Uitspraak
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De standpunten
6 juli 2021 een omgangsregeling met de man is afgesproken op grond waarvan de man gerechtigd is tot omgang met [minderjarige01] gedurende een keer per maand. De man komt deze regeling echter zeer regelmatig niet na. Sinds december 2022 tot op heden hebben er slechts drie contactmomenten tussen de man en [minderjarige01] plaatsgevonden. Gelet hierop alsook de omstandigheid dat partijen niet of nauwelijks met elkaar communiceren waarbij een eventueel contact tussen partijen over [minderjarige01] voornamelijk via de oma verloopt, acht de GI het niet in het belang van [minderjarige01] om de man mede met het gezag over [minderjarige01] te belasten.
5.De beoordeling
6.De beslissing
dinsdag 10 oktober 2023 PRO FORMA, in afwachting van het rapport van de Raad voor de Kinderbescherming, locatie Breda, en verzoekt de raadslieden van partijen haar vervolgens te informeren, een en ander op de wijze zoals is omschreven in rechtsoverweging 5.3;
5 juni 2023, in tegenwoordigheid van mr. Snatersen, als griffier en schriftelijk vastgesteld op