ECLI:NL:RBZWB:2023:7305
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- M. Borm
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling uit hoofde van schikkingsovereenkomst na levering van een defect voertuig
In deze civiele zaak, behandeld door de Kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, vordert eiseres, vertegenwoordigd door mr. B.J. van de Wijnckel, een betaling van VAVA CARS B.V., vertegenwoordigd door mr. J.J. Brosius, op basis van een schikkingsovereenkomst die zou zijn gesloten na de levering van een Citroën C3. De procedure begon met een koopovereenkomst op 12 maart 2022, waarbij VAVA een factuur van € 2.260,74 aan eiseres stuurde, die volledig werd voldaan. De Citroën werd op 9 april 2022 geleverd, maar vertoonde al snel technische problemen, wat leidde tot een geschil tussen partijen.
Eiseres stelt dat na een mondelinge behandeling op 15 november 2022 een schikkingsovereenkomst tot stand is gekomen, waarbij VAVA zou betalen voor de terugname van de defecte auto. VAVA heeft echter niet voldaan aan deze overeenkomst, wat eiseres noopte tot het indienen van een vordering. VAVA betwist de geldigheid van de schikkingsovereenkomst en stelt dat eiseres niet meer de eigenaar van de Citroën is, maar de kantonrechter oordeelt dat de overeenkomst rechtsgeldig is en dat eiseres haar verplichtingen kan nakomen.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat VAVA € 3.234,00 aan eiseres moet betalen, vermeerderd met wettelijke rente, en dat VAVA ook in de proceskosten moet worden veroordeeld. De vordering van eiseres is toegewezen, en VAVA is in het ongelijk gesteld. Dit vonnis is uitgesproken op 18 oktober 2023.