Uitspraak
1.[eiser 1] ,
2. [eiser 2] ,
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 20 oktober 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt, en de zittingsaantekeningen van de voortgezette mondelinge behandeling van 31 oktober 2023.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak vorderen eisers, bestaande uit twee partijen, ontruiming van een huurwoning van de heer [rechthebbende] door de bewindvoerder, Best Bewindvoering B.V. De huurovereenkomst tussen eisers en [rechthebbende] is ontstaan voor een woning aan de [adres] te [plaats], met een huurprijs van € 792,00 per maand. [rechthebbende] heeft een huurachterstand opgebouwd van € 4.928,00 over de periode van februari 2023 tot en met oktober 2023, ondanks betalingsherinneringen van eisers. Op 20 oktober 2023 is de bewindvoering over de goederen van [rechthebbende] ingesteld, waarbij Best Bewindvoering B.V. is aangesteld als bewindvoerder.
Tijdens de mondelinge behandeling op 31 oktober 2023 heeft de bewindvoerder de huurachterstand erkend, maar aangegeven dat [rechthebbende] tijdelijk zonder inkomen was, wat heeft geleid tot de achterstand. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een spoedeisend belang is voor de eisers, gezien de huurachterstand en het feit dat [rechthebbende] meer dan vijf maanden geen huur heeft betaald. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vordering tot ontruiming gerechtvaardigd is, gezien de omstandigheden en de erkenning van de huurachterstand door de bewindvoerder.
De kantonrechter heeft de bewindvoerder veroordeeld tot ontruiming van de huurwoning binnen twee weken na betekening van het vonnis en tot betaling van de achterstallige huur en proceskosten aan eisers. De totale proceskosten zijn vastgesteld op € 902,85, en de bewindvoerder is ook veroordeeld tot betaling van wettelijke rente over de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 8 november 2023 door mr. Boeder.