Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
(via telefonisch horen);
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene01], geboren op [geboortedatum01] 1999 te [geboorteplaats01] ;
4 september 2024.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 4 september 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de verlening van een zorgmachtiging aan betrokkene, geboren in 1999. De officier van justitie had verzocht om een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden, gebaseerd op artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder een paranoïde psychotisch toestandsbeeld, en dat er ernstig nadeel kan ontstaan als er geen verplichte zorg wordt verleend. Tijdens de mondelinge behandeling op 30 augustus 2023 heeft betrokkene aangegeven geen nieuwe zorgmachtiging te willen en dat hij geen medicatie meer wil gebruiken. Zijn advocaat pleitte voor afwijzing van het verzoek, maar de rechtbank oordeelde dat de situatie van betrokkene fragiel is en dat verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van twaalf maanden, met ingang van de uitspraak, en heeft de maatregelen voor verplichte zorg vastgesteld, waaronder het toedienen van medicatie en het verrichten van medische controles. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M. van de Merbel en is op 4 september 2023 in het openbaar uitgesproken.