Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.[gedaagde in conventie sub 1] ,
2.
[gedaagde in conventie sub 2],
3.
[gedaagde in conventie sub 3],
4.
[gedaagde in conventie sub 4],
1.De procedure
2.De feiten
Eindrekening’ heeft de kantonrechter in [plaats 2] aan [gedaagde in conventie sub 1] en [gedaagde in conventie sub 3] laten weten dat de door hen ingediende stukken over het door hen gevoerde bewind over de goederen van moeder zijn ‘gezien’ en dat het dossier wordt gesloten.
Copy of eindverantwoording na overlijden 2018-2019 30-5’en bijbehorende bankafschriften. In de begeleidende e-mail staat, onder andere: “
[eiser in conventie] had 25.000 schuld, door voorschot 15.000 erfenis in mindering gebracht, rest nog 10.000”.
Gedeeld door 4 levert een bedrag ‘per kindsdeel’ Eur 4.350,47 op. Dat heb ik zojuist overgemaakt. Ditzelfde bedrag wordt van schuld [eiser in conventie] in mindering gebracht.”
eindverantwoording ma 1-12-2019’, met bijbehorende bankafschriften toegezonden.
3.Wat vorderen partijen?
4.Wat vindt de rechtbank?
nietafgelegd aan of ten overstaan van de erfgenamen. Erfgenamen hebben geen recht op het afleggen van rekening en verantwoording door de bewindvoerder over de hele periode van bewind [1] . Het is namelijk niet de bedoeling dat de erfgenamen het werk van de kantonrechter nog eens over doen. Dit is enkel anders voor de
eindrekening en verantwoording aan het einde van het bewind door overlijden van rechthebbende. De eindrekening en verantwoording na overlijden moet namelijk worden afgelegd aan de erfgenamen ten overstaan van de kantonrechter.
eindrekening en verantwoording wel aan [eiser in conventie] moeten afleggen, impliceert de inhoud van de brief van de kantonrechter van 11 december 2018 dat dit is gebeurd. De mededeling van de kantonrechter dat de eindrekening en verantwoording is ‘gezien’ betekent dat ófwel een eindrekening en verantwoording met handtekening van [eiser in conventie] is ontvangen ófwel dat [eiser in conventie] , ondanks verzoek van de kantonrechter daartoe, niet op de eindrekening en verantwoording heeft gereageerd. In dat laatste geval gaat de kantonrechter ervan uit dat [eiser in conventie] geen bezwaar heeft tegen de door [gedaagde in conventie sub 1] en [gedaagde in conventie sub 3] ingediende eindrekening en verantwoording. [eiser in conventie] moet de eindrekening en verantwoording dus van [gedaagde in conventie sub 1] en [gedaagde in conventie sub 3] en/of de kantonrechter hebben ontvangen. Die conclusie wordt bevestigd in de brief van [eiser in conventie] aan [gedaagde in conventie sub 1] en [gedaagde in conventie sub 3] van 17 december 2019, waarin zij schrijft dat zij de overzichten van het meerderjarigenbewind van de afgelopen jaren heeft ontvangen. In het licht hiervan zal de rechtbank [gedaagde in conventie sub 1] en [gedaagde in conventie sub 3] niet verplichten om de eindrekening en verantwoording nogmaals naar [eiser in conventie] toe te sturen. Bovendien heeft [eiser in conventie] de mogelijkheid de eindrekening en verantwoording bij de kantonrechter in [plaats 2] op te vragen.