Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
inde garageboxen te zoeken hadden en dat het feit dat zij er wel waren en hebben meegekeken met de controleambtenaren maakt dat het bewijs onrechtmatig is verkregen.
hiernaheeft er een strafrechtelijke doorzoeking plaatsgevonden.
- (in loods/garagebox [nummer] ) circa 22.165 gram hasjiesj, en
- (in loods/garagebox [nummer] ) circa 71.186 gram hennep (-toppen) en circa 29.325 stuks joints (bevattende hennep en/of hasjiesj), zijnde hasjiesj en/of hennep telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
noodzaakvoor exploitatie van een coffeeshop. De rechtbank neemt bij het bepalen van op te leggen straf, het al dan niet voldoen door verdachte en zijn broer aan deze criteria als uitgangspunt.
7.Het beslag
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het onder 2 tenlastegelegde feit;
geen straf of maatregel wordt opgelegd;