ECLI:NL:RBZWB:2023:799

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
30 januari 2023
Publicatiedatum
10 februari 2023
Zaaknummer
22-017814
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing op klaagschrift ex artikel 552a Sv inzake inbeslagname van voertuigen

Op 30 januari 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende een klaagschrift ex artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering. Klager, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. J.H.E.M. Kersemaekers, had verzocht om teruggave van in beslag genomen voertuigen, waaronder een blauwe quad, een grijze Volkswagen en een meerkleurige quad. De rechtbank heeft vastgesteld dat de grijze Volkswagen en de meerkleurige quad reeds waren teruggegeven door het Openbaar Ministerie, waardoor klager in dat opzicht niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn klaagschrift.

De rechtbank heeft zich vervolgens gericht op de blauwe quad, die nog in beslag was genomen. De officier van justitie had aangegeven dat de blauwe quad in België als gestolen was opgegeven en dat er nog nader onderzoek nodig was. Klager stelde dat hij de rechtmatige eigenaar was en dat hij het voertuig al lange tijd in zijn bezit had. De rechtbank oordeelde dat er een strafvorderlijk belang was bij het voortduren van het beslag, aangezien er nog onderzoek nodig was naar de herkomst van de quad.

Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het klaagschrift ongegrond voor zover het betrekking had op de blauwe quad, omdat het belang van strafvordering zich verzette tegen teruggave. De beslissing werd genomen in raadkamer, waarbij de rechtbank het summiere karakter van het onderzoek in acht nam. De uitspraak werd gedaan door rechter mr. J.C. Gillesse, in aanwezigheid van griffier mr. S. Zuidhof.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Team strafrecht
Locatie Middelburg
rk.nummer: 22-017814
Beslissing op het klaagschrift ex artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering van:
[klager] ,geboren op [geboortedag] 1992 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonadres] ,
hierna te noemen: klager.
Klager heeft in deze zaak woonplaats gekozen ten kantore van mr. J.H.E.M. Kersemaekers, advocaat te Breda, op het adres 4818 SJ Breda, Parkstraat 10.
1. De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
  • de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv), waaruit blijkt dat op 6 augustus 2022 onder [belanghebbende 1] in beslag is genomen: een personenauto van het merk Volkswagen, type Golf, kleur blauw en voorzien van het [kenteken 1] (hierna: de blauwe Volkswagen);
  • de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 Sv, waaruit blijkt dat op
6 augustus 2022 in beslag is genomen: een personenauto van het merk Volkswagen, type Golf Fsi 85 Kw, kleur grijs en voorzien van het [kenteken 2] (hierna: de grijze Volkswagen);
  • de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 Sv, waaruit blijkt dat op 6 augustus 2022 onder [belanghebbende 2] in beslag is genomen: een quad van het merk Yamaha, meerkleurig en voorzien van het [chassisnummer 1] (hierna: de meerkleurige quad);
  • de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 Sv, waaruit blijkt dat op 6 augustus 2022 in beslag is genomen: een quad van het merk Yamaha, type 350r, kleur blauw en voorzien van het [chassisnummer 2] (hierna: de blauwe quad);
  • het klaagschrift, ingediend op 15 augustus 2022 ter griffie van deze rechtbank ingevolge artikel 552a Sv en
  • de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
De hiervoor genoemde inbeslaggenomen voorwerpen zullen hierna ook tezamen worden genoemd: de voertuigen.
Het klaagschrift is behandeld in raadkamer op 16 januari 2023. Gehoord zijn de officier van justitie, mr. J.A. Castelein, en mr. J.H.E.M. Kersemaekers als gemachtigd raadsman van klager.
Klager is behoorlijk opgeroepen, maar niet bij de behandeling van het klaagschrift verschenen.
De (overige) belanghebbenden (overeenkomstig artikel 552a lid 5 Sv), zijnde [belanghebbende 1] , [belanghebbende 2] en [belanghebbende 3] , zijn behoorlijk opgeroepen, maar niet bij de behandeling van het klaagschrift verschenen.
Het klaagschrift strekt tot opheffing van de gelegde beslagen met last tot teruggave/afgifte aan de klager. Daartoe is aangevoerd dat klager eigenaar is van de voertuigen en daar geen afstand van heeft gedaan. De voertuigen heeft hij niet door enig strafbaar feit verkregen of onttrokken aan een rechthebbende. Klager wordt bezwaard door de inbeslagneming en het voortduren daarvan, alsmede door het uitblijven van een last tot teruggave van de voertuigen. Het belang van strafvordering verzet zich niet tegen de gevraagde teruggave.
In raadkamer heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat er onderzoek is gedaan naar de herkomst van de blauwe quad. De blauwe quad is in België geïdentificeerd en daar als gestolen opgegeven. Het Openbaar Ministerie is in afwachting van nadere informatie uit België. Op de aangepaste kennisgeving van inbeslagneming is geen beslagene ingevuld en als naam van de eigenaar is [belanghebbende 3] ingevuld. Aangezien er een vermoeden is dat de blauwe quad van diefstal afkomstig is en er nadere informatie nodig is om het goed te kunnen beoordelen, moet het beslag worden gehandhaafd in het kader van de waarheidsvinding. Daarnaast lijkt het er nu op dat de blauwe quad aan een ander dan klager zou moeten worden teruggegeven. De drie andere voertuigen zijn reeds teruggegeven.
De raadsman van klager heeft in raadkamer aangevoerd dat klager al sinds de indiening van het klaagschrift zegt de rechtmatige eigenaar van de blauwe quad te zijn. Hij heeft het voertuig al heel lang in zijn bezit hebben en is niet op de hoogte van een misdadige herkomst. Klager was wel de beslagene. De raadsman van klager handhaaft het klaagschrift en verzoekt de blauwe quad aan klager te retourneren. De drie andere voertuigen zijn reeds teruggegeven.

2.De beoordeling

De raadkamer van de rechtbank is bevoegd tot afdoening van het klaagschrift.
Het klaagschrift is tijdig ingediend.
In zoverre het beslag zich richt tegen de blauwe Volkswagen, de grijze Volkswagen en de meerkleurige quad stelt de rechtbank vast dat de beslagen reeds zijn geëindigd doordat het Openbaar Ministerie deze voertuigen heeft teruggegeven. De rechtbank zal klager in zoverre niet-ontvankelijk verklaren in zijn beklag.
Het beslag op de blauwe quad is nog niet geëindigd, waardoor klager in zoverre ontvankelijk is in zijn beklag.
Bij de beoordeling stelt de rechtbank voorop dat het onderzoek in raadkamer naar aanleiding van een klaagschrift als bedoeld in artikel 552a Sv een summier karakter draagt. Dat betekent dat van de rechter niet kan worden gevergd ten gronde in de mogelijke uitkomst van een nog te voeren hoofdzaak of ontnemingsprocedure te treden.
De rechtbank overweegt over het klaagschrift tegen het strafvorderlijk beslag dat is gelegd op grond van artikel 94 Sv als volgt.
Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad sinds HR 28 september 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL2823, NJ 2010/654, r.o. 2.8 en 2.9, dient de rechter, in geval van een klaagschrift tegen een op grond van artikel 94 Sv gelegd beslag:
a. te beoordelen of het belang van strafvordering het voortduren van het beslag vordert, en zo neen,
b. de teruggave van het inbeslaggenomen voorwerp te gelasten aan de beslagene, tenzij een ander redelijkerwijs als rechthebbende ten aanzien van dat voorwerp moet worden beschouwd.
In dit laatste geval moet het klaagschrift van de beslagene ongegrond worden verklaard en kan, mits de hiervoor bedoelde ander zelf een klaagschrift heeft ingediend, de teruggave aan die rechthebbende worden gelast.
Het belang van strafvordering verzet zich tegen teruggave indien het veiligstellen van de belangen waarvoor artikel 94 Sv de inbeslagneming toelaat, het voortduren van het beslag nodig maakt. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer de desbetreffende voorwerpen kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of om wederrechtelijk verkregen voordeel aan te tonen. Voorts verzet het door artikel 94 Sv beschermde belang van strafvordering zich tegen teruggave indien niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer van het voorwerp zal bevelen, al dan niet naar aanleiding van een afzonderlijke vordering daartoe als bedoeld in artikel 36b, eerste lid onder 4o, Sr in verbinding met artikel 552f Sv.
De rechtbank stelt vast dat er nog onderzoek naar de blauwe quad nodig is in het kader van de waarheidsvinding. Het Openbaar Ministerie vermoedt dat de blauwe quad van diefstal afkomstig is en is nog in afwachting van nadere informatie. Er is dan ook een strafvorderlijk belang bij het voortduren van het beslag.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank het klaagschrift gericht tegen het op grond van artikel 94 Sv gelegde beslag ongegrond verklaren.

3.De beslissing

De rechtbank verklaart
- klager niet-ontvankelijk in zijn klaagschrift voor zover het is gericht tegen het op grond van artikel 94 Sv gelegde beslag op de blauwe Volkswagen, de grijze Volkswagen en de meerkleurige quad;
- het klaagschrift ongegrond voor zover het is gericht tegen het op grond van artikel 94 Sv gelegde beslag op de blauwe quad.
Deze beslissing is op 30 januari 2023 gegeven door mr. J.C. Gillesse, rechter, in tegenwoordigheid van mr. S. Zuidhof, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 30 januari 2023.
INFORMATIE RECHTSMIDDEL
Tegen deze beslissing kan door het Openbaar Ministerie binnen veertien dagen na dagtekening van deze beslissing en door de klager binnen veertien dagen na de betekening van deze beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).