Op 6 april 2023 hebben eisers beroep ingesteld tegen het niet tijdig bekendmaken van een omgevingsvergunning die van rechtswege was verleend aan een derde partij. De rechtbank heeft op 27 juli 2023 uitspraak gedaan zonder zitting, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank oordeelt dat de eisers onredelijk laat in gebreke hebben gesteld, aangezien zij anderhalf jaar gewacht hebben na het verstrijken van de beslistermijn voordat zij het college in gebreke stelden. Dit is in strijd met de vereisten van de Awb, die stipuleert dat een beroepschrift tijdig moet worden ingediend. De rechtbank concludeert dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de eisers niet tijdig hebben gereageerd op de situatie. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenvergoeding, gezien de niet-ontvankelijkheid van het beroep. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.