ECLI:NL:RBZWB:2023:5930

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
23 augustus 2023
Publicatiedatum
25 augustus 2023
Zaaknummer
8100897 CV EXPL 19-4258 (T)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • Kool
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake nakoming vaststellingsovereenkomst en wijziging van eis in conventie en reconventie

In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, is op 23 augustus 2023 een vonnis uitgesproken in een civiele procedure. De zaak betreft een geschil tussen [eiser in conventie], vertegenwoordigd door mr. Z.H. van Dorth tot Medler, en [gedaagden in conventie], vertegenwoordigd door mr. H.T. Kernkamp. De procedure is voortgekomen uit een vaststellingsovereenkomst die partijen eerder hebben gesloten over de aanpassing van de balustrade op het dakterras van [gedaagden in conventie]. Ondanks de gemaakte afspraken is het geschil niet opgelost, wat heeft geleid tot de voortzetting van de procedure.

In conventie heeft [eiser in conventie] zijn eis gewijzigd en vordert hij onder andere dat [gedaagden in conventie] wordt veroordeeld tot nakoming van de vaststellingsovereenkomst en betaling van proceskosten. In reconventie heeft [gedaagden in conventie] eveneens zijn eis gewijzigd en vordert hij betaling van een bedrag van € 5.683,98, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke incassokosten.

De kantonrechter heeft besloten dat er opnieuw een mondelinge behandeling zal plaatsvinden, waarbij partijen in de gelegenheid worden gesteld om hun verhinderdata op te geven. Tevens is bepaald dat [eiser in conventie] de mogelijkheid krijgt om te reageren op de gewijzigde eis in reconventie. De verdere beslissing is aangehouden, en partijen zijn verplicht om in persoon aanwezig te zijn tijdens de mondelinge behandeling, die op een nader te bepalen datum zal plaatsvinden.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Middelburg
Zaaknummer: 8100897 \ CV EXPL 19-4258
Vonnis van 23 augustus 2023
in de zaak van
[eiser in conventie],
te [plaats] ,
eisende partij in conventie,
verwerende partij in reconventie,
hierna te noemen: [eiser in conventie] ,
gemachtigde: mr. Z.H. van Dorth tot Medler,
tegen

1.[gedaagde in conventie sub1] ,

te [plaats] ,
2.
[gedaagde in conventie sub2],
te [plaats] ,
gedaagde partijen in conventie,
eisende partijen in reconventie,
hierna samen te noemen (in enkelvoud): [gedaagden in conventie] ,
gemachtigde: mr. H.T. Kernkamp.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 25 november 2020,
- de akte overlegging producties van [eiser in conventie] ,
- de mondelinge behandeling gehouden op 29 april 2021, alsmede de op die mondelinge behandeling in een proces-verbaal gesloten vaststellingsovereenkomst van partijen,
- de akte uitlaten / akte vermeerdering van eis van [eiser in conventie] ,
- antwoordakte tevens houdende eis tot nakoming vaststellingsovereenkomst van [gedaagden in conventie] ,
- akte uitlaten producties van [eiser in conventie] .
1.2.
Partijen hebben in de vaststellingsovereenkomst afspraken gemaakt over aanpassing van de balustrade op het dakterras van [gedaagden in conventie] . Op verzoek van partijen is de procedure aangehouden om de afspraken uit te voeren. Vervolgens zouden zij zich uitlaten over voortzetting van de procedure. Bij brief van 4 april 2023 heeft de gemachtigde van [eiser in conventie] gemeld dat het geschil van partijen niet is opgelost. Hij heeft verzocht om de procedure voort te zetten.

2.De verdere beoordeling

In conventie
2.1.
[eiser in conventie] heeft zijn eis gewijzigd. Hij vordert thans – samengevat weergegeven –, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
a. [gedaagden in conventie] te veroordelen tot nakoming van het bepaalde in artikel 2 en 3 van de vaststellingsovereenkomst, binnen drie maanden na betekening van het vonnis, op straffe van een dwangsom,
b. [gedaagden in conventie] te veroordelen binnen zeven dagen na betekening van het vonnis aan hem te betalen de kosten van het geding, berekend voor de proceshandelingen verricht na de mondelinge behandeling op 29 april 2021.
2.2.
[gedaagden in conventie] voert verweer.
In reconventie
2.3.
[eisers in reconventie] heeft zijn eis eveneens gewijzigd. Hij vordert thans – samengevat weergegeven –, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, [verweerder in reconventie] te veroordelen tot betaling aan hem van:
a. in hoofdsom € 5.683.98, te vermeerderen met de wettelijke rente,
b. € 659,20 ter zake buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente,
c. alles met veroordeling van [verweerder in reconventie] in de kosten van het geding, te vermeerderen met de wettelijke rente.
2.4.
[verweerder in reconventie] voert verweer.
In conventie en in reconventie
2.5.
De kantonrechter oordeelt het nuttig om opnieuw een mondelinge behandeling te houden, ditmaal op de locatie Veerdam 24 te Kortgene. Het doel van de mondelinge behandeling is het verkrijgen van inlichtingen en het bezien van de mogelijkheden om het geschil op te lossen.
2.6.
De kantonrechter zal partijen eerst in de gelegenheid stellen om hun verhinderdata op te geven. Vervolgens zal een datum voor de mondelinge behandeling worden bepaald.
2.7.
Omdat [eiser in conventie] nog niet in de gelegenheid is gesteld om te reageren op de gewijzigde eis in reconventie van [gedaagden in conventie] , zal [eiser in conventie] daartoe de mogelijkheid worden geboden bij antwoordakte. Hij dient die antwoordakte minimaal vier weken voor de datum van de mondelinge behandeling aan de kantonrechter en aan (de gemachtigde van) [gedaagden in conventie] te verzenden.
2.8.
Indien partijen zich tijdens de mondelinge behandeling op nog niet in het dossier ingebrachte stukken willen beroepen, dienen zij die stukken uiterlijk tien dagen vóór de mondelinge behandeling aan de kantonrechter en in kopie aan de wederpartij te verzenden.
2.9.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

3.De beslissing

In conventie en in reconventie
De kantonrechter
3.1.
gelast een mondelinge behandeling van de zaak op de locatie Veerdam 24 te Kortgene op een nader te bepalen dag en uur,
3.2.
verzoekt partijen uiterlijk woensdag 6 september 2023 te 09:00 uur schriftelijk hun verhinderdata voor de periode tot en met mei 2024 op te geven. Daarna zal de datum voor de mondelinge behandeling worden bepaald. Na vaststelling van deze datum zal slechts op bijzondere gronden en bij hoge uitzondering uitstel worden verkregen,
3.3.
bepaalt dat partijen bij de mondelinge behandeling in persoon aanwezig moeten zijn tot het geven van inlichtingen en het beproeven van een schikking,
3.4.
bepaalt dat [eiser in conventie] in de gelegenheid wordt gesteld om bij antwoordakte een reactie te geven op de gewijzigde eis in reconventie en dat hij deze akte minimaal vier weken vóór de mondelinge behandeling naar de kantonrechter en (de gemachtigde van) [gedaagden in conventie] dient te verzenden,
3.5.
bepaalt dat de partij die zich tijdens de mondelinge behandeling op nog niet in het dossier ingebrachte stukken wil beroepen, die stukken uiterlijk tien dagen vóór de mondelinge behandeling aan de kantonrechter en in kopie aan de wederpartij dient te verzenden,
3.6.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. Kool en in het openbaar uitgesproken op 23 augustus 2023.