ECLI:NL:RBZWB:2023:7888
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T. Peters
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens te late indiening in bestuursrechtelijke zaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 3 november 2023, wordt het beroep van eiseres tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schouwen-Duiveland van 26 april 2023 behandeld. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is omdat het te laat is ingediend. Eiseres had het beroepschrift op 28 augustus 2023 ingediend, terwijl de termijn voor indiening op basis van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zes weken bedraagt en begon op de dag na de bekendmaking van het besluit, dat op 15 juni 2023 aan eiseres was toegezonden.
De rechtbank legt uit dat indien een beroepschrift te laat wordt ingediend, het beroep niet-ontvankelijk verklaard moet worden, tenzij er sprake is van verschoonbare redenen voor de te late indiening. Eiseres voerde aan dat zij dacht dat de beroepstermijn al was verstreken en dat zij niet goed wist wat te doen, wat leidde tot haar aarzelingen. De rechtbank concludeert echter dat eiseres geen overtuigende redenen heeft gegeven die haar onvermogen om tijdig beroep in te dienen onderbouwen. Het risico van haar onervarenheid en de gevolgen daarvan komen voor haar eigen rekening.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk, waardoor het bestreden besluit in stand blijft. Eiseres krijgt het griffierecht niet terug en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak, met inachtneming van de wettelijke termijnen.