In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 25 oktober 2023 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de Stichting Nederlands Jeugdinstituut (NJi) en de bestuurders van de Vereniging ter bevordering van Sjamanisme en Spiritualiteit (VBSS), [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2]. NJi vorderde hoofdelijke veroordeling van de gedaagden tot betaling van € 66.761,60, vermeerderd met rente en kosten, omdat zij subsidiegelden die voor specifieke projecten waren verstrekt, voor andere doeleinden hadden aangewend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagden welbewust de ontvangen subsidiegelden hebben gebruikt voor privé-uitgaven, wat in strijd is met de voorwaarden waaronder de subsidies zijn verstrekt. De rechtbank oordeelde dat de gedaagden onrechtmatig hebben gehandeld, aangezien zij als bestuurders van VBSS verantwoordelijk zijn voor de naleving van de subsidievoorwaarden. De rechtbank heeft de vordering van NJi toegewezen en de gedaagden hoofdelijk veroordeeld tot betaling van het volledige bedrag, inclusief wettelijke rente en proceskosten. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de gedaagden niet hebben aangetoond dat de besteding van de subsidiegelden in overeenstemming was met de projectdoeleinden, en dat hun verweer onvoldoende feitelijk onderbouwd was.