In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 25 juli 2023 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de beëindiging van het ouderlijk gezag van twee moeders over hun minderjarige kinderen, [minderjarige01] en [minderjarige02]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om het gezag van beide moeders te beëindigen, met als doel de stabiliteit en ontwikkeling van de kinderen te waarborgen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeders, ondanks eerdere hulpverlening, niet in staat zijn gebleken om samen te werken in het belang van de kinderen. De kinderen hebben in het verleden veel onrust en spanning ervaren door de conflicten tussen de moeders, wat hun ontwikkeling heeft geschaad. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het in het belang van de kinderen is dat het gezag van beide moeders wordt beëindigd, en heeft Stichting Jeugdbescherming West Zeeland benoemd tot voogdes over de kinderen. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zodat de kinderen zo snel mogelijk duidelijkheid krijgen over hun toekomst.