ECLI:NL:RBZWB:2023:7902

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
8 november 2023
Publicatiedatum
14 november 2023
Zaaknummer
C/02/415040 / FA RK 23/4886
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 8 november 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging voor betrokkene, geboren op [geboortedag] 1980 te [geboorteplaats]. Het verzoek is ingediend door de officier van justitie op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, met ernstige gevolgen voor zijn gezondheid en welzijn. Tijdens de mondelinge behandeling op 8 november 2023 was betrokkene niet aanwezig, ondanks herhaalde pogingen van zijn advocaat en mentor om contact met hem te maken. Betrokkene heeft aangegeven niet gehoord te willen worden en heeft geen bezwaar gemaakt tegen de zorgmachtiging. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor vrijwillige zorg zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van twee weken, tot en met 22 november 2023, en het resterende deel van het verzoek aangehouden voor verdere behandeling. De beschikking is mondeling gegeven door rechter E.F. Bethlehem en schriftelijk uitgewerkt op 14 november 2023.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/415040 / FA RK 23/4886
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 8 november 2023van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1980 te [geboorteplaats] ,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. F.M.M.M. Vogels te Amsterdam.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift van 18 oktober 2023, ingekomen ter griffie op 18 oktober 2023.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- het politie informatie rapport Wvggz van 17 oktober september 2023;
- het maatschappelijke plan van 16 oktober 2023;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 16 oktober 2023;
- de medische verklaring van 4 oktober 2023;
- het zorgplan van 4 oktober 2023;
- de zorgkaart van 4 oktober 2023;
- het politie informatie rapport Wvggz van 19 september 2023;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet Bopz en de Wvggz;
- een afschrift van de justitiële documentatie.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 8 november 2023, voor de voordeur van het woonadres van betrokkene.
1.3
Tijdens de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- de heer mr. F.M.M.M. Vogels, advocaat, namens betrokkene;
- mevrouw [naam 1] , curator van betrokkene;
- de heer [naam 2] en mevrouw [naam 3] , sociaalpsychiatrisch verpleegkundigen.
Tevens was aanwezig, mevrouw [naam 4] , assistent-mentor, die niet is gehoord.
1.4
Uit artikel 6:1 Wvggz volgt dat de rechter betrokkene hoort na ontvangst van het verzoekschrift voor een zorgmachtiging, tenzij de rechter vaststelt dat betrokkene niet in staat is of niet bereid is zich te doen horen. De rechtbank heeft betrokkene bij brief van 20 oktober 2023 opgeroepen voor de mondelinge behandeling. Betrokkene heeft bij aanvang van de mondelinge behandeling, na herhaaldelijk aanbellen en nadat hij verschillende keren via de openstaande ramen is aangesproken door zowel zijn advocaat, zijn mentor als de rechter, zijn voordeur niet opengedaan. De mentor van betrokkene heeft vervolgens aangegeven dat betrokkene thuis is en haar zojuist, vlak voorafgaand aan de mondelinge behandeling, wel te woord heeft willen staan. Daarbij benoemt de mentor dat betrokkene haar heeft gezegd dat de mondelinge behandeling hem overvalt en dat hij niet gehoord wil worden. Betrokkene gaf ook aan dat hij het prima vindt als de zorgmachtiging wordt verleend, omdat hij daar toch niets van merkt. Op grond van het vorengaande is de rechter van oordeel dat betrokkene in de gelegenheid is gesteld om te worden gehoord, maar op dit moment niet bereid is zich te doen horen en daarmee bewust afstand doet van zijn recht om gehoord te worden. Daarnaast stelt de rechter vast dat de wettelijke beslistermijn op het voorliggende verzoek op de dag van de mondelinge behandeling verloopt en dat de advocaat zich op het standpunt heeft gesteld dat de zitting zonder betrokkene voortgezet kan worden. De rechter heeft daarop besloten om de mondelinge behandeling in afwezigheid van betrokkene voort te zetten.
1.5
De officier is zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.

2.Verzoek

2.1
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging te verlenen ten behoeve van betrokkene, voor de duur van zes maanden en voor de navolgende vormen van verplichte zorg:
- het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- het insluiten;
- het uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- het onderzoeken aan kleding of lichaam;
- het onderzoeken van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen
- het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- het opnemen in een accommodatie.

3.Standpunten

3.1
De curator heeft aangegeven dat betrokkene instemt met het voorliggende verzoek; betrokkene heeft haar gezegd dat hij akkoord is met de verzochte zorgmachtiging. Deze zal met name als stok achter de deur dienen voor de inzet van de medicatie. De curator legt uit dat het gedrag van betrokkene zonder medicatie verslechtert. Volgens de curator vindt betrokkene het ook prima als hij tijdelijk voor een time out wordt opgenomen.
3.2
Door de sociaalpsychiatrisch psychologen is allereerst aangegeven dat betrokkene voor het opstellen van de medische verklaring is onderzocht door een onafhankelijk psychiater. Dit onderzoek vond plaats in de vorm van een gesprek aan de voordeur van betrokkene. Verder is door de sociaalpsychiatrisch psychologen naar voren gebracht dat betrokkene op dit moment de voor hem noodzakelijk geachte medicatie weigert. Met een zorgmachtiging zal het weer mogelijk zijn om betrokkene depotmedicatie toe te dienen.
3.3
De advocaat heeft namens betrokkene afwijzing van het verzoek bepleit. De advocaat heeft betrokkene kortgeleden kunnen spreken. Betrokkene heeft toen aangegeven dat hij de zorgmachtiging niet nodig vindt. Hij houdt zich namelijk al aan de afspraken. Ingeval de zorgmachtiging toch wordt toegewezen, mogen enkel de strikt noodzakelijk zorgvormen worden toegewezen.

4.Beoordeling

4.1
Uit de overgelegde stukken en hetgeen is besproken tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen, middelgerelateerde en verslavingsstoornissen, persoonlijkheidsstoornissen en andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn. Het is de rechtbank gebleken dat betrokkene al enige tijd belast is met een psychotische kwetsbaarheid in het kader van schizofrenie.
4.2
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade, ernstige materiële schade, ernstige financiële schade, ernstige verwaarlozing, maatschappelijke teloorgang, ernstig verstoorde ontwikkeling voor of van betrokkene of een ander, bedreiging van de veiligheid van betrokkene al dan niet doordat hij onder invloed van een ander raakt, de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Daarbij overweegt de rechtbank dat betrokkene zonder de inzet van medicatie en onder invloed van verdovende middelen psychotisch kan decompenseren. In dat geval is betrokkene niet (meer) voor reden vatbaar, reageert hij geagiteerd, wordt hij oninvoelbaar en kan hij fors fysiek en verbaal agressief en overlastgevend gedrag vertonen richting zijn omgeving. Het is de rechtbank voorts gebleken dat betrokkene op dit moment in een zeer ernstig vervuilde, bouwvallige woning woont, welke hij dreigt kwijt te raken. Daarnaast bestaat er een vergrote kans op zelfverwaarlozing en maatschappelijke teloorgang.
4.3
Het verlenen van verplichte zorg is gericht op het afwenden van ernstig nadeel, het stabiliseren of herstellen van de fysieke gezondheid van betrokkene in het geval diens gedrag als gevolg van een psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel daarvoor, het dusdanig herstellen van de geestelijke gezondheid van betrokkene dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint en het stabiliseren van de geestelijke gezondheid van betrokkene.
4.4
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Daarbij neemt de rechtbank in overweging dat het lastig is om met betrokkene in contact te komen en afspraken te maken en dat betrokkene de voor hem noodzakelijk bevonden medicatie weigert. Om die reden is verplichte zorg nodig.
4.5
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vorm van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toediening van medicatie;
- verrichten van medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
4.6
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.7
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
4.8
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. Nu de rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene op dit moment niet bereid was om zich te doen horen, zal de zorgmachtiging worden verleend voor de duur van twee weken, met ingang van heden en tot en met 22 november 2023. Het resterende deel van het verzoek wordt aangehouden en wordt nader behandeld ter gelegenheid van de mondelinge behandeling op
woensdag 22 november 2023 om 11:45 uur, op het bij de rechtbank bekende woonadres van betrokkene.

5.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1980 te [geboorteplaats] ;
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals genoemd in rechtsoverweging 4.5 kunnen worden getroffen;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
22 november 2023;
houdt het overige deel van het verzoek aan tot de nadere mondelinge behandeling op
woensdag 22 november 2023 om 11:45 uur, op het bij de rechtbank bekende woonadres van betrokkene;
bepaalt dat een afschrift van deze beschikking (tevens) geldt als een oproeping voor de mondelinge behandeling van 22 november 2023 om 11.45 uur voor betrokkene, zijn advocaat, zijn curator en de sociaalpsychiatrisch verpleegkundigen;
behoudt zich iedere verdere beslissing voor.
Deze beschikking is mondeling gegeven door mr. E.F. Bethlehem, rechter, en in het openbaar uitgesproken op 8 november 2023 in tegenwoordigheid van mr. R. de Haas als griffier, en op 14 november 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.

Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.