ECLI:NL:RBZWB:2023:6855

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
3 oktober 2023
Publicatiedatum
4 oktober 2023
Zaaknummer
C/02/414489 / JE RK 23-1746
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • M. Zuijdweg
  • J. Dijkman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Spoedmachtiging gesloten jeugdhulp voor minderjarige in het kader van ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 3 oktober 2023 een spoedmachtiging verleend voor gesloten jeugdhulp aan een minderjarige, geboren in 2005, die ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen vertoont. Het verzoek is ingediend door het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Middelburg, die de noodzaak van onmiddellijke jeugdzorg onderbouwden met een instemmende verklaring van een onafhankelijke gedragswetenschapper. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige in zijn ontwikkeling volledig is vastgelopen en dat er sprake is van een autismespectrumstoornis, wat leidt tot zelfbepalend gedrag en ernstige agressie-incidenten. De thuissituatie is onhoudbaar geworden, en er is een risico voor zowel de minderjarige als zijn omgeving.

De kinderrechter heeft in haar beoordeling aangegeven dat eerdere alternatieve mogelijkheden niet tot positieve gedragsverandering hebben geleid en dat de minderjarige de noodzakelijke medicatie en behandelingen weigert. Gezien de urgentie van de situatie is besloten om de minderjarige voor een periode van twee weken op te nemen in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp, met de mogelijkheid tot verlenging. De ouders en de minderjarige zijn in de gelegenheid gesteld om hun mening te geven tijdens een mondelinge behandeling die op 12 oktober 2023 zal plaatsvinden. De kinderrechter heeft de beslissing mondeling gegeven en vastgelegd in de beschikking, waarbij ook de procedure voor hoger beroep is uiteengezet.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/414489 / JE RK 23-1746
Datum uitspraak: 3 oktober 2023
Beschikking spoedmachtiging gesloten jeugdhulp
in de zaak van
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE MIDDELBURG,
hierna te noemen: het college,
betreffende
[minderjarige], geboren op [geboortedag] 2005 te [geboorteplaats],
hierna te noemen: [minderjarige],
advocaat: mr. H. Mink, te Oost-Souburg.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[minderjarige],voornoemd,
[de moeder],
hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats],
[de vader],
hierna te noemen: de vader,
wonende te [woonplaats].

1.Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoek met bijlagen van het college van 3 oktober 2023, ingekomen bij de griffie op 3 oktober 2023;
- het telefoongesprek van de kinderrechter met de vertegenwoordiger van het college en de moeder op 3 oktober 2023;
- het telefoongesprek van de kinderrechter met de gedragswetenschapper op 3 oktober 2023;
- de instemmende verklaring van de gedragswetenschapper van 3 oktober 2023, ingekomen bij de griffie op 4 oktober 2023;
- de instemmende verklaring van de moeder van 4 oktober 2023, ingekomen bij de griffie op 4 oktober 2023;
- de instemmende verklaring van de vader van 4 oktober 2023, ingekomen bij de griffie op 4 oktober 2023.
Aan [minderjarige] is als advocaat toegevoegd, mr. H. Mink, te Oost-Souburg.

2.De feiten

Het ouderlijk gezag over [minderjarige] wordt uitgeoefend door de ouders.
[minderjarige] woont bij de moeder.
Bij beschikking van 9 december 2021 heeft de kinderrechter een spoedmachtiging verleend om [minderjarige] te doen opnemen en verblijven in een accommodatie voor gesloten jeugdhulp, met ingang van 9 december en tot 23 december 2021.
Bij beschikking van 17 december 2021 is een machtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van drie maanden, met ingang van 17 december 2021 en tot 17 maart 2022.
Bij beschikking van 15 maart 2022 is een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van drie maanden, met ingang van 17 maart 2022 en tot 17 juni 2022.

3.Het verzoek

Het college verzoekt een spoedmachtiging om [minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van vier weken.
De onafhankelijke gedragswetenschapper, de heer [gedragswetenschapper], heeft ingestemd met het verzoek, in eerste instantie voor de duur van twee weken. Dit blijkt uit het telefoongesprek met de kinderrechter op 3 oktober 2023 en de verklaring van 3 oktober 2023.
De moeder heeft ingestemd met het verzoek. Dit blijkt uit het telefoongesprek met de kinderrechter op 3 oktober 2023 en de schriftelijke verklaring van 4 oktober 2023. Ook de vader stemt in met het verzoek. Dit blijkt uit de schriftelijke verklaring van 4 oktober 2023.

4.De beoordeling

Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.3, tweede lid, Jeugdwet, dient onmiddellijke verlening van jeugdzorg noodzakelijk te zijn in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen van de jeugdige die de ontwikkeling naar volwassenheid ernstig belemmeren of een ernstig vermoeden daarvan. Bovendien dient een uithuisplaatsing noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan de zorg die de jeugdige nodig heeft zal onttrekken of daaraan door anderen zal worden onttrokken.
Op basis van de ingediende stukken en de gesprekken van de kinderrechter met de onafhankelijke gedragswetenschapper en het college, neemt de kinderrechter de volgende beslissing. Zij stelt vast dat [minderjarige] in de afgelopen periode volledig is vastgelopen in zijn ontwikkeling. De onafhankelijke gedragswetenschapper heeft benoemd dat [minderjarige] belast is met een autismespectrumstoornis en compulsieve trekken en problemen ervaart op het gebied van emotieregulatie. [minderjarige] vertoont de afgelopen tijd in toenemende mate zelfbepalend gedrag. Er hebben recent meerdere zeer ernstige agressie-incidenten plaatsgevonden, waarbij sprake was van fysiek geweld en ernstige bedreigingen. De kinderrechter begrijpt dat [minderjarige] tijdens zijn woede-uitbarstingen zijn moeder heeft geslagen en dat [minderjarige] heeft aangegeven zichzelf of anderen iets te willen aandoen, waar hij ook al een wapen voor heeft aangeschaft. Als gevolg daarvan is er in toenemende mate sprake van onveiligheid en zijn de spanningen binnen het gezin zo hoog opgelopen dat de thuissituatie niet langer houdbaar is. Ook is [minderjarige] sinds de escalaties steeds vaker weg van huis, zonder dat bekend is waar en bij wie hij dan verblijft en is mogelijk sprake van overmatig drankgebruik. De kinderrechter overweegt dat het gedrag van [minderjarige] een grote belasting vormt voor zijn omgeving. [minderjarige] brengt hiermee niet alleen zichzelf, maar ook anderen in gevaar. De kinderrechter is van oordeel dat [minderjarige] daarom dringend hulp nodig heeft.
De kinderrechter begrijpt voorts dat alternatieve mogelijkheden buiten het gedwongen kader reeds zijn geprobeerd, maar niet tot een positieve gedragsverandering hebben geleid. Daarbij overweegt de kinderrechter dat [minderjarige] de voor hem noodzakelijk geachte medicatie heeft gestaakt en de benodigde specialistische behandelingen weigert. Ook tijdens het gesprek met het college heeft [minderjarige] aangegeven dat hij niet weet of hij aan de noodzakelijk bevonden behandelingen wil meewerken. De gedragswetenschapper heeft geconcludeerd dat het gezin dringend een time-out nodig heeft en dat hij voorlopig voor de duur van ten minste twee weken instemt met het verzoek.
De kinderrechter is, gelet op het voorgaande, van oordeel dat is voldaan aan de wettelijke vereisten voor opname en verblijf van [minderjarige] in een accommodatie voor gesloten jeugdhulp en dat een mondelinge behandeling niet kan worden afgewacht zonder onmiddellijk en ernstig gevaar voor [minderjarige] en zijn omgeving . Het college, [minderjarige], zijn advocaat en de ouders worden in de gelegenheid gesteld om hun mening te geven over het verzoek tijdens de hierna te noemen mondelinge behandeling. In afwachting daarvan zal een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van twee weken worden verleend, met ingang van 3 oktober 2023 en tot 17 oktober 2023.
De kinderrechter verzoekt ten slotte aan het college om uiterlijk één dag voorafgaand aan de hierna te noemen mondelinge behandeling een nieuwe schriftelijke (instemmende) verklaring van de onafhankelijke gedragswetenschapper over te leggen, waaruit blijkt dat de onafhankelijke gedragswetenschapper [minderjarige] ook opnieuw feitelijk heeft onderzocht.

5.De beslissing

De kinderrechter:
verleent een spoedmachtiging om [minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 3 oktober 2023 en tot 17 oktober 2023;
houdt de behandeling van het verzoek voor het overige aan;
bepaalt dat het college, de vader, de moeder, [minderjarige] en zijn advocaat zullen worden gehoord tijdens de mondelinge behandeling van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, in het gerechtsgebouw aan Kousteensedijk 2 te Middelburg,
op 12 oktober 2023 om 13:00 uur;
bepaalt dat een afschrift van deze beschikking geldt als oproeping voor die zitting voor het college, de vader, de moeder, [minderjarige] en zijn advocaat.
Deze beslissing is mondeling gegeven door mr. Zuijdweg, kinderrechter, op 3 oktober 2023 en vastgelegd in deze beschikking door mr. Dijkman, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. De Haas als griffier op 4 oktober 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch.