ECLI:NL:RBZWB:2023:7745

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
27 oktober 2023
Publicatiedatum
7 november 2023
Zaaknummer
C/02/415223 / JE RK 23-1871 en C/02/415226 / JE RK 23-1872
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • J. Duinhof
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing over spoedmachtiging en reguliere machtiging gesloten jeugdhulp voor minderjarige met ernstige problematiek

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 oktober 2023 uitspraak gedaan in twee verzoeken van het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Borsele. De verzoeken betroffen een spoedmachtiging en een reguliere machtiging voor gesloten jeugdhulp voor de minderjarige [minderjarige01]. De kinderrechter heeft de spoedmachtiging van 24 oktober 2023 gehandhaafd, die was verleend voor de duur van twee weken, en heeft daarnaast een reguliere machtiging verleend voor de duur van drie maanden, met ingang van 27 oktober 2023. De kinderrechter oordeelde dat er ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen zijn die de ontwikkeling van [minderjarige01] ernstig belemmeren. De minderjarige heeft een belast verleden met traumatische ervaringen en is gediagnosticeerd met een borderline persoonlijkheidsstoornis en ADHD. Ondanks eerdere hulpverlening is er nog steeds sprake van ernstige problemen, waaronder suïcidaliteit en middelengebruik. De kinderrechter concludeert dat een gesloten verblijf noodzakelijk is om [minderjarige01] te beschermen en haar behandeling te waarborgen. De ouders hebben ingestemd met de verzoeken, en de kinderrechter hoopt dat [minderjarige01] de komende periode optimaal kan profiteren van de geboden hulp.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummers:
- C/02/415223 / JE RK 23-1871
(restant spoedmachtiging gesloten jeugdhulp)
- C/02/415226 / JE RK 23-1872
(machtiging gesloten jeugdhulp)
Datum uitspraak: 27 oktober 2023
(Nadere) beschikking (spoed)machtiging gesloten jeugdhulp
in de zaken van
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE BORSELE,
gevestigd te Heinkenszand,
hierna te noemen: het college,
betreffende
[minderjarige01], geboren op [geboortedatum01] 2007 te [geboorteplaats01] ,
hierna te noemen: [minderjarige01] ,
advocaat: mr. S.J. Nijssen te Goes.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[de moeder01],
hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats01] ,
[de vader01],
hierna te noemen: de vader,
wonende te [woonplaats01] .

1.Het (nadere) verloop van de procedures

Het (nadere) procesverloop van de beide procedures blijkt uit de volgende stukken:
- de beschikking van de kinderrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, van 24 oktober 2023 en alle daarin genoemde en vermelde stukken;
- de e-mail van het college van 27 oktober 2023, met als bijlage de instemmende verklaring van de onafhankelijke gekwalificeerde gedragswetenschapper, de heer drs. [naam01] , van 26 oktober 2023.
Aan [minderjarige01] is als advocaat toegevoegd, mr. S.J. Nijssen, te Goes.
De mondelinge behandeling met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 27 oktober 2023. Daarbij waren aanwezig:
- [minderjarige01] , die ook apart is gehoord, bijgestaan door haar advocaat;
- de vader;
- de moeder;
- een vertegenwoordigster van het college.

2.De feiten

De vader en de moeder zijn belast met het ouderlijk gezag over [minderjarige01] .
Bij beschikking van 24 oktober 2023 is een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp verleend betreffende de minderjarige [minderjarige01] voor de duur van twee weken, met ingang van 24 oktober 2023 en tot 7 november 2023. Het resterende deel van de spoedmachtiging is aangehouden.
Op grond van voornoemde machtiging verblijft [minderjarige01] bij [zorginstelling01] te [plaats01] .

3.De verzoeken

In de zaak met kenmerk 23-1871
Het college verzoekt een spoedmachtiging om [minderjarige01] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van twee weken.
Op dit punt in de procedure moet de kinderrechter beoordelen of zich feiten en/of omstandigheden voordoen die er toe leiden dat de spoedbeslissing van 24 oktober 2023 met ingang van heden dient te worden herroepen.
In de zaak met kenmerk 23-1872
Het college verzoekt een machtiging om [minderjarige01] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van drie maanden.
In de beide zaken met kenmerken 23-1871 en 23-1872
De ouders stemmen in met het verblijf van [minderjarige01] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. Dat blijkt uit de bij de verzoeken bijgevoegde gezinsrapportage van 24 oktober 2023 en de instemmingsverklaring van de beide ouders van 24 oktober 2023.
De onafhankelijke gedragswetenschapper, de heer drs. [naam01] , heeft ingestemd met de verzoeken. Dit blijkt uit de verklaring van 26 september 2023.

4.De standpunten

[minderjarige01] heeft in het gesprek met de kinderrechter verteld dat zij het niet leuk vindt, maar wel begrijpt dat zij een tijdje met een machtiging gesloten jeugdhulp in [zorginstelling01] moet verblijven. Hoewel [minderjarige01] betwijfelt of een gesloten setting haar verder gaat helpen, is zij wel tevreden over de manier waarop zij in [zorginstelling01] wordt behandeld. Zij is ook van mening dat er nu iets moet gaan veranderen. [minderjarige01] legt uit dat er al lange tijd zorgen over haar bestaan. Zij heeft veel last van haar diagnose, waar buiten slaapmedicatie en antidepressiva geen medicatie voor bestaat, en doet soms ‘domme dingen’. Daarover vertelt [minderjarige01] dat zij geen fijn leven heeft en op deze manier niet verder wil. Zij heeft niet veel hoop meer dat haar leven ooit beter wordt. [minderjarige01] legt uit dat zij heel veel hulp nodig heeft. De hulpverlening die zij tot op heden heeft ontvangen, is niet genoeg geweest, want het gaat nog steeds niet beter met haar. De behandeling bij [hulporganisatie01] heeft haar in eerste instantie goed gedaan, maar vanwege een gebrek aan een na-traject ging het daarna toch weer minder goed. [minderjarige01] vindt het verder jammer dat er alleen maar negatieve dingen in de stukken zijn vermeld. Het klopt dat er de laatste tijd veel misgaat, maar tijdens haar verblijf in het jeugdhuis van de [zorginstelling02] is het ook een tijdlang beter met haar gegaan. Zij voelde zich daar voor het eerst thuis en zij heeft daar maar eens per vier maanden een suïcidepoging ondernomen, terwijl dat voorheen maandelijks gebeurde. Wel was er af en toe een terugval, maar dat is logisch, want [minderjarige01] kwam uit een periode van heftig drugsgebruik. Ook heeft zij in het jeugdhuis geleerd om om hulp te vragen en dat is zij sindsdien ook gaan doen. Het was echter geen goed idee om haar met een Time Out tijdelijk bij haar ouders te laten verblijven. Dat vonden haar ouders ook. Voor nu wil [minderjarige01] graag dat de hulpverleners open communiceren met haar in plaats van over haar en haar uitleggen waarom zij bepaalde keuzes maken. Ook wil zij niet dat de regie van haar wordt overgenomen, want dat heeft in het verleden niet tot een verbetering van de situatie geleid. Tot slot benoemt [minderjarige01] dat zij op dit moment niet stabiel genoeg is voor traumaverwerking en eerst iemand zal moeten vinden die zij kan vertrouwen.
Het college handhaaft de verzoeken. Namens het college wordt in aanvulling op de stukken naar voren gebracht dat er gelet op de huidige situatie op dit moment geen andere optie is dan een gesloten verblijf van [minderjarige01] in [zorginstelling01] . Het is wel van belang dat [minderjarige01] snel perspectief kan worden geboden. Daarom vindt er aanstaande maandag direct een overleg plaats met [minderjarige01] , haar ouders en haar oud-behandelaar van de [zorginstelling02] om te bekijken wat er de komende tijd moet gebeuren. Er moet snel meer duidelijkheid komen over de diagnose van [minderjarige01] , over wat er nodig is voor de behandeling, het krijgen van vertrouwen en het open stellen en er moet gezocht worden naar een passende vervolgplek. Er loopt al een aanmeldingsprocedure voor een plaatsing van [minderjarige01] bij [jeugdzorg01] . Het is daarnaast van groot belang dat er een goede regievoerder bij [minderjarige01] en haar ouders betrokken raakt. De inzet van een mentor of buddy voor [minderjarige01] kan ook heel helpend zijn. Desgevraagd licht de vertegenwoordigster van het college toe dat de ouders ontzettend meewerkend zijn ten aanzien van de inzet van hulpverlening. Een ondertoezichtstelling is daarom niet van toegevoegde waarde. Tot slot benoemt zij dat de afgelopen dagen in [zorginstelling01] rustig zijn verlopen. [minderjarige01] heeft zich heel meewerkend opgesteld en heeft actief meegedaan aan het opstellen van het veiligheidsplan.
De ouders stemmen in met de beide verzoeken. De huidige situatie is onhoudbaar geworden en een gesloten verblijf in [zorginstelling01] is nu nodig voor [minderjarige01] . Een terugkeer van [minderjarige01] naar de ouders is gelet op alles wat er is gebeurd niet meer mogelijk en dat wil [minderjarige01] zelf ook niet meer. Wel zullen de ouders [minderjarige01] altijd blijven steunen. Verder vinden de ouders de huidige casusregisseur erg prettig. Hij is iets doortastender en heeft meer kennis over de problematiek van [minderjarige01] dan de vorige casusregisseur, die ook erg fijn was.
De advocaat heeft aangegeven dat [minderjarige01] liever niet in [zorginstelling01] wil verblijven. [minderjarige01] wil heel graag dat het beter met haar gaat, maar zij heeft niet de juiste tools om dat voor elkaar te krijgen. [minderjarige01] vindt het heel belangrijk dat zij betrokken wordt bij de behandeling en dat er met haar gepraat wordt, en niet alleen maar over haar. Zij wil uitleg krijgen als er een beslissing wordt genomen waar zij het niet mee eens is, zodat zij die beslissing kan begrijpen.

5.De (verdere) beoordeling

Spoedmachtiging(JE RK 23-1871)
Bij (mondelinge) beslissing van 24 oktober 2023 heeft de kinderrechter een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van twee weken, zonder voorafgaand verhoor van de belanghebbenden. [minderjarige01] , haar advocaat, de ouders en het college zijn inmiddels gehoord. Naar aanleiding daarvan is naar het oordeel van de kinderrechter niet gebleken dat sprake is van nieuwe feiten en/of omstandigheden die aanleiding geven tot een ander oordeel. Dat betekent dat de spoedbeslissing niet wordt herroepen.
Reguliere machtiging(JE RK 23-1872)
Wettelijk kader
Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en het verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.
Inhoudelijke beoordeling
De kinderechter heeft besloten om de gevraagde gesloten plaatsing voor de duur van drie maanden toe te staan. Hij is tot deze beslissing gekomen nadat hij de beschikbare informatie heeft gelezen en met alle betrokkenen heeft gesproken.
Hij stelt om te beginnen vast dat is voldaan aan de formele vereisten nu de ouders instemmen met het verzoek en de gekwalificeerde gedragswetenschapper, die [minderjarige01] heeft gesproken en onderzocht, een instemmende verklaring heeft afgegeven.
De kinderrechter stelt vast dat er al langere tijd grote zorgen zijn over [minderjarige01] . Zij heeft een zeer belast verleden waarin zij diverse traumatische ervaringen heeft opgedaan. Zij is daarnaast op jonge leeftijd gediagnosticeerd met een borderline persoonlijkheidsstoornis en ADHD. Zij heeft daardoor al lange tijd veel last van sombere en suïcidale gevoelens. Ook is nog steeds sprake van ernstig alcohol- en drugsgebruik. Vooral bij oplopende spanningen heeft [minderjarige01] moeite met het reguleren van haar emoties. Dit heeft vaak geleid tot zeer ernstige en levensbedreigende automutilatie en suïcidepogingen. De kinderrechter stelt vast dat het ondanks de jarenlange betrokkenheid van diverse hulpverleningsorganisaties nog niet is gelukt om deze problemen op te lossen. [minderjarige01] vindt zelf dat het al wat beter gaat. De kinderrechter begrijpt dat ze dat vindt omdat de incidenten minder vaak lijken plaats te vinden. Toch stelt hij vast dat wanneer het dan toch weer misgaat, de problemen levensbedreigend zijn. Dat kan zo niet doorgaan.
De kinderrechter stelt daarmee vast dat bij [minderjarige01] sprake is van zeer ernstige problematiek met daaruit voorkomend schadelijk gedrag, waaronder middelengebruik. Hij is van oordeel dat er een groot gevaar bestaat voor onttrekking aan de noodzakelijke zorg. De kinderrechter vindt een verblijf in een gesloten setting voor de komende tijd noodzakelijk om [minderjarige01] te beschermen tegen zichzelf en tegen anderen en om haar behandeling te garanderen, totdat er een geschikte vervolgplek is gevonden voor [minderjarige01] . Daarbij overweegt de kinderrechter dat het nu niet mogelijk en niet veilig is voor [minderjarige01] om bij de ouders, [zorginstelling03] of in het jeugdhuis van de [zorginstelling02] te verblijven en dat er inmiddels een aanmeldingsprocedure loopt voor een plaatsing van [minderjarige01] bij [jeugdzorg01] .
Daarom zal de kinderrechter het verzoek van het college toewijzen voor de verzochte duur van drie maanden, met ingang van 27 oktober 2023 en tot 27 januari 2024. De kinderrechter spreekt de hoop uit dat [minderjarige01] de komende periode optimaal kan profiteren van de aan haar geboden hulp en dat haar snel perspectief geboden kan worden voor een passend vervolgtraject. Daarvoor zal [minderjarige01] zich nu eerst actief en blijvend moeten gaan inzetten voor de behandelingen en de samenwerking met de hulpverleners moeten aangaan. De kinderrechter benadrukt dat [minderjarige01] naast goede hulpverlening ook zichzelf nodig heeft om de dag van morgen beter te kunnen maken dan die van vandaag. De kinderrechter hoopt dat [minderjarige01] de kracht en motivatie vindt om zich daar volledig voor in te zetten. Hij vindt het heel positief dat [minderjarige01] kritisch is en vragen stelt over haar behandelingen. [minderjarige01] laat daarmee zien dat zij de ambitie heeft om zichzelf verder te helpen. Dat is essentieel voor een goed resultaat van de hulpverlening in de komende periode.
Het voorgaande leidt tot de volgende beslissingen.

6.De beslissing

De kinderrechter:
In de zaak met kenmerk JE RK 23-1871:
handhaaft de (spoed)beschikking van 24 oktober 2023.
In de zaak met kenmerk JE RK 23-1872:
verleent een machtiging om [minderjarige01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de duur van drie maanden, met ingang van 27 oktober 2023 en tot 27 januari 2024.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 27 oktober 2023 door mr. Duinhof, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. De Haas als griffier, en op schrift gesteld op 7 november 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch.