ECLI:NL:RBZWB:2023:792
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op bezwaar inzake Wajong-uitkering
Op 7 februari 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. I.T.A. Duijs, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had beroep ingesteld omdat verweerder niet tijdig had beslist op haar bezwaar tegen het besluit van 21 december 2021, waarin werd vastgesteld dat zij niet in aanmerking kwam voor een Wajong-uitkering. Eiseres had op 21 januari 2022 bezwaar gemaakt, maar verweerder had de beslistermijn overschreden. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond en vernietigde het niet tijdig nemen van een besluit. Verweerder werd opgedragen om binnen vier weken na de uitspraak alsnog een besluit op bezwaar bekend te maken. Tevens werd verweerder veroordeeld tot het betalen van een dwangsom van € 100,- per dag voor elke dag dat de termijn werd overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank stelde de dwangsom vast op € 1.442,- en droeg verweerder op het betaalde griffierecht van € 50,- aan eiseres te vergoeden. De proceskosten van eiseres werden vastgesteld op € 418,50. De rechtbank oordeelde dat een zitting niet nodig was, omdat dit op grond van de Algemene wet bestuursrecht niet vereist was. De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.