Uitspraak
beschikking
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Team Familie- en Jeugdrecht
Zittingsplaats: Middelburg
Zaaknummer: C/02/409490 / FA RK 23-2232
datum uitspraak: 31 oktober 2023
beschikking over gezag, omgang en kinderalimentatie
in de zaak van
[De man],
hierna: de man,
wonende in [plaats] ,
advocaat: mr. C.A.E. van der Poel in Hoogerheide,
tegen
[de vrouw] ,
hierna: de vrouw,
wonende in [plaats] ,
advocaat: mr. C.G.M. Baas te Bergen op Zoom.
Op grond van artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering heeft de Raad voor de Kinderbescherming, regio Zuidwest Nederland, locatie Middelburg,
hierna: de Raad, de rechtbank over het verzoek geadviseerd.
1.Het procesverloop
1.1
In het dossier zitten de volgende stukken:
- het op 10 mei 2023 ontvangen verzoek met bijlagen;
- het door mr. Van der Poel op 10 oktober 2023 ingediende F9-formulier met bijlage;
- het door mr. Baas op 10 oktober 2023 ingediende F9-formulier;
- het e-mailbericht van mr. Van der Poel op 18 oktober 2023.
2.De feiten
2.1
Partijen hebben een affectieve relatie gehad, uit welke relatie het navolgende thans nog minderjarige kind is geboren:
-
[minderjarige](hierna: [minderjarige] ), geboren te [plaats] op [geboortedag] 2019.
[minderjarige](hierna: [minderjarige] ), geboren te [plaats] op [geboortedag] 2019.
2.2
[minderjarige] verblijft bij de vrouw.
2.3
De man heeft [minderjarige] erkend.
3.Het verzoek en de beoordeling
3.1
Partijen hebben de rechtbank ieder afzonderlijk geïnformeerd dat zij overeenstemming hebben bereikt. Er wordt verzocht om de overeenstemming bij beschikking vast te leggen en de man heeft in dat kader zijn verzoeken gewijzigd en aangevuld, zodat zijn verzoek als volgt komt te luiden:
I. Te bepalen dat partijen voortaan gezamenlijk het ouderlijk gezag uitoefenen over de minderjarige [minderjarige] ;
II. Te bepalen dat tussen [minderjarige] en zijn vader de volgende omgangsregeling c.q. zorg- en contactregeling geldt:
- Iedere oneven week van vrijdag 14.30 uur uit school tot zondag 19.00 uur;
- Dat de feestdagen, vakanties en bijzondere dagen als volgt worden verdeeld:
o Zomervakantie
[minderjarige] is drie weken bij de man en drie weken bij de vrouw. Voor 2024 geldt dat de eerste 3 weken [minderjarige] bij de vrouw is en de laatste drie weken is [minderjarige] bij de man. Voor de volgende jaren zullen ouders de weken in onderling overleg 50/50 verdelen.
o Herfstvakantie
De herfstvakantie wordt bij helfte verdeeld. Voor 2023 geldt dat [minderjarige] van 13 oktober tot en met 17 oktober bij de man is. Voor de volgende jaren zullen ouders de herfstvakantie in onderling overleg bij helfte verdelen.
o Kerstvakantie
De kerstvakantie wordt bij helfte verdeeld;
[minderjarige] is ieder jaar op kerstavond (24 december) en 1e Kerstdag (25 december) bij de vrouw. [minderjarige] gaat op 1e Kerstdag 's avonds (tijdstip in onderling overleg te bepalen) naar de man en is dan op 2e Kerstdag bij de man.
Tijdens oud en nieuw is [minderjarige] in de even jaren op 31 december bij de man vanaf 12.00 uur en in de oneven jaren is [minderjarige] op 31 december vanaf 12.00 uur bij de vrouw.
Voor 2023 geldt dat [minderjarige] op 22, 23, en 24 december tot 12.00 uur bij de man is.
Voor 2023 geldt dat [minderjarige] van 25 december tot en met 31 december bij de man is en van 31 december tot 7 januari bij de vrouw.
De overige dagen van de kerstvakantie worden bij helfte in onderling overleg verdeeld.
Voor de volgende jaren zullen ouders de kerstvakantie in onderling overleg bij helfte verdelen.
o Meivakantie
De meivakantie wordt bij helfte verdeeld. Voor 2024 geldt dat [minderjarige] van 22 april tot en met 28 april 19.00 uur bij de man is en van 29 april tot en met 5 mei bij de vrouw. Voor de volgende jaren zullen ouders de meivakantie in onderling overleg bij helfte verdelen.
o Pasen
In 2024 is [minderjarige] op 1e Paasdag tot 19.00 uur bij de man en op 2e Paasdag bij de vrouw. Voor de volgende jaren zullen ouders de Pasen in onderling overleg bij helfte verdelen.
o Verjaardagen ouders
[minderjarige] is op de dag van de verjaardag van de betreffende ouder bij die ouder.
o Vaderdag en Moederdag
Iedere Vaderdag is [minderjarige] bij de man, ongeacht waar [minderjarige] volgens de zorgverdeling verblijft. Iedere Moederdag is [minderjarige] bij de vrouw, ongeacht waar [minderjarige] volgens de zorgverdeling verblijft.
o Verjaardag [minderjarige] :
In de oneven jaren is [minderjarige] op zijn verjaardag bij de vrouw en in de even jaren bij de man. Het kinderfeestje van [minderjarige] wordt in onderling overleg gevierd/geregeld.
o Sinterklaas:
In de oneven jaren is [minderjarige] met Sinterklaas bij de vrouw en in de even jaren bij de man.
o Carnaval:
De dagen en vakantie van carnaval wordt bij helfte verdeeld. Voor 2024 geldt dat [minderjarige] 10, 11 en 12 februari tot 12.00 uur bij de man is en van 12 februari 12.00 uur tot en met 15 februari bij de vrouw. [minderjarige] is dan op 16, 17 en 18 februari 19.00 uur weer bij de man. Voor de volgende jaren zullen ouders deze carnavalsdagen en vakantie in onderling overleg bij helfte verdelen.
Overige feestdagen en zaken omtrent [minderjarige] zullen ouders in onderling overleg met elkaar bespreken en afstemmen. In elk geval spreken ouders af dat zij samen de oudergesprekken en eerste schooldag van [minderjarige] zullen bijwonen.
o Ouders spreken af dat ingeval van ziekte van [minderjarige] of een van de ouders, de omgangsregeling c.q. zorg- en contactregeling zal doorgaan.
III. Te bepalen dat door de man aan de vrouw ten behoeve van de verzorging en opvoeding van [minderjarige] zal worden voldaan een bedrag van € 25,00 per maand bij vooruitbetaling te voldoen en te bepalen dat partijen de schoolkosten van [minderjarige] bij helfte zullen verdelen.
De reeds geplande mondelinge behandeling hoeft niet door te gaan, aldus mr. Van der Poel en mr. Baas.
3.2
De rechtbank stelt vast dat partijen reeds het gezamenlijk gezag hebben aangevraagd en laten aantekenen in het Gezagsregister. Om die reden behoeft het verzoek onder I. geen nadere beoordeling meer. De man zal niet-ontvankelijk worden verklaard in dat verzoek. Ten aanzien van de overige verzoeken zal de rechtbank, gelet op de overeenstemming van partijen en nu niet is gebleken dat de belangen van [minderjarige] zich verzetten tegen een toewijzing van de verzoeken van de man zoals opgenomen in het gewijzigde verzoek, deze verzoeken dienovereenkomstig toewijzen.
3.3
De rechtbank zal de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaren omdat het in het belang van [minderjarige] is dat de beslissing ondanks een eventueel hoger beroep meteen uitgevoerd kan worden.
3.De beslissing
De rechtbank
3.1
verklaart de man niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot gezamenlijk gezag;
3.2
bepaalt dat de man en de minderjarige [minderjarige] in het kader van de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken gerechtigd zijn tot het hebben van contact met elkaar zoals opgenomen onder rechtsoverweging 3.1 onder II;
3.3
bepaalt dat door de man aan de vrouw ten behoeve van de verzorging en opvoeding van [minderjarige] zal worden voldaan een bedrag van € 25,00 per maand bij vooruitbetaling te voldoen en dat partijen de schoolkosten van [minderjarige] bij helfte zullen verdelen;
3.4
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
Deze beschikking is gegeven door mr. Zuijdweg, rechter, tevens kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken op 31 oktober 2023 in aanwezigheid van mr. Van Ginneke, griffier.
KG
KG
Indien hoger beroep tegen deze beschikking mogelijk is, kan dat worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het
gerechtshof ’s-Hertogenbosch.