Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
[stichting] , m.h.o.d.n. [de school],
2.
NATIONALE-NEDERLANDEN SCHADEVERZEKERING MAATSCHAPPIJ N.V.,
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- het tussenvonnis van 16 november 2022 en de daarin genoemde processtukken;
- de door [eiser] nagezonden producties 6 tot en met 8;
- de door [gedaagden] . nagezonden producties 3 en 4;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 18 april 2023.
3.De feiten
4.Het geschil (de vorderingen en het verweer)
5.De beoordeling
mat zat, toen de mat boven was, heb ik gevraagd aan [de stagiair] : “zit ik goed?” Hij zei: “ja, je zit goed”. Toen hebben ze de mat laten vallen. (…) [de stagiair] stond dicht bij de mat, er was ook nog een mat naast mij. (…) Wat ik me kan herinneren over wat [de stagiair] heeft gezegd over wat degene op de mat moest doen, is alleen dat gezegd is dat je op de mat moest zitten. Ik zat in kleermakerszit. Omdat anderen een zere rug hadden, vroeg ik nog, zit ik goed. (…)”
- griffierecht € 676,00
- salaris advocaat € 1.196,00 (2 punten x tarief II € 598,00)
- nakosten