In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 oktober 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Autolease Brabant B.V. en een gedaagde partij. De eisende partij, Autolease, vorderde betaling van een totaalbedrag van € 20.788,72, bestaande uit hoofdsom, wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, als gevolg van betalingsachterstanden door de gedaagde partij in verband met leaseovereenkomsten voor verschillende voertuigen. De gedaagde partij erkende een deel van de vordering, maar betwistte het merendeel van de kosten en voerde aan dat Autolease onvoldoende duidelijkheid had gegeven over de vorderingen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde partij tekort is geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen uit de leaseovereenkomsten. De kantonrechter heeft de vordering van Autolease grotendeels toegewezen, met uitzondering van enkele kosten die niet voldoende waren onderbouwd. De gedaagde partij is veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 18.136,41, inclusief wettelijke rente, en € 956,36 aan buitengerechtelijke incassokosten. Daarnaast is de gedaagde partij in de proceskosten veroordeeld, die zijn vastgesteld op € 2.288,30. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de veroordelingen onmiddellijk moeten worden uitgevoerd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.