ECLI:NL:RBZWB:2023:4527
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- S. Hindriks
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen besluit Dienst Wegverkeer
Op 29 juni 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiseres en de directie van de Dienst Wegverkeer. Eiseres had beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder van 10 juni 2020, waarin opnieuw werd beslist op de bezwaren van een bedrijf tegen twee betalingsverplichtingen. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State had het beroep op 19 januari 2022 doorgestuurd naar de rechtbank. Tijdens de zitting op 1 juni 2023 was eiseres niet vertegenwoordigd, terwijl verweerder aanwezig was met mr. J. Choufoer-van der Wel.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het bestreden besluit gericht was aan het bedrijf en dat eiseres geen belang had bij dit besluit. Hierdoor concludeerde de rechtbank dat het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard moest worden. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. Eiseres had eerder een factuur ontvangen voor kosten van identificatie en inschrijving in het kentekenregister van verschillende voertuigen, waartegen het bedrijf bezwaar had gemaakt. Dit bezwaar was echter niet-ontvankelijk verklaard omdat de gemachtigde niet tijdig een machtiging had overgelegd.
De rechtbank heeft uiteindelijk besloten dat het beroep van eiseres niet-ontvankelijk is, en deze uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.