Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 29 september 2022;
- de akte houdende overleggen producties 1 tot en met 41 zijdens [eiseres] van 14 december 2022;
- de beslagstukken zijdens [eiseres] van 14 december 2022;
- de exceptie van onbevoegdheid tevens conclusie van antwoord zijdens [gedaagde] van 25 januari 2023;
- in de incidentele conclusie van antwoord zijdens [eiseres] van 8 februari 2023 met producties 42 en 43;
- het vonnis in incident van 8 maart 2023;
- het tussenvonnis van 19 april 2023;
- de akte houdende overlegging producties 1 tot en met 8 zijdens [gedaagde] ;
- de akte houdende overlegging producties 44 tot en met 54 zijdens [eiseres] ;
- de mondelinge behandeling gehouden op 18 augustus 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt die in het procesdossier zijn opgenomen.
- de spreekaantekeningen van mrs. Van Druenen en Bil.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Is [gedaagde] gehouden de laatste vier urendeclaraties te voldoen?
Continuering samenwerkingsafspraken bij voortzetting hoger beroep bij Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden met korting op uurtarief, hetgeen neerkomt op uurtarief van EUR 250,- met afrekening bij succes (1,5 maal regulier uurtarief ad EUR 350,- bij succes boven EUR 250.000,- en regulier uurtarief ad EUR 350,- bij vordering tussen EUR 100.000.- en 250.000,-) of bij einde samenwerking (regulier uurtarief 350 euro).”Partijen verschillen van mening hoe deze afspraak moet worden uitgelegd. De vraag die partijen verdeeld houdt is of deze afspraak inhoudt dat bij een succes in de procedure bij het Hof Arnhem de succesfee ook geldt voor de kosten gemaakt in eerste aanleg en het hoger beroep bij het Hof Den Bosch, zoals [eiseres] stelt, of dat deze afspraak inhoudt dat bij een succes enkel een succesfee is verschuldigd over de kosten gemaakt in de procedure bij het Hof Arnhem, zoals [gedaagde] de afspraak uitlegt.
173,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)