ECLI:NL:RBZWB:2023:5731
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening AIO-aanvulling op AOW-uitkering
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker tegen de afwijzing van zijn aanvraag om een Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO) op zijn ouderdomspensioen op grond van de Algemene Ouderdomswet (AOW). De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 14 augustus 2023 op zitting behandeld, waarbij de gemachtigde van verzoeker en een maatschappelijk werker aanwezig waren. Namens de Sociale Verzekeringsbank (Svb) was mr. P.C.A. Buskens aanwezig.
Verzoeker had sinds 2013 een AIO-aanvulling op zijn AOW-uitkering, maar de Svb heeft de betaling per 16 mei 2022 opgeschort en later ingetrokken omdat verzoeker niet de gevraagde informatie heeft ingeleverd. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar dit bezwaar werd kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Op 1 december 2022 diende verzoeker een nieuwe aanvraag in, maar de Svb verzocht om aanvullende informatie, die verzoeker niet tijdig kon aanleveren.
De voorzieningenrechter oordeelt dat verzoeker onvoldoende informatie heeft verstrekt over zijn financiële situatie en het bezit van onroerend goed in het buitenland. De Svb heeft verzoekers aanvraag terecht afgewezen, omdat de benodigde gegevens ontbreken. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat er geen aanleiding is om te veronderstellen dat de Svb in bezwaar tot een ander oordeel zal komen, tenzij de ontbrekende gegevens alsnog worden ingeleverd.