Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.De procedure
- de producties van [eiser] ;
- de conclusie van antwoord met producties van [gedaagde] ;
- de mondelinge behandeling van 13 september 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
houten Hapschuur van 1250blj 850cm van 9 15x15 standaars 25/7cm draagbalken maat, met een hoogte van 200 tot 500”. [eiser] verwijt [gedaagde] dat deze kapschuur in mei 2023 geplaatst had moeten zijn, zodat [eiser] in de zomer gebruik kon maken van zijn zonnepanelen en na de zomervakantie caravans kon stallen in de schuur. [gedaagde] betwist niet dat hij gehouden is tot het plaatsen van de kapschuur en dus gehouden is tot nakoming van de overeenkomst. De voorzieningenrechter begrijpt dat het kernpunt van het geschil tussen partijen ziet op de vraag of de overeengekomen 850 centimeter inclusief of exclusief overkapping is. [eiser] stelt zich op het standpunt dat de fundering 850 centimeter breed dient te zijn en dat vervolgens nog een overkapping circa 1 meter dient uit te steken. [gedaagde] stelt zich op het standpunt dat de schuur inclusief overkapping 850 centimeter breed is. [gedaagde] heeft op basis daarvan ook het hout laten zagen en dit hout ligt gereed waardoor [gedaagde] op korte termijn de kapschuur zou kunnen plaatsen.