3.1.In rechte staan de volgende feiten vast.
a. [eisers in conventie] hadden een bedrijf in de fruitteelt in de [gemeente] , welk bedrijf in januari 2011 is verkocht met een netto-opbrengst van circa € 2 miljoen.
b. Na verkoop en overdracht van het bedrijf beschikten [eisers in conventie] in privé over een aanzienlijk vermogen, waardoor [eisers in conventie] als particuliere klant bij de afdeling ‘Private banking’ van Rabobank [filiaal] terecht kwamen (hierna: de Rabobank).
c. De Rabobank kent een accountmanager toe aan klanten die vallen binnen de afdeling Private banking. De accountmanager voorziet hun klanten van financieel advies.
[gedaagde in conventie] werd eind 2010 toegekend als accountmanager van [eisers in conventie] .
d. Op advies van [gedaagde in conventie] hebben [eisers in conventie] hun vermogen in de eerste jaren na verkoop van het bedrijf belegd. De Rabobank besteedde deze dienstverlening uit aan [bedrijf 1] .
e. Bij e-mail van 15 januari 2014 heeft [gedaagde in conventie] [eisers in conventie] geadviseerd over een afkoop van tegoeden, de zogenaamde Gouden Handdruk rekeningen. [eisers in conventie] hebben het advies van [gedaagde in conventie] opgevolgd en zijn overgegaan tot afkoop van de Gouden Handdruk rekeningen.
f. [eisers in conventie] waren na enige tijd niet tevreden over de dienstverlening van [bedrijf 1] en hebben [gedaagde in conventie] geïnformeerd dat zij de samenwerking met [bedrijf 1] wilden beëindigen. Ook informeerden [eisers in conventie] [gedaagde in conventie] dat het de bedoeling was om een deel van het vrij te komen vermogen aan te wenden voor de aankoop en renovatie van een woning. Een deel zou worden geparkeerd op de spaarrekening van [eisers in conventie] .
g. In 2013 hebben [eisers in conventie] de samenwerking met [bedrijf 1] beëindigd en hebben zij met een deel van het vrij gekomen vermogen hun huidige woning gekocht en een renovatie van de woning en tuin gefinancierd. Van het vrijgekomen vermogen resteerde circa € 250.000,- welk bedrag [eisers in conventie] op een spaarrekening hebben gezet. Voorts was het [eisers in conventie] bekend dat een naastgelegen stuk grond in de toekomst beschikbaar zou komen. Het was de bedoeling om met het resterende vermogen, dat op de spaarrekening was geparkeerd, dat vrij te komen stuk grond te kopen en te voegen bij het perceel van [eisers in conventie]
h. [gedaagde in conventie] heeft [eisers in conventie] als hun accountmanager bijgestaan bij de beëindiging van de relatie met [bedrijf 1] . Hoewel [eisers in conventie] hun vermogen toen niet meer belegden, heeft [gedaagde in conventie] na beëindiging van de relatie met [bedrijf 1] contact gehouden met [eisers in conventie] vanuit zijn functie als accountmanager bij de Rabobank en nam hij circa ieder half jaar contact op met [eisers in conventie] om bij te praten.
i. In mei 2015 ontvingen [eisers in conventie] van de Rabobank het bericht dat [gedaagde in conventie] niet
langer in dienst was als accountmanager.
j. [gedaagde in conventie] heeft medio september 2015 telefonisch contact opgenomen met [eisers in conventie] om eens bij te praten. [eisers in conventie] hebben daarmee ingestemd.
k. In het gesprek dat naar aanleiding daarvan plaatsvond, informeerde [gedaagde in conventie] [eisers in conventie] dat hij - na zijn uitdiensttreding bij de Rabobank - is gaan werken voor een beleggingsinstelling in Amsterdam. [eisers in conventie] hebben [gedaagde in conventie] verder in dat gesprek verteld over de renovaties van hun huidige woning, tuin en garage.
l. In oktober 2015 nam [gedaagde in conventie] opnieuw telefonisch contact op met [eisers in conventie] ditmaal met het bericht dat hij mogelijk een interessante belegging/deelneming had voor [eisers in conventie] . Op zijn verzoek is [gedaagde in conventie] vervolgens wederom bij [eisers in conventie] op bezoek geweest. In dat gesprek werd gesproken over onder andere de voortgang van de renovaties en dat [gedaagde in conventie] in contact is gekomen met een ex-medewerker van Rabobank Nederland, de heer [naam 1] , die zich nu bezighield met het ondersteunen van start-ups.
m. [gedaagde in conventie] gaf in dat gesprek aan dat het interessant voor [eisers in conventie] zou kunnen zijn om deze ex-medewerker van Rabobank Nederland, de heer [naam 1] , te ontmoeten, zodat diegene meer over zijn activiteiten kon vertellen. Voorts vroeg [gedaagde in conventie] in dat gesprek aan [eiser in conventie 1] of hij nog steeds het “lijstje” bijhield met de koers van Aegon en PostNL. [eiser in conventie 1] gaf aan dat hij de koers van PostNL en Aegon nog sporadisch bekeek.
n. In navolging op dat gesprek ontvingen [eisers in conventie] diezelfde avond nog, op 19 oktober 2015, een email van [gedaagde in conventie] met nadere informatie over de belegging/deelneming welke [gedaagde in conventie] in het gesprek had genoemd. In deze e-mail staat - voor zover thans van belang - vermeld:
“(…). Vandaag hebben weer een prettig contact gehad. Je gaf aan nog druk te zijn rondom de woning. Je bent en blijft geïnteresseerd in beleggingen. Ook al is het op afstand met virtuele beleggingen/eigen lijstjes.
Graag maak ik je enthousiast voor een deelname in de [samenwerking] . Een samenwerking tussen [bedrijf 2] en [bedrijf 3] . Deze combinatie wil een 20-tal jonge bedrijven ondersteunen in management, zowel op persoonlijk als op financieel gebied, en met groeikapitaal.
In de bijlage tref je een aantal documenten aan die de propositie beschrijft.
• De begeleidende brief bij met informatiememorandum die in 2 pagina’s de hoofddoelstellingen van [samenwerking] beschrijft.
• Het investeringsmemorandum
• Het Addendum waarin wordt beschreven dat [bedrijf 4] de begeleiding doet voor de beursintroductie.
Graag maak ik met je een afspraak om het geheel met je te bespreken en aanvullende informatie te verstrekken.
Een gesprek met koffie/thee is en plezant en levert meestal voor beide partijen wat op. (…).”
o. In de begeleidende brief bij het investeringsmemorandum staat onder meer vermeld dat de initiatiefnemer, [samenwerking] , meer dan vijf jaar succesvol actief is in het begeleiden en financieren van zogenaamde “early stage” bedrijven (startende ondernemingen). Voor beleggers zou een rendement van gemiddeld 20% per jaar worden verwacht.
p. In het investeringsmemorandum wordt op de eerste pagina ‘ [bedrijf 2] ’ en ‘ [bedrijf 3] ’ genoemd. [bedrijf 2] BV is de handelsnaam waaronder [bedrijf 5] BV (hierna: [bedrijf 5] ) opereert en deze vennootschap werd (tot haar faillissement) middellijk bestuurd door de heer [naam 1] . [gedaagde in conventie] verrichte vanaf oktober 2015 tot 1 oktober 2017 als Relations Manager werkzaamheden voor [bedrijf 5] / [bedrijf 2] . In dezelfde periode verrichte [gedaagde in conventie] namens [bedrijf 5] / [bedrijf 2] ook werkzaamheden voor [bedrijf 3] BV (hierna: [bedrijf 3] ) in het kader van een samenwerkingsverband tussen [bedrijf 5] / [bedrijf 2] en [bedrijf 3] . Hij vervulde bij [bedrijf 3] de rol van Funding Manager.
q. In het Investeringsmemorandum staat onder meer vermeld dat [bedrijf 2] en [bedrijf 3] de mogelijkheid zouden hebben om een “investerings-portfolio” van MKB-bedrijven in te brengen in een bestaand beursgenoteerd Zwitsers MKB-investeringsfonds. Dit zou verlopen via de joint venture [samenwerking] BV. Verder staat in het investeringsmemorandum vermeld dat de planning was om vóór eind 2015 de lening om te
zetten in beursgenoteerde aandelen. Ook staat daarin vermeld dat voor het bereiken van de doelen een sterke behoefte is aan nieuw kapitaal voor [samenwerking] . Het idee was dat investeerders tezamen een bedrag van € 15 miljoen zouden verstrekken in de vorm van een geldlening, waarna dit bedrag zou worden omgezet (geconverteerd) in beursgenoteerde aandelen.
r. In het investeringsmemorandum was een disclaimer opgenomen, welke luidt als volgt:.
“Bij de samenstelling van dit investeringsmemorandum is de grootst mogelijke zorgvuldigheid betracht. De opgenomen analyses, berekeningen, aanbevelingen en prognoses worden vermeld om potentiële investeerders behulpzaam te zijn. Zij vormen geen garantie voor het uiteindelijk te behalen rendement. De keuze om te beleggen in de beschreven aandelen geschiedt naar eigen inschatting en verantwoordelijkheid. [bedrijf 2] BV., [samenwerking] B.V. en [bedrijf 3] , hun bestuurders, hun adviseurs en andere betrokkenen
aanvaarden geen aansprakelijkheid voor directe of indirecte resultaten die zouden kunnen ontstaan als gevolg van deelname in de onderhavige investeringspropositie.”
s. In het inschrijfformulier behorend bij het investeringsmemorandum staat - voor zover thans relevant - vermeld:
“Verder verklaart de ondergetekende het investeringsmemorandum [samenwerking] gedateerd, 16 augustus 2015, te hebben gelezen en verklaart zich bewust te zijn van alle beleggingsrisico’s betreffende de beschreven converteerbare lening en de aandelen van het fonds beschreven in de breedste zin van het woord.”
t. Op het voorblad van het Investeringsmemorandum staat vermeld dat een eventuele belegging in [samenwerking] buiten het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) valt.
u. Uit het addendum volgt - samengevat en voor zover thans van belang - dat het oorspronkelijke plan is aangepast en dat de lening eerst beursgenoteerd wordt, waarna binnen één jaar de geldlening in aandelen geconverteerd zou worden.
v. [eisers in conventie] hebben kennisgenomen van de toegestuurde informatie.
w. Begin november nam [gedaagde in conventie] in navolging van zijn emailbericht van 19 oktober 2015 telefonisch contact op met [eisers in conventie] . [gedaagde in conventie] heeft in dat telefoongesprek aan [eiser in conventie 1] gevraagd of hij met de heer [naam 1] (hierna:‘ [naam 1] ’), persoonlijk het beleggingsobject kon komen toelichten. Op 5 november 2015 heeft de bedoelde afspraak bij [eisers in conventie] thuis met [gedaagde in conventie] en [naam 1] plaatsgevonden.
x. [gedaagde in conventie] en [naam 1] lichtten in dit gesprek toe dat een converteerbare geldlening verstrekt zou worden aan [samenwerking] , welke zou worden omgezet in aandelen in een fonds. Ook werd verteld dat tot aan de omzetting van de geldlening in aandelen, de verstrekte geldlening veilig zou staan op de rekening van [samenwerking] tegen een rente van 4% per jaar. Ook hebben [gedaagde in conventie] en [naam 1] aangegeven dat het voor [eisers in conventie] voordelig zou zijn om vroeg in te stappen, zodat [eisers in conventie] snel konden
meedoen in de fondsen en daarvan dus konden profiteren. [eisers in conventie] hebben in het gesprek gevraagd of het verstandig was om de te verstrekken geldlening apart te houden, bijvoorbeeld op een kwaliteitsrekening van een notaris. Daarop is van de zijde van [gedaagde in conventie] en [naam 1] aangegeven dat dit niet nodig was omdat de geldlening op een rekeningnummer van
[samenwerking] zou worden beheerd, waar de gelden veilig zouden zijn.
y. [eisers in conventie] waren - na het lezen van het investeringsmemorandum, de begeleidende brief en het addendum alsmede na het verkrijgen van de aanvullende informatie van [gedaagde in conventie] en [naam 1] in het gesprek op 5 november 2015 - bereid om circa € 200.000,- te investeren.
z. Op diezelfde dag, 5 november 2015, ontvingen [eisers in conventie] van [gedaagde in conventie] een door hen te ondertekenen overeenkomst van converteerbare geldlening. Deze overeenkomst is door [eisers in conventie] en [gedaagde in conventie] bij [eisers in conventie] thuis op 6 november 2015
ondertekend. [naam 1] en [naam 2] hebben de overeenkomst vervolgens namens [samenwerking] ondertekend.
aa. [eisers in conventie] hebben op 10 november 2015 het uit te lenen bedrag overgeschreven naar het rekeningnummer van [samenwerking] .
Ruim een jaar later, vroegen [eisers in conventie] bij e-mail van 12 december 2016 aan [gedaagde in conventie] en [naam 1] naar de stand van zaken rondom de converteerbare lening.
bb. [gedaagde in conventie] reageerde hierop bij e-mail van 13 december 2016 en informeerde [eisers in conventie] over de laatste stand van zaken. Zo liet hij weten dat het management van [bedrijf 3] op dat moment op Malta verbleef om de laatste documenten van “het investeringsfonds” af te ronden, zodat de documentatie ter goedkeuring aan de plaatselijke toezichthouder, de MFSA, kon worden voorgelegd.
cc. In januari 2017 eindigde de samenwerking tussen [bedrijf 5]
/[bedrijf 2] en [bedrijf 3] , waarna (een deel van) de venture-activiteiten van [bedrijf 3] werd(en) voortgezet in het [fonds] (hierna: “ [fonds] ”). [gedaagde in conventie] ging binnen [fonds] de rol van Investment Relations Manager vervullen.
dd. [eisers in conventie] hebben geconstateerd dat circa 15 maanden na het verstrekken van de geldlening geen omzetting naar aandelen had plaatsgevonden en zij hebben bij email van 1 maart 2017 aan [gedaagde in conventie] gevraagd
“Hoe kunnen wij ons hieruit terugtrekken?”Deze vraag hebben [eisers in conventie] bij email van 3 maart 2017 aan [gedaagde in conventie] herhaald.
ee. [gedaagde in conventie] heeft daarop per email van 3 maart 2017 als volgt gereageerd:
“Ik kom volgende week met een antwoord op de vraag hoe je je uit de propositie kan onttrekken. [naam 1], toevoeging Rb]
is dinsdag 7 maart terug van vakantie en heb een afspraak hierover met hem ingepland.”
ff. Bij e-mail van 28 maart 2017 informeerde [gedaagde in conventie] [eisers in conventie] dat de Maltese
toezichthouder alle relevante documenten voor de openstelling van [fonds] had
ontvangen en dat duidelijkheid over een goedkeuring van de toezichthouder binnen
10 dagen werd verwacht.
gg. [gedaagde in conventie] en [eisers in conventie] hebben een afspraak op 15 mei 2017 gemaakt om de
investering en voortgang met elkaar te bespreken. In die bespreking heeft [gedaagde in conventie] [eisers in conventie] geïnformeerd dat het volledige uitgeleende geldbedrag “weg” was. [gedaagde in conventie] informeerde [eisers in conventie] dat twee bestuurders van [samenwerking] de investering naar zich hebben toegetrokken. [gedaagde in conventie] heeft in dat gesprek [eisers in conventie] verder toegezegd [eisers in conventie] te zullen helpen bij het terugvorderen van de verstrekte geldlening.
hh. [gedaagde in conventie] heeft vervolgens een concept brief, gericht aan [samenwerking] , opgesteld waarin [eisers in conventie] op grond van artikel 5 van de overeenkomst de verstrekte geldlening en opgebouwde rente opeist. Deze brief hebben [eisers in conventie] - na enkele aanpassingen - verstuurd.
ii. [samenwerking] is ondanks de opeising en sommatie niet overgegaan tot (terug)betaling van de geldlening en verschuldigde rente.
jj. [gedaagde in conventie] heeft [eisers in conventie] vervolgens geadviseerd om contact op te nemen met de advocaat van [naam 1] , mr. Voorhorst.
kk. [gedaagde in conventie] was met ingang van 1 oktober 2017 niet meer werkzaam bij [fonds] .
ll. Op verzoek van [eisers in conventie] is [samenwerking] bij vonnis van 22 februari 2019 in staat van faillissement verklaard. Het faillissement werd uiteindelijk opgeheven zonder uitbetaling aan enig schuldeiser.
mm. Uit de afschriften die [eisers in conventie] na faillietverklaring van [samenwerking] van de curator ontvingen, bleek dat kort na het verstrekken van de geldlening door [eisers in conventie] , circa het volledige bedrag is overgeschreven naar aan de bestuurders van [samenwerking] gelieerde vennootschappen. Ook bleek uit de afschriften dat naast [eisers in conventie] geen enkele andere partij had geïnvesteerd in [samenwerking] .
nn.. Direct bestuurders van [samenwerking] ten tijde van ondertekening van de overeenkomst waren [bedrijf 6] BV en [bedrijf 3] . Bestuurder van [bedrijf 6] BV betrof de heer [naam 1] . Bestuurders van [bedrijf 3] betroffen de heer [naam 2] en de heer [naam 3] .
oo. [eisers in conventie] hebben in 2021 besloten om een andere advocaat in te schakelen voor een second opinion ten einde hun vorderingen op de betrokken partij(en) te verhalen.
pp. [eisers in conventie] hebben [gedaagde in conventie] bij brief van 25 april 2022 gesommeerd om binnen veertien dagen de door hen geleden schade te voldoen.
qq. Op 20 mei 2022 heeft mr. Holterman namens [gedaagde in conventie] te kennen gegeven dat [gedaagde in conventie] zich niet herkent in de verwijten en beschuldigingen.
rr. [eisers in conventie] hebben op 21 december 2022 conservatoir beslag gelegd op de woning die eigendom is van [gedaagde in conventie] gelegen aan de [adres] te [woonplaats 2] , kadastraal bekend als [kadastrale aanduiding] .