In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 10 november 2023 een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De ondertoezichtstelling was oorspronkelijk ingesteld bij beschikking van 16 november 2020 en is sindsdien meerdere keren verlengd. De gezagsdragers, de moeder en de vader, zijn vertegenwoordigd door hun advocaten, mr. P.A.J. van Putten en mr. M. Czarnota. De gezinsvoogdijinstantie, Stichting Jeugdbescherming West Zeeland, heeft op 1 november 2023 een verzoek ingediend om de ondertoezichtstelling voor een periode van drie maanden te verlengen. Vanwege de verhindering van beide advocaten op de geplande zittingsdatum van 15 november 2023, is besloten om een korte verlenging van de ondertoezichtstelling toe te staan tot de nieuwe zittingsdatum van 30 november 2023. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd met één maand, van 16 november 2023 tot 16 december 2023, en verklaarde de beschikking uitvoerbaar bij voorraad, zodat de beslissing onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook in het geval van hoger beroep. De kinderrechter heeft de behandeling van het resterende deel van het verzoek aangehouden tot de nieuwe zitting.