In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 20 oktober 2023 een vonnis gewezen in een kort geding tussen de besloten vennootschap Mondi B.V., eiseres, en een gedaagde die niet is verschenen. Eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.I. Jansen, vorderde een verbod op uitingen van beschuldigende aard door de gedaagde, die vermoedelijk in Portugal woont. De rechtbank heeft vastgesteld dat zij bevoegd is om van de vorderingen kennis te nemen op basis van de EEX-verordening en dat Nederlands recht van toepassing is. De vordering is gebaseerd op onrechtmatig handelen door de gedaagde.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de gedaagde zich moet onthouden van uitingen die onvoldoende steun in de feiten hebben en die betrekking hebben op eiseres en haar directie. De rechtbank heeft een dwangsom opgelegd van € 1.000,00 per dag voor elke dag dat de uitingen op het internet blijven staan, met een maximum van € 25.000,00. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 1.759,46. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. Baggel.