Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Stichting Alwel,
[naam 2], wonende te [woonadres] ,
1.Het verloop van het geding
2.Het geschil
3.De beoordeling
€ 132,00
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 11 oktober 2023 uitspraak gedaan in een huurzaken tussen Stichting Alwel en gedaagde, vertegenwoordigd door mr. E. Kattestaart. Eiseres vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde vanwege een huurachterstand van € 8.881,00. Gedaagde erkende de huurachterstand, maar voerde aan dat er persoonlijke omstandigheden waren die tot deze situatie hadden geleid. Gedaagde had inmiddels stappen ondernomen om de situatie te stabiliseren, waaronder het inschakelen van hulp en het aanvragen van beschermingsbewind. De kantonrechter overwoog dat, hoewel er een aanzienlijke huurachterstand was, de omstandigheden van gedaagde, waaronder de kwetsbare positie van haar dochter, en de genomen maatregelen om de huurachterstand aan te pakken, voldoende reden gaven om de vordering tot ontbinding en ontruiming af te wijzen. De kantonrechter oordeelde dat de tekortkoming in de nakoming van de huurovereenkomst, gezien de omstandigheden, niet voldoende gewicht had om ontbinding te rechtvaardigen. Eiseres werd wel in het gelijk gesteld voor de vordering tot betaling van achterstallige huur en buitengerechtelijke incassokosten, die aan gedaagde werden opgelegd.