Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding met producties;
- de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie, met productie.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 2 oktober 2023, is een kort geding aanhangig gemaakt door de man, die verzoekt om een tijdelijke omgangsregeling met zijn minderjarige kind. De vrouw, die het eenhoofdig ouderlijk gezag heeft, verzet zich tegen de vordering van de man en vraagt in reconventie om een andere omgangsregeling. De partijen hebben een affectieve relatie gehad en hebben samen een minderjarige, geboren in 2021. De man heeft de minderjarige erkend, maar de vrouw heeft de zorg over het kind. De zaak is behandeld met gesloten deuren, waarbij de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig was om advies te geven. De man heeft in zijn vordering uiteengezet dat hij sinds juli 2023 slechts twee keer contact heeft gehad met de minderjarige en dat het in het belang van het kind is dat het contact zo snel mogelijk wordt hersteld. De vrouw heeft verweer gevoerd en stelt dat de huidige regeling, die in overleg met een mediator is vastgesteld, in het belang van de minderjarige is. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er een voorlopige omgangsregeling moet komen, waarbij de man en de minderjarige één keer per 14 dagen op zaterdag en maandag omgang met elkaar hebben. De vordering van de man om de regeling uit te breiden is afgewezen, omdat het vertrouwen tussen de partijen verder moet worden opgebouwd. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.