Uitspraak
[gedaagde02],
1.De procedure
2.Het geschil en de beoordeling
€ 132,00(maximale tarief)
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 16 augustus 2023 uitspraak gedaan in de zaak tussen de stichting Beveland Wonen en [gedaagde01] B.V. als bewindvoerder over de goederen van [belanghebbende01], en [gedaagde02]. Beveland vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde vanwege een huurachterstand van negen maanden. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand een ernstige tekortkoming in de nakoming van de huurovereenkomst opleverde. De omstandigheden waaronder de huurachterstand is ontstaan, werden als risico van [belanghebbende01] en [gedaagde02] beschouwd. De kantonrechter heeft de vordering tot ontbinding en ontruiming toegewezen, maar de ontruimingstermijn verlengd tot 30 september 2023, rekening houdend met de belangen van de vijf inwonende kinderen van [gedaagde02]. De kantonrechter benadrukte dat Beveland niet verplicht is om het vonnis tot ontruiming uit te voeren, mits er een goede betalingsregeling wordt getroffen. Daarnaast zijn de vorderingen tot betaling van de huurachterstand en buitengerechtelijke kosten toegewezen, met inachtneming van de wettelijke tarieven. De proceskosten zijn voor rekening van de gedaagden.