeenkomst voor bepaalde tijd betreft wordt dan ook verworpen.
4.8.
De distributieovereenkomst tussen partijen moet dus zowel ten aanzien van AAS- als Schadenet-bedrijven worden aangemerkt als een duurovereenkomst die voor onbepaalde tijd is aangegaan. Nu noch de wet noch de overeenkomst voorziet in een regeling voor opzegging, geldt dat de overeenkomst in beginsel opzegbaar is. De eisen van redelijkheid en billijkheid kunnen in verband met de aard en inhoud van de overeenkomst en de omstandigheden van het geval meebrengen dat opzegging slechts mogelijk is indien een voldoende zwaarwegende grond voor de opzegging bestaat. Uit diezelfde eisen kan, eveneens in verband met de aard en inhoud van de overeenkomst en de omstandigheden van het geval, voortvloeien dat een bepaalde opzegtermijn in acht moet worden genomen of dat de opzegging gepaard moet gaan met het aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding.
4.9.
Voor zover de levering aan Schadenet- en AAS-bedrijven als een (feitelijke) opzegging moet worden aangemerkt, is de rechtbank van oordeel dat de eisen van redelijkheid en billijkheid niet meebrengen dat de onderhavige overeenkomst alleen door Axalta kan worden opgezegd indien daarvoor een voldoende zwaarwegende grond bestaat, een opzegtermijn in acht wordt genomen en/of de opzegging gepaard gaat met het aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding. Daartoe wordt het volgende overwogen.
4.9.1.
De omstandigheid dat partijen sinds 1967 een distributieovereenkomst hebben, legt te weinig gewicht in de schaal. Niet de gehele distributieovereenkomst tussen partijen is immers geëindigd, maar alleen ten aanzien van de Schadenet- en AAS-bedrijven. De distributieovereenkomst ten aanzien van deze bedrijven is vanaf omstreeks 2000 gaan lopen. De looptijd van de overeenkomst is daarom niet van uitzonderlijk lange duur. De omstandigheid dat de distributieovereenkomst is gebaseerd op mondelinge afspraken en onderling vertrouwen, brengt evenmin mee dat de overeenkomst niet zonder zwaarwegende grond kan worden opgezegd. Dat het wegvallen van de Schadenet- en AAS-bedrijven een grote impact op de omzet van [eiseres01] heeft, is door Axalta betwist en door [eiseres01] niet feitelijk onderbouwd. Dit had wel op haar weg gelegen. Dit geldt temeer nu op de mondelinge behandeling door [eiseres01] is aangegeven dat het bedrijf 4 disciplines heeft. Dat [eiseres01] voor het voortbestaan van haar onderneming afhankelijk is van haar activiteiten in de automotive-sector stelt [eiseres01] niet. Integendeel: op de mondelinge behandeling heeft [eiseres01] aangegeven dat haar bedrijf floreert. Van een – naar omzet en winst gemeten – uitzonderlijke (wederzijdse) afhankelijkheid is kennelijk geen sprake. Dat Axalta zich de omzet van de Schadenet- en AAS-bedrijven heeft toegeëigend, zoals [eiseres01] stelt, is niet gebleken. Deze stelling is door [eiseres01] ook niet onderbouwd. Daarentegen staat vast dat AAS op eigen initiatief een tenderprocedure heeft uitgeschreven naar aanleiding waarvan AAS met Axalta afspraken heeft gemaakt en heeft Axalta gemotiveerd aangevoerd dat Schadenet op eigen initiatief Metalak heeft benaderd en vervolgens met dat bedrijf afspraken heeft gemaakt om Cromax-producten zonder tussenkomst van een distributeur te betrekken. Dat AAS- en Schadenet-bedrijven niet meer van [eiseres01] deze producten afnemen, kan Axalta daarom niet worden toegerekend. Daarnaast is niet gesteld dat de omzet van de Schadenet- en AAS-bedrijven bij [eiseres01] zou zijn gebleven indien Axalta en Metalak niet met AAS en Schadenet in zee zouden zijn gegaan. Van het veronachtzamen van belangen van [eiseres01] door Axalta is daarom evenmin sprake. Of Axalta [eiseres01] al dan niet heeft geïnformeerd over de onderhandelingen, is niet relevant.
4.10.
Het vorenstaande betekent dat de stelling van [eiseres01] dat Axalta niet zondermeer tot (gedeeltelijke) opzegging van de distributieovereenkomst ten aanzien van Schadenet- en AAS-bedrijven had mogen overgaan, wordt gepasseerd. Er is hier evenmin geen sprake van een tekortkoming in de nakoming van verplichtingen op grond waarvan Axalta schadeplichtig is jegens [eiseres01] .
4.11.
Ten aanzien van de Schadenet-bedrijven geldt daarnaast nog dat zonder nadere toelichting niet valt in te zien waarom Axalta aansprakelijk is voor het ontvallen van de Schadenet-bedrijven aan [eiseres01] . Vast staat dat Metalak die bedrijven belevert en niet Axalta. Het enkele feit dat Axalta indirect aandeelhouder van Metalak is, maakt niet dat zij met die rechtspersoon vereenzelvigd kan worden. De stelling van [eiseres01] dat zij zich niet als verschillende entiteiten hebben gedragen, is niet onderbouwd. Ook om die reden kan van aansprakelijkheid van Axalta geen sprake zijn.
Conclusie
4.12.
Uit het vorenstaande volgt dat Axalta niet aansprakelijk is voor de door [eiseres01] gestelde schade. Wat door partijen voor het overige nog is aangevoerd, behoeft daarom geen bespreking meer. Dit betekent verder dat partijen zich niet meer hoeven uit te laten over de omvang van de gestelde schade.
4.13.
[eiseres01] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Axalta worden begroot op:
- griffierecht € 8.519,00
- salaris advocaat
€ 3.760,00(2,0 punten × tarief € 1.880,00)
Totaal € 12.279,00

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt [eiseres01] in de proceskosten, aan de zijde van Axalta tot op heden begroot op € 12.279,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. Goedegebuur en in het openbaar uitgesproken op 14 juni 2023.