Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
STICHTING JEUGDBESCHERMING BRABANT,
[de moeder01] ,
[de vader01] ,
de Raad voor de Kinderbescherming, regio Zuidwest Nederland, locatie Breda,
Het procesverloop
- een vertegenwoordiger van de GI;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kinderrechter op 14 september 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot wijziging van de contactregeling tussen de minderjarige [minderjarige01] en haar vader. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de contactregeling, die eerder was vastgesteld op 23 november 2021, niet werd nageleefd en dat de minderjarige sinds de stopzetting van het contact met haar vader rustiger en gelukkiger is geworden. De GI heeft verzocht om de contactregeling voor onbepaalde tijd te schorsen, omdat de minderjarige emotioneel onveilig zou zijn bij contact met haar vader. De kinderrechter heeft besloten het recht op contact van de vader met [minderjarige01] voor de duur van zes maanden te schorsen, met de mogelijkheid om na deze periode de situatie opnieuw te beoordelen. Gedurende deze periode moeten de ouders en de GI onderzoeken wat de oorsprong is van de weerstand van [minderjarige01] tegen het contact met haar vader. De kinderrechter benadrukt het belang van een goede communicatie tussen de ouders en dat de moeder de vader maandelijks op de hoogte moet houden van de ontwikkeling van [minderjarige01]. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad en hoger beroep is mogelijk.