ECLI:NL:RBZWB:2023:6658

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
20 september 2023
Publicatiedatum
22 september 2023
Zaaknummer
C/02/413920 / FA RK 23-4323
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. De Kroon
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 20 september 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1968. De officier van justitie had op 18 september 2023 een verzoek ingediend tot verlenging van de crisismaatregel, die oorspronkelijk op 16 september 2023 was opgelegd. Tijdens de mondelinge behandeling op 20 september 2023 zijn de betrokkene, zijn advocaat, en verschillende zorgprofessionals gehoord. De behandelaar en de maatschappelijk werkster gaven aan dat de betrokkene psychotische aanvallen en katatone episoden heeft ervaren, wat leidt tot een verhoogd risico op ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige verwaarlozing.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van een psychische stoornis en dat de situatie van de betrokkene zo ernstig is dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht. De rechtbank heeft de noodzaak van verplichte zorg besproken en geconcludeerd dat, hoewel de betrokkene momenteel goed samenwerkt, er momenten zijn waarop hij niet bereikbaar is voor zorg. Daarom is een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verleend, met specifieke maatregelen zoals toediening van voeding, medicatie en medische controles. De machtiging is geldig tot en met 11 oktober 2023. De rechtbank heeft het verzoek om toezicht afgewijzen, omdat er geen noodzaak voor cameratoezicht in het psychiatrische ziekenhuis is. De beschikking is mondeling gegeven door mr. De Kroon en is op 27 september 2023 schriftelijk uitgewerkt.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Breda
Zaaknummer: C/02/413920 / FA RK 23/4323
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 20 september 2023van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene01],
geboren op [geboortedatum01] 1968 te [geboorteplaats01] , [geboorteland01] ,
wonende aan [adres01] , [postcode01] [plaats01] ,
maar momenteel verblijvende in de accommodatie van de GGz Breburg,
[adres02] , [postcode02] te [plaats02] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. M.C.A. Hollants te Tilburg.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit:
- het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 18 september 2023, waarin de officier van justitie heeft verzocht om voortzetting van de op 16 september 2023 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Tilburg tot het nemen van de crisismaatregel van 16 september 2023;
- de medische verklaring van 16 september 2023;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet Bopz en de Wvggz;
- een afschrift van de justitiële documentatie en/of de politiemutaties.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 20 september 2023, in de hierboven genoemde accommodatie.
1.3
Tijdens de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- mevrouw [naam01] , behandelaar;
- mevrouw [naam02] , maatschappelijk werkster FACT, team Breda-Noord.
Zij heeft de mondelinge behandeling telefonisch bijgewoond.
1.4
De officier is zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.

2.Verzoek

2.1
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor betrokkene te verlenen.

3.Standpunten

3.1
De betrokkene geeft aan dat het inmiddels weer beter met hem gaat en dat hij naar zijn idee weer naar huis zou kunnen.
3.2
De behandelaar verklaart dat betrokkene bekend is met psychotische aanvallen en katatone episoden, waarbij het zelfs kan voorkomen dat betrokkene vergeet te ademhalen. Afgelopen zaterdag had betrokkene zich opgesloten op zijn kamer, waarbij hij voor de duur van vijf uur de deur barricadeerde en hij tevens actief de klink vasthield.
De decompensatie bij betrokkene lijkt voort te komen door de stress die hij ervaart in zijn woonomgeving. Binnen enkele weken zal betrokkene overgeplaatst kunnen worden naar een nieuw appartement. Dit in afwachting van 24-uurs begeleid wonen, waarvoor een lange wachtlijst bestaat. Op dit moment is betrokkene goed in de samenwerking en zou een voortzetting van de crisismaatregel niet meer aan de orde hoeven te zijn. Feit is dat betrokkene een verleden kent van psychotische aanvallen met katatonie. Op zulke momenten valt met betrokkene niet samen te werken en moet onder meer met medicatie kunnen worden ingegrepen. Dat zo zijnde hecht de behandelaar er belang aan dat de crisismaatregel wordt voorgezet, maar dat de maatregel enkel en alleen wordt ingezet als het toestandsbeeld van betrokkene daar weer aanleiding toe geeft.
3.3
De maatschappelijk werkster FACT onderschrijft de visie en het standpunt van de behandelaar. Aanvullend verklaart zij dat het ambulante ART team inmiddels druk doende is om voor betrokkene de verhuizing naar diens nieuwe woonomgeving te regelen.
3.4
De advocaat acht het in het belang van haar cliënt dat de crisismaatregel wordt voorgezet waarbij, in lijn met het standpunt van de behandelaar, betreffende maatregel enkel wordt ingezet als het toestandsbeeld van betrokkene daar weer aanleiding toe mocht geven.

4.Beoordeling

4.1
Het vermoeden bestaat dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten
schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen.
4.2
Uit de overgelegde stukken en het behandelde tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel, ernstige verwaarlozing en maatschappelijke teloorgang. De rechtbank overweegt hierbij met name dat de psychische stoornis van betrokkene met katatone verschijnselen met langdurige vreemde lichaamshoudingen bij betrokkene kunnen leiden tot ernstige lichamelijke complicaties. Tijdens katatone verschijnselen dreigt betrokkene ook vermindert te eten en te drinken en kan zijn ademhaling actief verminderen. Ook kan betrokkene vanuit angst en achterdocht agressief gaan reageren naar anderen.
Het ernstige vermoeden bestaat dat dit onmiddellijk dreigend ernstig nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit de hierboven genoemde psychische stoornis. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
4.3
Tijdens de mondelinge behandeling zijn de verzochte vormen van verplichte zorg besproken. Daaruit is gebleken dat er geen noodzaak bestaat om aan betrokkene de verplichte vorm van zorg “het uitoefenen van toezicht op betrokkene” op te leggen, omdat in het psychiatrische ziekenhuis cameratoezicht ontbreekt. In zoverre zal het verzoek daarom worden afgewezen. De rechtbank is van oordeel dat de overige in de crisismaatregel genoemde zorg wel noodzakelijk is om het nadeel af te wenden, te weten:
- toediening van vocht;
- toediening van voeding;
- toediening van medicatie;
- verrichten van medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- opnemen in een accommodatie;
4.4
Betrokkene verzet zich tegen de hiervoor genoemde vormen van verplichte zorg.
De rechtbank overweegt hierbij dat betrokkene op dit moment weliswaar goed in de samenwerking is, maar dat daarvan niet altijd sprake van is en kan zijn. Zo is betrokkene tijdens katatone episoden “onbereikbaar” voor zorg, terwijl juist op die momenten zorg voor betrokkene noodzakelijk is om genoemd ernstig nadeel te kunnen afwenden. De rechtbank gaat er hierbij evenwel van uit dat – zoals tijdens de mondelinge behandeling is besproken – de verplichte zorg enkel zal worden ingezet indien het toestandsbeeld van betrokkene daar weer aanleiding toe mocht geven.
4.5
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.6
De rechtbank is van oordeel dat de voorgestelde verplichte zorg evenredig is en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
4.7
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, voor de verzochte duur.

5.Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van
[betrokkene01], geboren op [geboortedatum01] 1968 te [geboorteplaats01] , [geboorteland01] ;
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toediening van vocht;
- toediening van voeding;
- toediening van medicatie;
- verrichten van medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 11 oktober 2023;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven door mr. De Kroon, rechter en in het openbaar uitgesproken op 20 september 2023 in tegenwoordigheid van Van Dongen als griffier, en op 27 september 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.