Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Verzoek
3.Standpunten
4.Beoordeling
5.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1956 te [geboorteplaats] , [land] ,
18 februari 2024.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 18 augustus 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging. Deze beschikking volgde op een verzoek van de officier van justitie om een zorgmachtiging te verlenen op basis van artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) voor een betrokkene, geboren in 1956, die momenteel verblijft in een accommodatie. Het verzoekschrift was ingediend op 2 augustus 2023, vergezeld van diverse medische documenten en verklaringen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 18 augustus 2023 werd betrokkene gehoord, bijgestaan door haar advocaat, en werden ook een psychiater, een specialist ouderengeneeskunde in opleiding en de echtgenoot van betrokkene gehoord. Betrokkene gaf aan dat het goed met haar ging en dat zij geen psychiatrische stoornis had, maar de behandelaar en psychiater gaven aan dat er sprake was van een psychotisch beeld met wanen en achterdocht. De behandelaar stelde dat betrokkene een zorgmachtiging nodig had om haar gezondheid te stabiliseren en te voorkomen dat zij in een gevaarlijke situatie terecht zou komen.
De rechtbank oordeelde dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis waren, aangezien betrokkene weigerde mee te werken aan de behandeling. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor de duur van zes maanden, met de mogelijkheid tot verplichte zorg, waaronder toediening van medicatie, voeding en toezicht. De rechtbank concludeerde dat de voorgestelde zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel af te wenden en dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar waren. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter J. van den Beld en is op 1 september 2023 ondertekend.