ECLI:NL:RBZWB:2023:803

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
1 februari 2023
Publicatiedatum
10 februari 2023
Zaaknummer
9954275_E01022023
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. Tilman-Knoester
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot onderbreking van de levering van warmte en warmtapwater

In deze civiele zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 1 februari 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Ennatuurlijk B.V. en een gedaagde partij. Ennatuurlijk, een bedrijf dat warmte en warmtapwater levert, vorderde een machtiging om de levering aan een perceel in Breda te onderbreken. De achtergrond van de zaak ligt in een eerdere ontbinding van de overeenkomst tot levering van energie, die was uitgesproken door de kantonrechter te Breda op 27 december 2017. Ennatuurlijk was gemachtigd om de energielevering te onderbreken en de warmtemeter af te sluiten. Op 3 april 2018 heeft Ennatuurlijk deze afsluiting uitgevoerd.

De gedaagde heeft echter zonder toestemming van Ennatuurlijk de afsluiting ongedaan gemaakt, wat leidde tot deze rechtszaak. Ennatuurlijk vorderde onder andere dat de gedaagde zou worden veroordeeld tot medewerking aan de onderbreking van de levering en tot betaling van afsluitkosten. De gedaagde erkende de afsluiting, maar voerde aan dat het mensonterend was om in de kou te staan en vroeg om een specificatie van de betalingsachterstand.

De rechtbank oordeelde dat de gedaagde onrechtmatig had gehandeld door de afsluiting ongedaan te maken en dat de vorderingen van Ennatuurlijk toewijsbaar waren. De rechtbank verleende Ennatuurlijk de gevraagde machtiging en veroordeelde de gedaagde tot betaling van de kosten van de procedure. De uitspraak benadrukt de rechten van energieleveranciers om hun contractuele afspraken te handhaven en de gevolgen van onrechtmatige handelingen door consumenten.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster I Civiele kantonzaken
Breda
zaak/rolnr.: 9954275 CV EXPL 22-1963
vonnis d.d. 1 februari 2023
inzake
de besloten vennootschap
Ennatuurlijk B.V.,
gevestigd te ’s-Hertogenbosch en kantoorhoudende te Eindhoven,
eiseres,
gemachtigde: [naam] te [plaats] ,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
procederend in persoon.
Partijen worden hierna aangeduid als “Ennatuurlijk” en “ [gedaagde] ”.

1.Het verloop van het geding

1.1.
De procesgang blijkt uit de volgende stukken:
a. de dagvaarding van 21 juni 2022 met producties;
b. het extract audiëntieblad van de griffier van 3 augustus 2022, inclusief de schriftelijke reactie van [gedaagde] van 27 juli 2022 en het door hem per e-mail van 2 augustus 2022 verzonden betalingsoverzicht;
c. de conclusie van repliek tevens akte aanvulling van eis met producties;
d. de akte overlegging productie zijdens Ennatuurlijk van 9 november 2022;
e. de conclusie van dupliek met producties.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
De tussen Ennatuurlijk en [gedaagde] bestaande overeenkomst tot het leveren van warmte en/of koud en/of warmtapwater aan het verbruiksperceel [adres] te Breda (hierna: het perceel) is bij vonnis van de kantonrechter te Breda van 27 december 2017 ontbonden. Ennatuurlijk is in dit vonnis -onder meer- gemachtigd om werkzaamheden te verrichten bestaande uit het onderbreken van de energielevering door de aldaar aanwezige meter geheel of gedeeltelijk te verwijderen, dan wel af te koppelen en zodanig te verzegelen dat verdere afname van energie wordt verhinderd.
2.2.
Op grond van het hiervoor genoemde vonnis van 27 december 2017 is op 3 april 2018 in opdracht van Ennatuurlijk de warmtemeter op het perceel afgesloten.

3.Het geschil

3.1.
Ennatuurlijk heeft bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad gevorderd:
a. Ennatuurlijk machtiging te verlenen en/of Ennatuurlijk toe te staan om de levering op het [adres] te Breda te onderbreken door aldaar de aanwezige meter/meetinstallatie geheel of gedeeltelijk te verwijderen dan wel af te koppelen en zodanig te verzegelen dat verdere afname van warmte en/of koude en/of warmtapwater wordt verhinderd;
b. [gedaagde] te veroordelen tot medewerking aan de onder a. verleende machtiging en de werkzaamheden te gedogen;
c. [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 185,60 inclusief btw aan afsluitkosten;
d. [gedaagde] te veroordelen, indien [gedaagde] niet binnen veertien dagen na betekening van het vonnis aan de veroordeling onder b. heeft voldaan, tot ontruiming ex artikel 558 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) van de ruimte(s) die betreden moet(en) worden om toegang tot de warmte-installatie te verkrijgen van het perceel voor de duur van de voor de onderbreking van de levering noodzakelijke werkzaamheden, desnoods te bewerkstelligen door de gerechtsdeurwaarder met hulp van de sterke arm van politie en justitie, zulks op kosten van [gedaagde] alsmede om het handelen van Ennatuurlijk te gedogen;
e. [gedaagde] te veroordelen tot afgifte van de warmtemeter en de bijbehorende afleverset aan Ennatuurlijk en wel binnen veertien dagen na de betekening van het in deze te wijzen vonnis;
f. [gedaagde] te veroordelen in de kosten van de procedure.
3.2.
Ennatuurlijk legt aan haar vordering -samengevat- ten grondslag dat [gedaagde] zonder haar toestemming de afsluiting op 3 april 2018 ongedaan heeft gemaakt c.q. zich heeft heraangesloten.
3.3.
[gedaagde] erkent in zijn verweer dat hij van warmte was afgesloten en dat hij de afsluiting zelf ongedaan heeft gemaakt. [gedaagde] stelt dat hij dit heeft gedaan omdat het mensonterend is om iemand in de kou te laten staan en de afsluiting van de warmtemeter in geen enkele verhouding stond met de niet betaalde facturen. [gedaagde] verzoekt om een nadere specificatie van de betalingsachterstand.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna voor zover van belang nog nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Voor zover [gedaagde] verweer voert tegen de juistheid van eerder in rekening gebrachte factuurbedragen gaat de kantonrechter aan dit verweer voorbij, nu tussen partijen vaststaat dat de tussen Ennatuurlijk en [gedaagde] bestaande overeenkomst tot het leveren van warmte en/of koud en/of warmtapwater op grond van de in de dagvaarding van 28 november 2017 genoemde betalingsachterstand is ontbonden. Gesteld noch gebleken is dat [gedaagde] tegen dit vonnis in hoger beroep is gegaan, althans dat hij zich tegen de tenuitvoerlegging van het vonnis heeft verzet.
Ennatuurlijk is in dit vonnis gemachtigd om de warmtemeter geheel of gedeeltelijk te verwijderen dan wel af te koppelen. Ennatuurlijk is hiertoe op 3 april 2018 overgegaan.
4.2.
Vaststaat dat [gedaagde] de afsluiting van de warmtemeter zonder toestemming van Ennatuurlijk ongedaan heeft gemaakt. Evenmin heeft [gedaagde] weersproken dat hij door de illegale heraansluiting en het illegale verbruik van energie onrechtmatig jegens Ennatuurlijk handelt.
Ennatuurlijk heeft bij conclusie van repliek betalingsoverzichten overgelegd waaruit ook blijkt dat de betalingsachterstand thans nog (minimaal) € 2.373,64 bedraagt. De door [gedaagde] aangevoerde persoonlijke omstandigheden geven [gedaagde] ook niet het recht om de afsluiting zonder toestemming van Ennatuurlijk ongedaan te maken.
De vorderingen van Ennatuurlijk zijn op grond van het vorenstaande dan ook toewijsbaar.
Ennatuurlijk heeft wel in haar conclusie van repliek toegezegd dat zij het vonnis slechts als stok achter de deur gebruikt en zij onder voorwaarden bereid is afspraken te maken over een verdere levering van energie en aflossing van de schuld van [gedaagde] . De kantonrechter gaat ervan uit dat Ennatuurlijk zich ook aan deze toezegging zal houden.
4.4.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten. Die kosten bedragen in totaal € 311,31 (bestaande uit € 128,- voor het griffierecht, € 78,- (2 punten x € 39,- per punt voor het salaris van de gemachtigde van Ennatuurlijk en € 105,31 aan dagvaardingskosten).

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
machtigt Ennatuurlijk om de levering op het [adres] te Breda te onderbreken door aldaar de aanwezige meter/meetinstallatie geheel of gedeeltelijk te verwijderen dan wel af te koppelen en zodanig te verzegelen dat verdere afname van warmte en/of koude en/of warmtapwater wordt verhinderd;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] tot medewerking aan de onder 5.1. verleende machtiging en de werkzaamheden te gedogen;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van een bedrag van € 185,60 inclusief btw aan afsluitkosten;
5.4.
veroordeelt [gedaagde] , indien hij niet binnen veertien dagen na betekening van het vonnis aan de veroordeling onder 5.2. heeft voldaan, tot ontruiming ex artikel 558 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) van de ruimte(s) die betreden moet(en) worden om toegang tot de warmte-installatie te verkrijgen van het perceel voor de duur van de voor de onderbreking van de levering noodzakelijke werkzaamheden, desnoods te bewerkstelligen door de gerechtsdeurwaarder met hulp van de sterke arm van politie en justitie, zulks op kosten van [gedaagde] alsmede om het handelen van Ennatuurlijk te gedogen;
5.5.
veroordeelt [gedaagde] tot afgifte van de warmtemeter en de bijbehorende afleverset aan Ennatuurlijk en wel binnen veertien dagen na de betekening van het in deze te wijzen vonnis;
5.6.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van dit geding, aan de zijde van Ennatuurlijk tot op heden vastgesteld op € 311,31;
5.7.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Tilman-Knoester en in het openbaar uitgesproken op
1 februari 2023.