Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het verloop van de procedure
- de moeder, die via een Teams-link aan de mondelinge behandeling heeft deelgenomen;
- de advocaat van de moeder;
De feiten
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kinderrechter op 28 september 2023 een nadere beschikking gegeven over de voorlopige ondertoezichtstelling van de minderjarigen [minderjarige01] en [minderjarige02]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de voorlopige ondertoezichtstelling te verlengen voor de duur van drie maanden, omdat er grote zorgen zijn over de opvoedomgeving van de kinderen. De moeder, die het ouderlijk gezag heeft, woont met de kinderen en heeft te maken met een gewelddadige vader die in detentie zit. De kinderrechter heeft eerder op 21 september 2023 de kinderen voorlopig onder toezicht gesteld zonder voorafgaand horen van de belanghebbenden. Tijdens de mondelinge behandeling op 28 september waren vertegenwoordigers van de Raad en de gecertificeerde instelling aanwezig, evenals de moeder en haar advocaat. De moeder heeft aangegeven dat zij instemt met de voorlopige ondertoezichtstelling, maar dat zij zich gevangen voelt in de huidige opvangsituatie. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er een ernstig vermoeden bestaat dat de grond voor de ondertoezichtstelling is vervuld, en dat de veiligheid van de kinderen in het geding is. De voorlopige ondertoezichtstelling is verlengd tot 21 december 2023, zodat er meer duidelijkheid kan komen over de situatie van de vader en de veiligheid van de kinderen kan worden gewaarborgd.