Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie;
- de conclusie van repliek, waarbij niet gereageerd is op de eis in reconventie;
- de conclusie van dupliek;
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
ik hoop dat je ma haar woning snel verkocht hebt’ en, naar aanleiding van de opmerking van [eiser in conventie01] dat de verkoop mogelijk wat langer kan duren in verband met rentestijgingen,:
‘(…) snap ik. (…)’ en ‘
Jij kunt dit als de beste’ (productie 2). Ook heeft [eiser in conventie01] contact gehad met een potentiële koper, te weten mevrouw [naam02] (productie 5). Mevrouw [naam02] had gereageerd op de door mevrouw [dochter gedaagde01] geplaatste facebook-advertentie, waarna laatstgenoemde mevrouw [naam02] heeft doorverwezen naar [eiser in conventie01] , zo staat als onweersproken vast. Ook hieruit volgt dat was afgesproken dat [eiser in conventie01] bepaalde werkzaamheden ten aanzien van de verkoop van de woning op zich zou nemen, nu met deze gang van zaken uitvoering is gegeven aan deze afspraak.
In de praktijk is de scheidslijn tussen een overeenkomst van opdracht en een vriendendienst dun. Een vriendendienst is een eenvoudige toezegging tot hulp en bijstand in de particuliere sfeer die niet als een overeenkomst moet worden opgevat. Op grond van artikel 7:400 BW is de overeenkomst van opdracht de overeenkomst waarbij de ene partij, de opdrachtnemer, zich jegens de andere partij, de opdrachtgever, verbindt werkzaamheden te verrichten, anders dan op grond van de arbeidsovereenkomst. Kenmerkend voor een overeenkomst van opdracht is dat de ene partij bepaalde verrichtingen aan de andere partij kan opdragen, die de andere partij dan moet uitvoeren, waarbij hij zich ook moet houden aan de door de opdrachtgever gegeven aanwijzingen (vgl. artikel 7:402 BW). De overeenkomst van opdracht is een overeenkomst tot dienstbetoon. Daarin ligt het raakvlak met de vriendendienst. Of een overeenkomst van opdracht tot stand is gekomen, in die zin dat er rechtens afdwingbare afspraken zijn gemaakt, dan wel of sprake is geweest van een vriendendienst is afhankelijk van de bedoeling van partijen en van wat partijen over en weer jegens elkaar hebben verklaard en uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en mochten afleiden. Stelplicht en bewijslast van feiten en omstandigheden waaruit volgt dat sprake is van een overeenkomst van opdracht, rusten op degene die zich op het bestaan van deze overeenkomst beroept en daaraan rechtsgevolgen verbindt.’
Om te kunnen oordelen dat partijen een overeenkomst van opdracht hebben gesloten, had het op de weg van [appellant] gelegen om ten minste aan te voeren wat hij met [geïntimeerde] heeft afgesproken over de aard, de omvang en de frequentie van de werkzaamheden die door hem aan [geïntimeerde] werden opgedragen.’
nadatde woning was verkocht en dat over kosten nooit is gesproken. [eiser in conventie01] heeft in reactie daarop enkel verwezen naar het Whatsapp-verkeer waaruit blijkt dat was afgesproken dat [eiser in conventie01] de woning zou verkopen, waarin
nietwordt gesproken over een financiële vergoeding, en aangevoerd dat duidelijk was dat [eiser in conventie01] een factuur zou sturen voor haar werkzaamheden. Niet gesteld is op grond van welke feiten en omstandigheden dat voor beide partijen duidelijk zou zijn geweest. Evenmin is gesteld wat partijen zouden hebben afgesproken over de aard, de omvang en de frequentie van de werkzaamheden.
aan woningverkoop gerelateerdezaken, betekent niet dat zij de verkoop van de woning van haar moeder als professional voor haar rekening zou nemen.