ECLI:NL:RBZWB:2023:7244
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om proceskostenvergoeding na intrekking herzieningsverzoek inzake aanslag inkomstenbelasting
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 19 oktober 2023, wordt het verzoek van verzoeker om een veroordeling van de inspecteur in de proceskosten beoordeeld. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. M.J. van Dam, heeft zijn herzieningsverzoek ingetrokken nadat de inspecteur op 11 augustus 2023 de gevolgen van een eerdere uitspraak van de rechtbank uit 2013 ongedaan heeft gemaakt. De inspecteur heeft de aan verzoeker opgelegde aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2007 verminderd, omdat verzoeker in dat jaar niet premieplichtig was in Nederland.
De inspecteur heeft in zijn reactie op het herzieningsverzoek erkend dat verzoeker recht heeft op een proceskostenvergoeding en op vergoeding van het griffierecht. Aangezien er tussen partijen geen geschil bestaat over het recht op deze vergoedingen, heeft de rechtbank zonder zitting uitspraak gedaan op het verzoek om proceskostenveroordeling. De rechtbank heeft de inspecteur veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, vastgesteld op € 837, en heeft tevens bepaald dat de inspecteur verplicht is het door verzoeker betaalde griffierecht van € 50 te vergoeden.
De uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak, met de mogelijkheid om een zitting aan te vragen voor toelichting.