ECLI:NL:RBZWB:2023:6490

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
13 september 2023
Publicatiedatum
14 september 2023
Zaaknummer
106155391 CV EXPL 23-2359 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verstek
Rechters
  • mr. Ponds
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling met internationaal aspect en proceskostencompensatie

In deze zaak heeft de vennootschap naar vreemd recht Coeo Securitisation Limited, gevestigd in Dublin, Ierland, een vordering ingesteld tegen een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres heeft op basis van een consumentenovereenkomst met Zalando een bedrag van € 334,76 gevorderd, vermeerderd met wettelijke rente. De gedaagde is niet verschenen, ondanks een behoorlijke dagvaarding, waardoor verstek is verleend. De rechtbank heeft vastgesteld dat zij bevoegd is om van de vordering kennis te nemen, omdat de gedaagde in Nederland woont. De toepasselijkheid van het Nederlands recht is bevestigd op basis van de relevante Europese verordeningen.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vordering niet onrechtmatig of ongegrond is en heeft deze toegewezen. Tevens is er rekening gehouden met eerdere rechtszaken van de gedaagde, waarbij het onwenselijk werd geacht dat de gedaagde dubbele proceskosten zou moeten betalen voor vorderingen die voortvloeien uit gelijktijdige bestellingen bij Zalando. Daarom zijn de proceskosten in deze zaak gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitgesproken op 13 september 2023 door mr. Ponds.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster I Civiele kantonzaken
Bergen op Zoom
zaak/rolnr.: 10655391 CV EXPL 23-2359
vonnis d.d. 13 september 2023
inzake
de vennootschap naar vreemd recht
Coeo Securitisation Limited,
gevestigd en kantoorhoudende te Dublin, Ierland,
eiseres,
gemachtigde: [gemachtigde] B.V. te [plaats],
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonadres],
gedaagde,
niet verschenen.

1.Het verloop van het geding

De procesgang blijkt uit de dagvaarding van 14 juli 2023 met producties.

2.Het geschil en de beoordeling

2.1
Eiseres heeft op de bij dagvaarding omschreven gronden, welke hier als herhaald en ingelast gelden, gevorderd gedaagde te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 334,76 te vermeerderen met de wettelijke rente over een bedrag van € 284,93 vanaf 14 juli 2023 tot aan de dag der voldoening, met veroordeling van gedaagde in de proceskosten.
2.2
Gedaagde is, hoewel behoorlijk gedagvaard, niet ter zitting verschenen en heeft ook niet tijdig een schriftelijk antwoord ingediend of om uitstel verzocht, zodat tegen deze verstek is verleend.
2.3
Nu eiseres gevestigd is te Ierland, draagt onderhavige procedure een internationaal karakter. Allereerst dient daarom de vraag te worden beantwoord of de Nederlandse rechter bevoegd is van onderhavige vordering kennis te nemen. Deze vraag wordt bevestigend beantwoord op grond van artikel 18 van de in deze zaak toepasselijke Verordening (EU) nr. 1215/2012, Brussel I bis. De Nederlandse rechter is bevoegd, aangezien gedaagde in Nederland woonachtig is.
2.4
Voorts is van belang welk recht op de overeenkomst van toepassing is. Hierover wordt het volgende overwogen. Nederland en Ierland zijn beide partij bij de Verordening (EU)
nr. 593/2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Verordening Rome I).
Eiseres heeft gesteld dat zij middels cessie heeft overgedragen gekregen van Zalando Payments GmbH de openstaande vordering uit hoofde van een tussen Zalando SE (hierna: Zalando) en gedaagde gesloten consumentenovereenkomst.
Ingevolge artikel 14 lid 2 van de Verordening Rome I wordt de betrekking tussen eiseres als cessionaris en gedaagde als schuldenaar beheerst door het recht dat op de gecedeerde vordering van toepassing is. Gelet op artikel 17 lid 1 van de algemene voorwaarden van Zalando in samenhang met artikel 6 lid 2 Verordening Rome I is dat in dit geval Nederlands recht.
2.5
Nu de vordering de kantonrechter niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt, zal deze worden toegewezen.
2.6
Ten aanzien van de proceskosten overweegt de kantonrechter als volgt. Het is de kantonrechter ambtshalve bekend dat gedaagde al eerder in rechte is betrokken op grond van een door haar gedane bestelling bij Zalando. Dat betreft het dossier met zaaknummer 10645333 CV EXPL 23-2297 waarin op 6 september 2023 vonnis is gewezen. De kantonrechter acht het onwenselijk dat gedaagde geconfronteerd wordt met “dubbele proceskosten” voor de gerechtelijke invordering van vorderingen die in beide gevallen voortvloeien uit bestellingen die zij nagenoeg gelijktijdig bij dezelfde partij heeft gedaan. Aangezien in de procedure met zaaknummer 10645333 CV EXPL 23-2297 reeds een proceskostenveroordeling ten laste van gedaagde is uitgesproken, zullen de proceskosten in de onderhavige zaak worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

3.De beslissing

De kantonrechter:
veroordeelt gedaagde om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eiseres te betalen een bedrag van € 334,76 te vermeerderen met de wettelijke rente over een bedrag van € 284,93 vanaf 14 juli 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening;
compenseert de proceskosten, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr. Ponds, rechter, en in het openbaar uitgesproken op
13 september 2023.